Adviesraad Sociaal Domein

De Adviesraad Sociaal Domein (ASD) adviseert het college over het beleid op het gebied van

  • de Wet maatschappelijke ondersteuning (Wmo);
  • de Jeugdwet;
  • Werk en Inkomen.

De ASD bewaakt of de gemeente inwoners en organisaties betrekt bij de beleidsontwikkeling. En of de uitvoering goed geregeld is voor de mensen die het nodig hebben. De ASD is daarmee een belangrijke schakel tussen de gemeente en inwoners. Het gaat vooral om inwoners die ondersteuning van de gemeente krijgen of die zich inzetten voor de samenleving.

Leden Adviesraad
V.l.n.r.: voorzitter Piet van Adrichem, Daniëlle van der Eerden, Daniël Reijsbergen, Sandra van Overveld, Hetty Harmse, Rick Bijl, Dorien Krom, Ursila Soebhan, Coby de Koning en Ad van Winden.
Op de foto ontbreekt Ricardo Bronsgeest.

Samenstelling

De ASD bestaat uit een voorzitter, secretaris en 9 leden. De ASD wordt geholpen door mensen die veel ervaring hebben met een uitkering of voorziening. Of door mensen die extra veel weten van de Wet maatschappelijke ondersteuning, Jeugdwet of Werk en Inkomen. Een onafhankelijke secretaris ondersteunt de ASD.

Voorzitter : de heer P. van Adrichem
Secretaris : mevrouw S. van Overveld-Rensen

  • de heer R. (Ricardo) Bronsgeest
  • de heer R. (Rick) Bijl
  • mevrouw D. (Daniëlle) van der Eerden
  • mevrouw H. (Hetty) Harmse-Vis
  • mevrouw C. (Coby) de Koning
  • mevrouw D. (Dorien) Krom
  • de heer D. (Daniël) Reijsbergen
  • mevrouw U. (Ursila) Middelburg-Soebhan
  • de heer A. (Ad) van Winden

Contact

U kunt contact opnemen met de ASD via e-mail: adviesraadsociaaldomeinpn@gmail.com

Jaaroverzichten

JAAROVERZICHT 2024 ADVIESRAAD SOCIAAL DOMEIN PIJNACKER-NOOTDORP

De Adviesraad Sociaal Domein adviseert het College van B&W over het gevoerde beleid (gevraagd en ongevraagd) op het gebied van de Wet Maatschappelijke ondersteuning (Wmo), de Jeugdwet, de Participatiewet en daarmee samenhangende onderwerpen.

Samenstelling

  • Onafhankelijk voorzitter: de heer P.N.J. (Piet) van Adrichem
  • Leden:
    • De heer J.B. (Jos) Arends (tot 5 maart 2024)
    • De heer R. Bronsgeest (vanaf 2 april 2024)
    • Mevrouw M.G.M. (Monique) Dekker-van der Maarel (tot 31 december 2024)
    • Mevrouw D. M. (Daniëlle) van der Eerden (tevens plv. voorzitter)
    • Mevrouw H.J.G. (Hetty) Harmse-Vis
    • Mevrouw C. (Coby) de Koning
    • Mevrouw D. (Dorien) Krom
    • Mevrouw U.A. (Ursila) Middelburg-Soebhan
    • De heer A.B.W. (Ad) van Winden
  • Secretaris: mevrouw S. (Sandra) van Overveld-Rensen

De Adviesraad vergaderde in 2024 op 9 januari, 6 februari, 5 maart, 2 april, 30 april, 28 mei, 25 juni, 27 au-gustus, 24 september, 22 oktober en 26 november.

De schil, het netwerk van de ASD

De ‘flexibele schil’ van de ASD, bestaande uit mensen of organisaties die ervaring hebben met de verschil-lende gemeentelijke voorzieningen en/of (specifieke) kennis bezitten van de verschillende wetten, bestond eind 2024 uit 38 personen. Zij worden betrokken bij de advisering van de ASD of bevraagd over actuele on-derwerpen.

Terugblik

We vergaderden in 2024 elf keer, vrijwel maandelijks. Regelmatig stonden daarin adviezen met betrekking tot actieplannen, visies, verordeningen en beleidsregels centraal. Verder rapportages en (jaar)verslagen, vaak voorzien van een mondelinge toelichting en gevolgd door een bespreking. Belangrijk onderwerp was inclusie.

Daarnaast woonden leden van de ASD meerdere bijeenkomsten bij.
Voltallig waren we aanwezig bij de bijeenkomst van de adviesraden uit de regio Haaglanden in maart. We volgden de ontwikkelingen rond Orange the World (ter bestrijding van geweld tegen meisjes en vrouwen) en activiteiten rond het thema Eén tegen eenzaamheid. De ASD heeft het actieprogramma hiervan mede ondertekend.

We waren aanwezig bij de kick off van de Lokale Educatieve Agenda (LEA) en we woonden ook informatie-bijeenkomsten bij over de mogelijke komst van een AZC.

Raadplegen netwerk

Tweemaal hebben we de leden van ons netwerk via de mail een vraag voorgelegd. Dat betrof de concept visie op het sociaal domein en de evaluatie van het actieplan bestaanszekerheid. De daarop ontvangen re-acties hebben we meegenomen in de beantwoording van de vragen die ons door de gemeente zijn voorgelegd.

Aan het eind van het jaar hebben we een Nieuwsbrief verspreid over onze activiteiten in 2024. Deze Nieuwsbrief ging naar onze contactpersonen binnen de gemeente en naar de leden van ons netwerk.
De contacten met de gemeente verliepen soepel. Wijnand Kort was de contactpersoon tussen ASD en de gemeentelijke organisatie. Adviesaanvragen werden waar nodig toegelicht door de betrokken beleidsamb-tenaren, waarbij we als ASD niet alleen formeel, maar al in de bespreking de mogelijkheid kregen om onze ideeën en opmerkingen in te brengen.
Terugkijkend kunnen we stellen dat de ASD in 2024, zowel qua voeling houden met wat leeft in de samen-leving als met het adviseren over beleid en uitvoering binnen het sociaal domein zo goed als mogelijk invul-ling heeft kunnen geven aan de participatie van burgers en cliënten.
Wel merken we dat de volle agenda’s van de ASD leden in combinatie met vacatures en ziekteperiodes re-gelmatig een stevige uitdaging vormden om ‘alle ballen in de lucht te houden”.

Een overzicht van de belangrijkste gespreksonderwerpen in 2024:

  • Aanpak eenzaamheid; actieprogramma en uitvoeringsplan eenzaamheid ‘Samen naar verbinding’ (9 januari);
  • Actieplan bestaanszekerheid (9 januari);
  • Vrijwilligersbeleid gemeente (9 januari);
  • Onderzoek lokale ombudsman en pilot sociaal raadslieden (6 februari);
  • Monitor Sociaal Domein 2022 (5 maart);
  • Regiobijeenkomst ASD’s H10 (5 maart);
  • Visie op het sociaal domein (2 april);
  • Voortgang pilot welzijnsondersteuner ouderen (30 april);
  • Gesprek met de wethouders Marieke van Bijnen en Hanneke van de Gevel (28 mei);
  • Beleidsregels Bijzondere Bijstand (28 mei);
  • Bespreken presentaties Klankbordgroep 19 maart: Uitvoering Wet Inburgering en JIM = jouw in-gebrachte mentor (28 mei);
  • Regionaal Integraal Gezondheidsakkoord (RIGA) (25 juni);
  • Regionaal werkcentrum arbeidsmarktregio Zuid-Holland Centraal (RWV-ZHC) (25 juni);
  • Bijdrage ASD aan de Lokale Inclusie Agenda (LIA) (25 juni);
  • Verordening Jeugd (27 augustus);
  • Update leerlingenvervoer en regiotaxi (27 augustus);
  • Beleidsregels vrijlating giften 2024 en beleidsregels tegemoetkoming kosten kinderopvang op grond van sociaal medische indicatie 2024 (24 september);
  • Communicatieplan sociaal raadslieden (24 september);
  • Lokaal gezondheidsbeleid (22 oktober);
  • Dienstverlening gemeente (22 oktober);
  • Verslag spiegelgesprek met Regiotaxi Haaglanden (22 oktober);
  • Evaluatie Klankbordgroep Sociaal Domein van 15 oktober 2024 (22 oktober);
  • Nieuwe campagne rondom normaliseren voor de jeugd (26 november);
  • Evaluatie actieplan bestaanszekerheid (26 november);
  • Invulling vacatures ASD;
  • Dashboards Werk & Inkomen Q3 2023, Q1 t/m Q3 2024.

Uitgebrachte adviezen in 2024

  • 12 maart 2024: Advies over het besluit van de gemeenteraad om dienstverlening van sociaal raads-lieden beschikbaar te stellen aan de inwoners van de gemeente.
  • 1 mei 2024: Advies met betrekking tot de Visie op een veerkrachtig sociaal domein ‘Samen gereed voor de toekomst’.
  • 27 juni 2024: Advies over de Beleidsregels bijzondere bijstand.
  • 24 september 2024: Advies inzake de Verordening jeugdhulp.
  • 30 oktober 2024: Advies over de beleidsregels giften 2024 en de beleidsregels tegemoetkoming kosten kinderopvang op grond van sociaal medische indicatie 2024.
  • 6 november 2024: Advies met betrekking tot het opstellen van een Lokale Inclusie Agenda (LIA).

Alle adviezen en reacties daarop van het College staan op de website van de adviesraad: www.pijnacker-nootdorp.nl/asd.

Klankbordgroep Sociaal Domein

De Klankbordgroep Sociaal Domein kwam in 2024 drie keer bij elkaar. Tijdens de bijeenkomst in maart werd een afvaardiging van de ASD samen met vertegenwoordigers van de fracties uit de gemeenteraad ge-informeerd over de voortgang van de Wet inburgering, het actieprogramma eenzaamheid en een mentor-project gericht op de ondersteuning van jongeren (JIM).
In juni werden we uitgenodigd in de nieuwe locatie van de SWOP in Nootdorp (in de St. Jozefschool) en stonden de onderwerpen dementie, ingeleid door Lies Rutten van Alzheimer Nederland, en ouder worden in Pijnacker-Nootdorp op de agenda.
In oktober keken we met elkaar naar het cliëntervaringsonderzoek Wmo 2023, de monitor sociaal domein en het jaarverslag participatie, beiden ook over 2023. Verder werden we geïnformeerd over de voortgangs-rapportage schuldhulpverlening en kinderopvangtoeslagenaffaire.
Wat de klankbordbijeenkomsten mede waardevol maakt is de uitwisseling tussen ASD leden en gemeente-raadsleden. Bijzonder en waardevol dit jaar was ook het feit dat zowel in juni bij het onderwerp dementie, als in oktober bij de toeslagenaffaire inwoners waren uitgenodigd, die over hun eigen persoonlijke ervarin-gen vertelden. Indrukwekkende verhalen, waar we met respect naar luisterden en die ons inzicht boden welke impact dit had en/of heeft op hun leven.

Overleg voorzitters adviesraden regio Haaglanden

Het overleg in de regio bleef dit jaar niet beperkt tot het overleg van de voorzitters. Op 4 maart organiseer-den we samen met de andere adviesraden in de regio een bijeenkomst voor alle adviesraadsleden. Deze vond plaats in theater De Veste. Centraal daarin een lezing van Erik Dannenberg die zijn visie gaf op de ont-wikkelingen in het sociaal domein. Op zich voor ons niet nieuw, omdat we in onze gemeente dit verhaal al hadden gehoord tijdens de Conferentie over de visie op het sociaal domein in oktober vorig jaar.
Wat de bijeenkomst extra waardevol maakte, waren de onderlinge contacten en de uitwisseling van erva-ringen. In vervolg op de bijeenkomst is het plan opgevat een chatgroep te maken. In die chatgroep kunnen ASD leden uit de hele regio met elkaar contact opnemen en elkaar bevragen of informeren over onderwer-pen die op dat moment aan de orde zijn.

Het reguliere overleg vond dit jaar vier keer plaats, waarvan één keer digitaal.
Er waren geen gezamenlijke adviestrajecten. Wel werden adviezen uitgewisseld en toegelicht. Naast deze informatie-uitwisseling werd in januari aandacht besteed aan het onderwerp positieve gezondheid en in juni werd de bijeenkomst van maart geëvalueerd en het besluit genomen om een chatplatform te creëren.
In september lieten we ons bijpraten over de stand van zaken met betrekking tot de regionale Woonzorgvi-sie Haaglanden en in december gingen we in gesprek met vertegenwoordigers van het regionaal pro-gramma Jeugdhulp.
Tussentijds werden we begin december in een iets andere regionale samenstelling geïnformeerd over het Regionaal Integraal Gezondheidsakkoord (RIGA) en werd besproken hoe we daar als adviesraden uit de deelnemende gemeenten bij betrokken worden en over kunnen adviseren.

Wat we vorig jaar al signaleerden, werd ook dit jaar bevestigd, namelijk dat het regionaal overleg belangrij-ker wordt, vooral omdat gemeenten in onze regio op meer terreinen een inhoudelijke samenwerking na-streven. Samen met bestuurders en beleidsmakers zoeken we naar wegen om de inbreng vanuit de advies-raden zo goed mogelijk tot zijn recht te laten komen, zowel in de fase van beleidsvorming als bij de formele advisering over de besluitvorming.

Samenstelling Adviesraad

In de samenstelling van de ASD traden in 2024 twee wijzigingen op. Lisa Coronado Fernández nam per 1 januari afscheid en korte tijd later verruilde Jos Arends het lidmaatschap van de ASD voor dat van de ge-meenteraad in de fractie van Eerlijk Alternatief.
Het wervingstraject voor de eerste vacature werd succesvol afgerond met de voordracht en benoeming van Ricardo Bronsgeest.
De werving voor de tweede vacature heeft tot nu toe niet tot een benoeming geleid. Voor een evenwich-tige samenstelling van de ASD willen we graag één of twee jongere leden benoemen. We hebben gesprek-ken gevoerd met organisaties, die actief zijn in het jongerenwerk, maar dat heeft in het verslagjaar nog niet tot concreet resultaat geleid.
Per 1 januari 2025 komt er een nieuwe vacature bij door het tussentijdse vertrek van Monique Dekker-van der Maarel. Zij neemt om gezondheidsredenen afscheid van de Adviesraad.

Studiedag ASD

In het najaar op woensdag 23 oktober organiseerden we onze jaarlijkse studiedag, die opnieuw plaatsvond in de Smulhoeve in Den Haag/Leidschenveen. De Smulhoeve is een locatie van Ipse de Bruggen, waar men-sen met een beperking actief zijn. Centraal stond deze dag het thema inclusie. Doel van de dag was informatie verzamelen voor ons advies richting het college van B&W over de opstelling van een Lokale Inclusie Agenda (LIA). Tijdens het ochtendprogramma verkende Fayaaz Joemmanbaks, projectleider binnen Movisie, met ons de vraag wat inclusie precies inhoudt. Een brede term, waaronder toegankelijkheid, diversiteitsbeleid, gelijke kansen en burgerparticipatie vallen. In zijn presentatie baseerde hij zich op de handreiking van Movisie voor het bevorderen van inclusief beleid binnen gemeenten.
In een interactieve sessie, waarbij we ons ook op een concreet thema richtten, diepten we de kennis uit.
Voor het middagprogramma hadden we Stichting Voorall uitgenodigd. Stichting Voorall behartigt de belan-gen van Hagenaars met een lichamelijke, verstandelijke, zintuiglijke beperking en/of chronische aandoe-ning, zodat zij zo gelijkwaardig mogelijk kunnen deelnemen aan de samenleving. Directeur Wim Carabain vertelde ons over de activiteiten van Voorall en dacht met ons mee over wat in Pijnacker-Nootdorp noodza-kelijk is voor de genoemde doelgroep.
De opbrengsten van de studiedag zijn door ons verwerkt in een advies aan het college.

Wat brengt 2025?

Het sociaal domein is na de decentralisatie van 2015 geëvolueerd tot een omvangrijk beleidsterrein voor de gemeenten. In de begroting voor 2025 voor onze gemeente zien we bedragen van bijna 13 miljoen euro voor Wmo uitgaven, ruim 20 miljoen euro voor Jeugd en ruim 10 miljoen euro voor participatie op de be-groting staan. Grote uitgavenposten, terwijl de uitkeringen van het rijk daarmee geen gelijke tred houden. Dat vraagt om scherpte en kritisch kijken of alle uitgaven noodzakelijk zijn.
Het college werkt daarom aan een nieuw interventieplan om de uitgaven in het sociaal domein te beteuge-len. Als adviesraad zullen wij dit voornemen kritisch volgen vanuit het perspectief van de inwoners die aan-gewezen zijn op deze voorzieningen en regelingen. Wat zijn voor hen de gevolgen van eventuele aanscher-pingen of bezuinigingen?
Regionaal staat de uitvoering van het Regionaal Integraal Gezondheidsakkoord (RIGA) op de agenda. Een onderwerp waarin onze gemeente tot de initiatiefnemers behoort, maar dat door onzekerheid over de fi-nanciering door de rijksoverheid nog veel onzekerheden kent.
Eveneens regionaal vraagt de aanpak van de zwaardere vormen van jeugdhulp onze aandacht. De omslag van marktdenken naar een gezamenlijke aanpak door overheden en zorgaanbieders moet leiden tot een nieuwe regionale aanbesteding, gericht op de periode vanaf 2026.

In het algemeen verwachten we toch wel spannende tijden. De onzekerheid over het ‘ravijnjaar’ 2026, meer in het algemeen het beleid van de landelijke overheid en de begin 2026 geplande gemeenteraadsver-kiezingen zorgen ongetwijfeld voor de nodige turbulentie.
Verder wordt er ongetwijfeld het nodige geëvalueerd en zullen zich vanuit de actualiteit ook andere onder-werpen aandienen.
Het einde van deze gemeenteraadsperiode betekent voor de ASD dat voor een aantal ASD leden het einde van hun tweede benoemingsperiode van vier jaar nadert. Dat is meteen de maximum termijn. In het najaar zullen we daarom beginnen met de werving van nieuwe ASD leden.
Binnen onze mogelijkheden zullen we ons als ASD inzetten om de belangen van de betrokken inwoners zo goed mogelijk te behartigen en bij te dragen aan goed beleid met aansluitend een goede uitvoering van dat beleid.

Vergaderingen ASD

De vergaderingen van de ASD zijn openbaar. De agenda en de verslagen van de vergaderingen staan op de website van de adviesraad: www.pijnacker-nootdorp.nl/asd.

Voor 2025 zijn de volgende vergaderdata vastgelegd: 21 januari, 18 februari, 25 maart, 22 april, 27 mei, 24 juni, 22 juli, 19 augustus, 23 september, 21 oktober en 25 november. Tijd: 19.30 – 22.00 uur.

De Adviesraad Sociaal Domein (ASD)

De Adviesraad Sociaal Domein (ASD) adviseert het College van B&W over alle mogelijke onderwer-pen binnen het sociaal domein. Dat domein omvat de Wet maatschappelijke ondersteuning (Wmo), de Jeugdwet en de Participatiewet (Werk en Inkomen). Ook daarmee samenhangende onderwer-pen als de Wet Schuldhulpverlening, armoedebestrijding en inburgering worden gerekend tot het sociaal domein.
Adviezen worden uitgebracht over beleidsvoornemens, uitvoering en evaluatie van beleid. Ge-vraagd en ongevraagd.

De ASD bestaat uit een onafhankelijk voorzitter en negen leden. Betrokken inwoners, die samen een breed scala aan deskundigheid en ervaring inbrengen en afkomstig zijn uit de diverse kernen van onze gemeente. De raad wordt ondersteund door een secretaris/ondersteuner.
Alle vergaderstukken zijn in te zien op www.pijnacker-nootdorp.nl/asd

Verslagen

Verslag vergadering Adviesraad Sociaal Domein

24 juni 2025

Aanwezig: Piet van Adrichem (vz), Rick Bijl, Ricardo Bronsgeest, Daniëlle van der Eerden, Hetty Harmse, Coby de Koning, Dorien Krom, Daniël Reijsbergen, Ursila Soebhan, Ad van Winden en Sandra van Overveld (verslag)
Aanwezig als toehoorder: Dries Beukers
Aanwezig namens de gemeente: Miryam Kaaboun (19.30-20.10 uur), Jurgen Woudwijk (19.30-20.25 uur), Bianca Woutersen en Annemarieke Wamsteeker (20.30-21.15 uur)

1. Opening en vaststelling agenda

Piet heet alle aanwezigen welkom.

2. Voortgang pilot Welzijnsondersteuner Ouderen (WOO)

Miryam Kaaboun informeert de ASD over de voortgang van de pilot WOO. De aanleiding voor deze pilot is de vergrijzing die veel druk geeft op de ouderen- en huisartsenzorg. Veel ouderen zoeken voor niet-medische vragen hulp bij de huisarts.

Wat doet de WOO?

  • Hij/zij is de schakel tussen huisarts, sociaal domein en ouderen;
  • De WOO signaleert, ondersteunt en verwijst door.

Werkwijze: aanmelding – vraagverheldering – overdracht – terugkoppeling.
In elke kern van onze gemeente is minimaal één welzijnsondersteuner ouderen. In totaal zijn er nu vijf.

Resultaten tot nu toe:

  • Aantallen: totaal afgeronde casussen tot september 2024: 60. Gemiddeld 9 uur per casus.
  • Vaak voorkomende hulpvragen zijn: eenzaamheid, rouw, mantelzorgoverbelasting,  verminderde mobiliteit.
  • Mensen worden doorverwezen naar o.a. SWOP, Zonnebloem of het kernteam.

Warme overdracht en terugkoppeling naar de huisarts zijn een essentieel onderdeel.

Behaalde doestellingen tussentijdse evaluatie

  • Verminderen belasting huisartsenpraktijken (nog niet in cijfers aan te tonen)
  • Verbinding met voorliggende voorzieningen
  • Vroegsignalering van complexe situaties
  • Potentiële reductie van zware zorg en Wmo-kosten (ook lastig aan te tonen in cijfers, maar theoretisch zou het logisch zijn)

Aandachtspunten voor het vervolg:

  • Er is behoefte aan een uniforme werkwijze voor de WOO’s, ook al zijn er verschillen in  werkwijze tussen de huisartsenpraktijken.
  • Monitoring van de impact (waaronder de huisartsenbelasting en het aantal Wmo-aanvragen). Dit is cruciaal voor de besluitvorming in 2026. Het is belangrijk om te weten wat de effecten zijn. De impact moet nog gemeten worden, maar dat is lastig en het heeft tijd nodig voordat je effecten merkt.

In 2026 wordt besloten hoe verder. Wordt het aan de kadernota toegevoegd? Hoe gaat het gefinancierd worden? Miryam proeft bij de wethouder en bij DSW een positieve instelling om met elkaar door te gaan, omdat het een meerwaarde geeft, zowel voor de huisartsen als voor de mensen die geholpen worden.
Na de zomer wordt gestart met de eindevaluatie van de pilot. De gemeente hoopt deze aan het eind van het jaar rond te hebben en daarna met DSW in gesprek te gaan.

Suggestie vanuit de ASD: breng deze pilot ook onder de aandacht van de ouderenorganisaties. Zij kunnen ervaringen ophalen vanuit hun achterban die gebruikt kunnen worden bij de impactmeting.

3. Beleidsregels alleenverdienersproblematiek

Jurgen Woudwijk licht de beleidsregels toe. Deze zijn bedoeld voor huishoudens waarvan het inkomen lager is dan het wettelijk minimum (= onder de bijstandsnorm).
Vanaf 1 januari 2025 is een wettelijke regeling in werking getreden voor de komende 3 jaar. Op basis van deze tijdelijke wet zijn de beleidsregels van onze gemeente opgesteld. Vanaf 2028 moet dit structureel opgelost worden via de inkomstenbelasting. Het gaat in Nederland om circa 60.000 huishoudens. De gemeente krijgt lijsten van de Belastingdienst met de benodigde informatie, maar mensen kunnen zich ook zelf aanmelden als ze denken dat ze onder de doelgroep vallen. Mensen die bekend zijn bij de gemeente, zijn inmiddels aangeschreven (dit gaat om 13 gezinnen waarvan er tot nu toe 4 hebben gereageerd).
N.a.v. de tijdelijke wet moet de gemeente beleidsregels opstellen. Deze zullen vertaald worden in werkinstructies voor de klantmanagers.

4. Ontwerpbeleid pre-mantelzorgwoningen

In mei zijn de beleidsregels aan de gemeenteraad voorgelegd en vanaf 12 juni zijn de beleidsregels ter inzage gelegd. Bianca Woutersen en Annemarieke Wamsteeker hebben in de ASD vergadering van 18 februari al een uitgebreide toelichting gegeven op de beleidsregels en herhalen deze nu kort. Omdat de beleidsregels ter inzage zijn gelegd, is de ASD om advies gevraagd.

Waarom beleidsregels:

  • In lijn met doelstellingen in het fysiek en sociaal domein.
  • Uitvoering van actie in de Woonzorgvisie.
  • Mensen worden steeds ouder.
  • De druk op de professioneel zorg en de mantelzorger wordt steeds hoger.
  • Draagt bij aan langer zelfstandig thuiswonen.
  • Faciliteert inwoners die voor elkaar willen zorgen

Wat is pré-mantelzorg?

  • Zorgen voor elkaar voordat de mantelzorg zich voordoet
  • Anticiperen op verwachtte zorgvraag
  • Uit indicatie moet blijken dat de zorgvraag zich binnen 10 jaar voordoet

Hoe lang mag pré-mantelzorg?

  • De pré-mantelzorgwoning krijgt een tijdelijke omgevingsvergunning
  • Eerste instantie voor 10 jaar
  • Verlenging tot 15 jaar mogelijk
  • Wettelijke termijn tijdelijk bouwwerk is 15 jaar.

De termijn van 15 jaar kan wettelijk niet overschreden worden. Daar is een hardheidsclausule voor opgenomen. Doet de situatie zich voor, dan zal er gezocht worden naar een maatwerkoplossing.
De woning mag niet bij een bedrijfswoning geplaatst worden. Dit is een bewuste keuze van onze gemeente. Ook de Raad van State heeft strenge regels opgesteld voor bouwen op terreinen met een bedrijfsbestemming.

Wat is post-mantelzorg?

Wanneer de bewoner met recht op (pré)-mantelzorg overlijdt, dan vervalt het recht op een (pré-)mantelzorg woning. Dit betekent dat de overgebleven partner zou moeten verhuizen. Daar is het volgende voor opgenomen:

  • Een partner ouder dan 75 jaar heeft zelf recht op een pré-mantelzorgwoning.
  • Een partner die zelf mantelzorgbehoevend is, kan vergunningsvrij blijven wonen.
  • Een partner jonger dan 75 jaar zonder indicatie dat er binnen 10 jaar mantelzorg wordt verwacht, is maatwerk. Daar gaat de gemeente over in overleg.

5. Mededelingen gemeente

Het is nog niet bekend wie de opvolger van Wijnand is.

6. Advieskalender

Q.           Sandra zal de vraag over de contracten voor scootmobielen, die ze naar Jeroen gestuurd heeft, ook sturen naar Alexander Mullenders.

7. Concept verslag ASD vergadering 27 mei 2025 + A&A-lijst

Het verslag wordt ongewijzigd vastgesteld en op de actie- & aandachtspuntenlijst kan punt 1 eraf.

8. Bespreken advies beleidsregels alleenverdienersproblematiek

  • Nu is de gemeente zelf aan zet, dus benut dit. Niet alleen een bedrag aanbieden, maar ook kijken op welke manier de gemeente deze mensen nog meer kan ondersteunen. Wat speelt er bij deze mensen en wat is hun toekomstperspectief? En kan je daar als gemeente iets in betekenen?
  • Het stuk is juridisch in orde. Maar benut nu de kans om bij de uitvoering in gesprek te gaan met deze mensen.
  • De regeling is één van de middelen om te gebruiken bij deze groep. Als je deze regeling nodig hebt om deze mensen te vinden, dan is dat vreemd. Eigenlijk zou de gemeente deze groep al in beeld moeten hebben. Maar in het geval dit niet zo is, dan is dit één van de middelen om ze te vinden en ze verder te helpen.
  • De gemeente moet vroegtijdig inzetten om deze mensen te vinden. Niet pas nu deze regeling van kracht wordt.
  • Meer bekendheid in Nieuwsbrief W&I, Telstar/Eendracht, etc.

9. Bespreken advies pre-mantelzorgwoningen

  • Positieve houding van de gemeente dat er meer mogelijk is dan nu kan.
  • We verwachten van de gemeente een actievere inzet voor het tóch mogen plaatsen van een pre-mantelzorgwoning bij een bedrijfspand. Pijnacker is een agrarische gemeente, dus er zijn veel bedrijfswoningen waarbij plaats is voor een pre-mantelzorgwoning. Er zijn veel problemen met bedrijfswoningen die niet meer in gebruik zijn als bedrijfswoning, maar nu ‘gewoon’ bewoond worden. 
    Hoe willen we omgaan met wonen in glastuinbouwgebied? De gemeente is nu een visie aan het ontwikkelen over de bewoning van dit gebied. De ASD is benieuwd hoe het beleid t.a.v. pre-mantelzorgwoningen past in deze visie.
  • Het gaat ook bij deze beleidsregels erg om de regeltjes, maar eigenlijk moet je kijken naar wat er nodig is en wat er kan. Mantelzorg is juist belangrijk voor mensen in een bepaalde levensfase, dus we verwachten van de gemeente een positieve grondhouding en niet teveel beperkende regels.
  • Niet de menselijke maat vergeten.

10. Aflopen zittingstermijn voorzitter en leden ASD

Het blijkt dat ASD leden die 1-1-2018 begonnen zijn, hun zittingstermijn nog met één termijn mogen verlengen. Het gaat hierbij om drie leden. Piet stelt voor om in het najaar twee nieuwe leden te werven voor 1-1-2026 èn een nieuwe secretarieel ondersteuner (extern persoon). Piet blijft nog een half jaar voorzitter. In die tijd kan een nieuwe voorzitter gezocht worden, waarna aan het eind van 2026 nog 1-2 nieuwe leden geworven kunnen worden.

11. Studiedag ASD

De studiedag zal plaatsvinden op woensdag 8 oktober. Ad regelt het bij de Smulhoeve.
Ochtenddeel: Harry ter Braak uitnodigen om in te zoomen op het belang van de regionale samenwerking in het sociaal domein, over welke aandachtsgebieden het daarbij gaat en hoe we daar als adviesraad adequaat op in kunnen haken.
Voorstel middagdeel: iemand van de SWOP uitnodigen of aandacht besteden aan de ontwikkelingen bij Zorgverzekeraars Nederland. Over dit laatste zal Piet afstemmen met Daniëlle.

12. Uitgaande correspondentie

Geen.

13. Ingekomen correspondentie

Geen aanvullingen.

14. Rondvraag en sluiting

  • De regionale ASD’s willen een werkgroep huiselijk geweld instellen die o.a. gaat nadenken over een gezamenlijk regionaal advies met lokale aspecten. Ursila zal namens onze ASD daarbij aansluiten.
  • Iedereen moet zich kunnen identificeren, maar vervanging van een ID-kaart of paspoort is duur voor mensen met een bijstandsuitkering. De ASD gaat navragen of een tegemoetkoming mogelijk/terecht is voor mensen onder een bepaalde inkomensgrens.

Ten slotte sluit de voorzitter de vergadering met dank voor aanwezigheid en inbreng.

Verslag vergadering Adviesraad Sociaal Domein

27 mei 2025

Aanwezig: Piet van Adrichem (vz), Rick Bijl, Daniëlle van der Eerden, Hetty Harmse, Coby de Koning, Dorien Krom, Daniël Reijsbergen, Ad van Winden en Sandra van Overveld (verslag)

Afwezig: Ricardo Bronsgeest en Ursila Soebhan
Aanwezig als toehoorder: Dries Beukers
Aanwezig namens de gemeente: Yvonne Post en Nadia Eijken (19.30-20.45 uur)

1. Opening en vaststelling agenda

Piet heet alle aanwezigen welkom.

2. Eindevaluatie actieplan bestaanszekerheid

De aanleiding voor het opstellen van het actieplan was de explosieve stijging van de energieprijzen en de toename van de inflatie vanaf 2020. Het doel van het actieplan was tweeledig: inzicht krijgen in de signalen en behoeften vanuit de samenleving en het uitwerken van concrete maatregelen die kunnen bijdragen aan de bestaanszekerheid van inwoners en het versterken van ketenpartners.

Het actieplan bestaat uit 20 maatregelen, verdeeld in concrete en beleidsmaatregelen. De concrete maatregelen bestonden uit:

  1. Uitbreiden doelgroep energietoeslag
  2. Versterken inzet vroegsignalering in 2023 en 2024
  3. Versterken inzet schuldhulpverlening in 2023 en 2024. De extra inzet blijft, omdat er nog steeds veel vraag naar hulp is.
  4. Versterken inzet dienstverlening aan ondernemers en zzp’ers. Er is nu een duidelijk taakverdeling binnen het team van hulpverleners. Er wordt onderscheid gemaakt tussen particulieren en ondernemers/zzp’ers.
  5. Onderzoek naar toekomstige uitvoering dienstverlening aan ondernemers en zzp’ers met financiële problemen.
  6. Instellen van een informatiepunt in 2023. Het informatiepunt is gestopt, omdat er weinig behoefte aan was. De website bestaat nog wel.
  7. Verhogen maatwerkbudget in 2023 en 2024. Het maatwerkbudget gaat nog verder geanalyseerd worden, zodat het nog beter ingezet kan worden.
  8. Uitbreiden doelgroep Rotterdampas. Tot 130% gratis, van 130-150% voor een kleine vergoeding. Er gaat gekeken worden hoe de Rotterdampas nóg efficiënter ingezet kan worden. De ASD merkt op dat de reiskosten naar Rotterdam best hoog zijn. Yvonne zal dit meenemen in de gesprekken hierover.
  9. Verhogen maximumbedrag Kindpas Stichting Leergeld. Het huidige bedrag is nu nog hoog genoeg.
  10. Verhogen budget bijzondere bijstand. De verhoging is nu nog hoog genoeg.
  11. Versterken netwerk preventie en schulden in 2023 en 2024. Met als doel de financiële zelfredzaamheid van inwoners te verbeteren. Mensen kunnen workshops volgen. Dit jaar wordt het gefinancierd vanuit de brede SPUK.
  12. Communicatieoffensief. Er is een communicatiecampagne gestart voor meer bekendheid. Steeds meer ondernemers weten de gemeente te vinden voor hulp.

    De beleidsmaatregelen bestonden uit:
  13. Energietoeslag 2023. Deze bestaat nu niet meer.
  14. Motie schoolontbijt/-lunch. Dit speelt niet op onze scholen. Eén school wil aansluiten bij het Jeugdeducatiefonds en de gemeente is hierover in gesprek met het fonds.
  15. Verbreden Jeugdfonds Sport & Cultuur. Volwassenen kunnen nu ook via een intermediair (SWOP) aangemeld worden voor het volwassenfonds.
  16. Jongeren Perspectief Fonds (JPF). Voor jongeren met schulden die gaan werken aan hun toekomstperspectief. Zij moeten daar wel een maatschappelijke tegenprestatie voor leveren. Hier gaat onze gemeente binnenkort mee starten; er is ook een jongerencoach bij betrokken. Als de tegenprestatie niet geleverd wordt, wordt de jongere uit het traject gezet, het is niet vrijblijvend. In Den Haag loopt het al en werkt het goed.
  17. Herzien gemeentepolis. Het bereik groeit ieder jaar. De ASD vraagt of er veel gebruik gemaakt wordt van de aanvullende zorgverzekering. Mensen hebben dit niet altijd nodig en het kan de gemeente onnodig veel geld kosten. Yvonne zal navragen hoe het precies zit met de aanvullende verzekering. Wordt er veel gebruik van gemaakt, moet de cliënt dit zelf betalen of betaalt de gemeente ook mee, hoe uitgebreid is de verzekering van DSW?
  18. Nazorg bij werkaanvaarding. Deze maatregel is afgerond, omdat er niet veel gebruik van werd gemaakt. Voor ondersteuning kunnen mensen bij Humanitas of bij de Sociaal Raadslieden terecht.
  19. Actualiseren beleid terugvordering, invordering en verhaal. Daar wordt waarschijnlijk eind dit jaar of begin volgend jaar mee begonnen. Eerst moet het proces van terugvordering afgerond worden.
  20. Actualiseren beleidsregels bijzondere bijstand. Is vorig jaar afgerond.

Waar staat de gemeente nu?

  • De energieprijzen zijn gedaald, maar de inflatie blijft een grote uitdaging. Veel mensen ervaren nog steeds financiële druk door stijgende vaste lasten.
  • Bestaanszekerheid is niet verbeterd, maar op z’n best gelijk gebleven.
  • Mensen zijn nog steeds bewust bezig met hun uitgaven en denken er goed over na.
  • Er is een sterke daling te zien in het aantal klanten van de Voedselbank. Dit sluit aan bij het landelijke beeld dat de groep allerarmste inwoners kleiner wordt.

Conclusie:

Bestaanszekerheid moet op de (politieke) agenda blijven, met specifieke aandacht voor ondernemers en zzp’ers, mensen in de bijstand, alleenstaande ouders/eenverdieners, mensen met psychische problemen (ggz), ‘werkende armen’ met inkomens net boven de bijstandsnorm, jongeren en migranten/asielzoekers/statushouders. Bestaanszekerheid is belangrijk voor een sterke sociale basis. Een groot deel van onze inwoners heeft een zeker bestaan, is zelfredzaam en beschikt over een vangnet. Voor de (potentieel) kwetsbare inwoners is een professioneel en informeel vangnet beschikbaar.

Het Actieplan is afgerond. De gemeente blijft het gebruik van voorzieningen op het gebied van werk, inkomen en schulden monitoren. Een aantal maatregelen wordt vervolgd:

  • Jongeren Perspectief Fonds – gaat starten
  • Optimaliseren armoedebeleid – start waarschijnlijk in 2026

Veilig Thuis

Veilig Thuis is onderdeel van de Gemeenschappelijke Regeling (GR) GGD en Veilig Thuis Haaglanden. Via bestuursrapportages worden gemeente(raden) geïnformeerd over de laatste stand van zaken m.b.t. afgesproken ambities en financiële ontwikkelingen. Te vinden via: https://www.ggdhaaglanden.nl/over-ggd-haaglanden/bestuur/bestuursrapportages/
Dit punt wordt geagendeerd voor de volgende vergadering. De eerste rapportage van 2025 wordt binnenkort verwacht en is te vinden via de link.

3. Voortgang opstellen lokale inclusieagenda

De gemeente is bij het opstellen van nieuw beleid verplicht rekening te houden met mensen met een beperking. Nadia Eijken is binnen de gemeente het enige aanspreekpunt voor inclusie en discriminatie.
Er is nu als eerste aandacht voor de toegankelijkheid voor mensen met een beperking. De wens is om dit de komende jaren steeds verder uit te breiden met andere doelgroepen. De gemeente wil in 2050 een inclusieve gemeente zijn.

Er is gepraat met alle maatschappelijke organisaties waar de gemeente een subsidierelatie mee heeft, maar ook bijvoorbeeld met de Zonnebloem. Allemaal gaven ze aan dat aan bewustwording hoge prioriteit moet worden gegeven.

Op 20 mei is bij de gemeente een bijeenkomst over inclusie geweest waar Rick namens de ASD bij aanwezig was. Er waren 29 deelnemers, een heel divers gezelschap. De bijeenkomst was om ervaringen van bewoners op te halen en die mee te nemen in de gesprekken over de lokale inclusieagenda. Er zijn veel ervaringen gedeeld in de discussiegroepjes.

Aandachtspunten waren o.a.:

  • de toegankelijkheid van de balie van het gemeentekantoor,;
  • tuingroen snoeien voor verbetering van de toegankelijkheid van de stoepen;
  • ervaringsdeskundigen mee laten kijken bij nieuwbouwprojecten;
  • inclusieve speeltuinen.

In juni gaat Nadia alle input van de deelnemers intern delen met haar collega’s van Ontwikkeling en van Beleid en zal gekeken worden wat mogelijk is binnen het budget wat hier voor beschikbaar is. Daarnaast zijn er 10 aanmeldingen binnengekomen voor de klankbordgroep toegankelijkheid, waarin Nadia de vorderingen binnen de inclusieagenda gaat delen. Geïnteresseerden kunnen zich nog bij haar melden.

Opmerkingen vanuit de ASD:

  • In de raadsvoorstellen zou ‘inclusie’ en/of ‘toegankelijkheid’ ook als kopje toegevoegd moeten worden.
  • Een kapotte tegel is iets anders dan een scheve tegel. Van het eerste maak je melding bij het meldpunt leefomgeving, het tweede zou ook apart gemeld moeten kunnen worden. Nadia neemt dit aandachtspunt mee.
  • Nadia heeft over inclusie contact met andere gemeenten, maar nog niet met Zoetermeer. De ASD denkt dat zij goed zou kunnen sparren met die collega en haar zou kunnen vragen naar de Toegankelijkheidsraad die actief is in Zoetermeer.

De ASD vindt de ontwikkelingen erg belangrijk en blijft het graag volgen.

4. Mededelingen gemeente

  • In de regio zijn de gemeenten bezig met de Regiovisie Huiselijk geweld. Yvonne gaat op 18 juni de voorzitters adviesraad sociaal domein H9 vragen om hierover een gezamenlijk advies uit te brengen.

5. Advieskalender

Geen aanvullingen.

6. Kennismaking Stichting iDb

Kayla Pandt informeert de ASD over de Stichting voor inclusie en discriminatiebestrijding (iDb). Stichting iDb verzorgt het meldpunt discriminatie voor regio Haaglanden en Hollands Midden, waaronder gemeente Pijnacker-Nootdorp.  Zij streven naar een samenleving zonder uitsluiting die iedereen gelijke kansen biedt, ongeacht geslacht, afkomst, levensbeschouwing en geloof, seksuele gerichtheid, politieke overtuiging en alles wat een mens uniek en onderscheidend maakt. Daarvoor werken zij samen met burgers, groepen van burgers, maatschappelijke organisaties, bedrijven en gemeenten.

Stichting IdB is de antidiscriminatievoorziening voor onze gemeente. Iedere gemeente is wettelijk verplicht om een laagdrempelige, onafhankelijke voorziening in te stellen, waar burgers terecht kunnen met klachten over discriminatie. Stichting IdB heeft tot taak om personen die een klacht hebben over discriminatie onafhankelijk advies en ondersteuning te verlenen bij de afwikkeling van die klacht. Ook registreren de antidiscriminatiebureaus klachten en rapporteren daarover, zodat de overheid weet wat er lokaal speelt op het gebied van discriminatie. Ook verzorgen zij voorlichtingsactiviteiten en workshops.

Het afgelopen jaar is het aantal meldingen sterk gestegen. Dit komt mede doordat mensen nu melding kunnen maken via discriminatie.nl (landelijk meldpunt discriminatie) dat gelinkt is aan Stichting iDb. Hier is veel aandacht voor geweest waardoor mensen zich er meer bewust van zijn geworden.

7. Concept verslag ASD vergadering 22 april 2025 + A&A-lijst

Het verslag wordt ongewijzigd vastgesteld.

A&A-lijst:

  • 4 en 7 – Piet gaat Yvonne de vragen voorleggen over de Sociaal Raadslieden.
  • 8 – Haagsche Zin/geestelijke zorg voor mensen van 50+: Piet heeft telefonisch contact met hen gehad. Zij willen graag via een Zoom-verbinding iets vertellen over hun werk. Dit zullen we agenderen voor 24 juni.
  • 9 – Op 15 mei hebben we Jeroen gevraagd hoe het zit met de onderhoudscontracten voor scootmobielen. We hebben nog geen reactie ontvangen en houden het in de gaten.

8. Studiedag ASD

Mogelijke onderwerpen:

  • Een extern iemand uitnodigen om de toekomstontwikkelingen voor de ASD toe te lichten. Terug- en vooruitkijken wat de afgelopen jaren op de agenda heeft gestaan en waar we nog aandacht aan willen besteden. Of andere interessante onderwerpen.
  • Mentale gezondheid van de jeugd: is de gemeente hier mee bezig en is hier al een rapportage over? Dit moeten we vooraf vragen aan de gemeente.
  • Iemand van Veilig Thuis Haaglanden uitnodigen.
  • Een deel van de dag vullen met de regionale woonzorgvisie Haaglanden/ontwikkelingen in de regio.

Voorstel datum studiedag: woensdag 8 of 15 oktober. A.u.b. beide data vrijhouden.

9. Uitgaande correspondentie

Tip m.b.t. het jaaroverzicht ASD in Telstar/Eendracht: volgende keer meer aandacht besteden aan de foto.

10. Ingekomen correspondentie

Olav Spuij heeft in zijn mail van 26 mei gevraagd of iemand van de ASD in sprintsessies mee wil denken over de inburgering van mensen via de Z-route. De bibliotheek organiseert dit nu, maar gaat ermee stoppen.
Als de gemeente iets gaat ontwikkelen, wil de ASD best een advies geven. Maar het deelnemen aan de sessies is geen taak voor de ASD. De ASD raadt Olav aan bij een grote gemeente na te vragen hoe zij de inburgering aanpakken, omdat bij grote gemeenten al veel kennis beschikbaar is; in Den Haag bijvoorbeeld is het best goed geregeld.

11. Rondvraag en sluiting

  • 22 Juli is Piet er niet, Daniëlle vervangt hem. De vergadering van 19 augustus vervalt.
  • Nootdorp-Nu: is een mooi vormgegeven blad. Hierin staat o.a. een artikel over het Huis van Rie. Op basis van pgb loopt het goed. De enige vraag is of het ook toegankelijk is voor mensen die moeite hebben met het beheren van hun pgb-budget. Het blijkt aan een behoefte te voldoen, dus eigenlijk zou het fijn zijn als de gemeente ook op enigerlei wijze zou investeren in het Huis van Rie.
  • Aan het eind van het jaar verloopt de 2e zittingstermijn van Piet, Hetty, Coby en Ad. Ook Sandra geeft aan aan het eind van het jaar te willen stoppen. Piet gaat dit laatste melden bij de gemeente.
    Dit punt agenderen we voor de volgende vergadering.

Ten slotte sluit de voorzitter de vergadering met dank voor aanwezigheid en inbreng.

Verslag vergadering Adviesraad Sociaal Domein

22 april 2025

Aanwezig: Piet van Adrichem (vz), Rick Bijl, Ricardo Bronsgeest, Daniëlle van der Eerden, Hetty Harmse, Coby de Koning, Daniël Reijsbergen, Ursila Soebhan en Sandra van Overveld (verslag)

Afwezig: Dorien Krom en Ad van Winden
Aanwezig namens de gemeente: Wijnand Kort

1. Opening en vaststelling agenda

Piet heet alle aanwezigen welkom. De ASD is nu weer compleet, doordat Rick door het college is benoemd als lid van de ASD. Gefeliciteerd!
Piet en Sandra zijn op bezoek geweest bij Monique. Het gaat langzaamaan beter met haar.

2. Uitvoeringsagenda visie op het sociaal domein

Er vindt een herijking van de visie plaats i.v.m. de vergrijzing, kostenbeheersing, meer taken naar de gemeente, de capaciteit, kansenongelijkheid etc. De kernwaarden zijn meedoen, ontwikkelen, ondersteuning en toekomstbestendigheid.

Speerpunten:

  1. Versterken van de sociale basis; van de eigen kracht en veerkracht van inwoners
  2. Preventie; inzetten op een gezonde leefstijl (positieve gezondheid)
  3. We zijn een inclusieve gemeenschap
  4. Verminderen van de bestaansonzekerheid
  5. Het stimuleren van gelijke kansen
  6. Betaalbaar houden van het sociaal domein

In verband met de gemeenteraadsverkiezingen in 2026 wordt een keuze gemaakt in wat nog wel en wat niet gedaan gaat worden. Wat de gemeente nog wel gaat doen in 2025 en 2026:

  • Interventieplan kostenbeheersing sociaal domein
  • Opstellen lokale inclusieagenda. Uitwerking van de startnotitie vindt plaats in december.
  • Uitvoeren brede SPUK
  • Preventiebeleid -> lokaal gezondheidsbeleid
  • Herijken subsidie beleidskader. Dit vindt dit jaar plaats. Wat betekent het voor de inwoners, wat krijgen ze aangeboden? Past het aanbod van de huidige aanbieders binnen het beleid van de gemeente? Mogelijk worden er andere keuzes gemaakt door de gemeente en kunnen bestaande aanbieders afvallen.
  • Verbreden beleid normaliseren. Dit wil de gemeente, met hulp van de welzijnsondersteuner, doortrekken naar ouderen.
  • Data. Deze gaat de gemeente zelf verzamelen uit data van o.a. GGZ, CBS; regionaal en lokaal. In het najaar kan over deze ontwikkeling een presentatie gegeven worden aan de ASD.

Wat volgt later:

  • Herijken regionale netwerkstrategie
  • Versterken sociale basis (doen we nu deels via beschermd wonen/beschermd thuis)
  • Implementatie wet aanpak meervoudige problematiek sociaal domein
  • Ontwikkelen sociale kaart
  • Herzien wijkgericht werken 

3. Mededelingen gemeente

  1. Voor Wijnand is nog geen vervanger gevonden. Sjoerd v.d. Sluis wordt contactpersoon voor de ASD tot de zomer. Voor de komende vergaderingen zal degene die een presentatie verzorgt eventuele vragen vanuit de ASD meenemen naar collega’s.
  2. Wmo-cliënten uit onze gemeente ontvangen een vragenlijst. Na de zomer komt de uitslag van het cliëntervaringsonderzoek.
  3. Huis van Rie: er zijn ontwikkelingen, maar Wijnand kan daar inhoudelijk niet op ingaan. Als mensen deel nemen aan activiteiten van het huis van Rie, gaat dit op basis van het pgb.

4. Advieskalender

Sjoerd zal zorgen dat de kalender actueel blijft. Door de naderende gemeenteraadsverkiezingen in 2026 blijkt nu al dat het aantal te bespreken onderwerpen op de advieskalender minder wordt. De ASD wil graag in het najaar geïnformeerd worden over het Integraal ZorgAkkoord (IZA) en het Aanvullend Zorg- en Welzijnsakkoord (AZWA). Hoe gaat de RIGA-regio hiermee om?

5. Concept verslag ASD vergadering 25 maart 2025

Het verslag wordt ongewijzigd vastgesteld.

Naar aanleiding van

  • Pag. 3, punt 9, 1e bullet: onderhoudscontracten voor scootmobielen: de ASD gaat er vanuit dat er een bruikleencontract zal zitten bij de levering van een scootmobiel. We gaan Jeroen vragen of hij ons inzicht kan geven in de contractinhoud van de door de Wmo geleverde scootmobielen. In hoeverre zijn de gebruikers en de leverancier hiervan op de hoogte? We hebben het idee dat er ruis zit op de communicatie.
    Sandra formuleert de vraag voor Jeroen.

A&A-lijst:

4.    Sociale Raadslieden: we leggen de vraag neer bij Yvonne Post.

5.    Daniëlle gaat de cijfers van Veilig Thuis opzoeken.

De punten a. en c. kunnen eraf.

6. Bespreken van de reactie van het college op het advies van de ASD over het interventieplan kostenbeheersing en innovatie sociaal domein 2025-2028

De ASD bespreekt de reactie van het college op haar advies en besluit een aanvullend advies naar het college te sturen m.b.t. de volgende punten:

  1. De term ‘innovatie’ in de titel.
    Gezien de magere voorbeelden verdient deze benaming o.i. niet zo’n prominente plek in de titel.
  2. Krachtig ouder worden en de individuele maatregel.
    Er is niets gedaan met onze suggestie om de individuele maatregel te heroverwegen. Ze verwijzen alleen naar hoe ze de toegang hanteren. Hierdoor kunnen de gevolgen verstrekkend zijn. Het gaat om chronische situaties.
  3. Bedragen individuele inkomenstoeslag.
    Kloppen de genoemde bedragen? Coby zal het nakijken en het Daniëlle laten weten.

7. Uitgaande correspondentie

Brenda Verhoek zal reageren op het gezamenlijke advies over de Regiovisie Jeugdhulp Haaglanden en de Hervormingsagenda Jeugd voor de H9 regio.

8. Ingekomen correspondentie

De informatie over de Woonzorgvisie Haaglanden zal nog worden toegestuurd. In de visie staat vooral beschreven hoeveel woningen er beschikbaar moeten zijn voor welke doelgroepen. We komen hier de volgende keer op terug.

9. Rondvraag en sluiting

  • Nu Rick ook benoemd is, kan het jaaroverzicht in de Telstar/Eendracht geplaatst worden.
  • Wat kunnen we in het najaar nog oppakken nu het wat rustiger wordt; waar willen we ons op focussen?
  • De eigen bijdrage voor jeugdzorg zou verplicht worden. De wettelijke eigen bijdrage is een gegeven en de gemeente is daaraan gebonden en moet dit uitvoeren. De gemeente moet daar zelf over communiceren en wij moeten opletten of dat goed gebeurt.
    En hoe kan de gemeente hier mee omgaan? De gemeente heeft de mogelijkheid om groepen uit te sluiten van de eigen bijdrage.
  • Hoe is de mentale gesteldheid van de jeugd en hoe kan de gemeente hier een positieve bijdrage aan leveren (i.h.k.v. suïcidepreventie en vroegtijdig ingrijpen)? De jeugd bevragen wat zij nodig heeft.
  • Ook kunnen scholen bevraagd worden hoe ze met informatie geholpen kunnen worden; wat ze nodig hebben, wat haalbaar is en hoe ze hierin beter kunnen samenwerken. Wat signaleren ze en welke instrumenten hebben ze nodig?
  • Hier komen we een volgende vergadering op terug.
  • Hoe verhoudt onze ASD zich tot de regionale samenwerking; advisering in regionaal verband? Hoe kunnen we dit voor de komende periode inregelen?
    Dit is een goed onderwerp voor de scholingsdag. Hiervoor zal een datumprikker rondgestuurd worden.
  • Het is belangrijk dat de informatie over de ASD op de website actueel is, maar we publiceren onze adviezen pas als we de reactie van het college erbij kunnen voegen.
  • De Nieuwsbrief Werk & Inkomen staat niet bij de receptie van de gemeente. We zullen de betrokkenen daarop attenderen.

Ten slotte sluit de voorzitter de vergadering met dank voor aanwezigheid en inbreng.

Verslag vergadering Adviesraad Sociaal Domein

25 maart 2025

Aanwezig:
Piet van Adrichem (vz), Daniëlle van der Eerden, Hetty Harmse, Coby de Koning, Dorien Krom, Daniël Reijsbergen, Ursila Soebhan, Ad van Winden en Sandra van Overveld (verslag)

Afwezig: Ricardo Bronsgeest

Aanw. als mogelijk nieuw ASD-lid:   Rick Bijl
Aanwezig als toehoorder:                   Dries Beukers en Anne Volkers
Aanwezig namens de gemeente:    –

1. Welkom

Piet heet iedereen welkom. Rick Bijl is aangeschoven als mogelijk nieuw ASD-lid en stelt zichzelf voor.

2. Mededelingen over en van de gemeente

  • De voor deze vergadering geplande agendapunten van de advieskalender zijn geschrapt of uitgesteld. Daarom is er deze vergadering niemand van de gemeente aanwezig. Wijnand is in gesprek met zijn leidinggevende over zijn opvolger. Er zijn twee gegadigden, maar zij kunnen allebei pas over twee maanden beginnen.
  • Dashboard Werk & Inkomen Q4 2024: het valt de ASD op dat er relatief veel bijstandsgerechtigden bij zijn gekomen. Mogelijke oorzaak kan de stijging van het aantal sociale huurwoningen zijn, waar iedereen uit de regio Haaglanden op in kan schrijven. Het is niet alarmerend en door het vrij lage aantal is het nog steeds mogelijk om effectieve maatregelen in te zetten. Dat vraagt wel om alertheid om de nieuwe bewoners snel in beeld te krijgen en samen met hen te bepalen welke ondersteuning nodig is om hen richting werk of in ieder geval meedoen te begeleiden.

3. Advieskalender

Er staan nog een aantal onderwerpen gepland.

Mogelijke aanvulling:

  • Afgelopen maanden is er aandacht geweest voor het Integraal Zorgakkoord en de RIGA. Op dit moment is er een Aanvullend zorg- en welzijnsakkoord (AZWA) in de maak. De ASD wil hierover graag in september bijgepraat worden.  Wat betekent het voor de gemeente? Wat zijn haar verplichtingen?

4. Concept verslag ASD vergadering 18 februari 2025 + A&A-lijst

Het verslag wordt ongewijzigd vastgesteld.

Piet heeft vandaag bericht gekregen dat Daniël door het college officieel is benoemd tot lid van de ASD. Gefeliciteerd!

5. Advies kostenbeheersing en innovatie sociaal domein

We kijken het concept advies door, aanvullende opmerkingen en wijzigingen worden direct door Daniëlle verwerkt. Zij zal de aangepaste versie naar Piet sturen voor een laatste check, waarna Sandra het naar Wijnand en het college zal sturen.

6. Regiovisie Jeugdhulp en de hervormingsagenda jeugd

Bijgevoegd is het regionaal advies dat is samengesteld in samenwerking met jongeren uit de diverse adviesraden. De volgende keer kunnen Daniël en Rick meepraten namens onze ASD.

Op de agenda van het H10 voorzittersoverleg ASD staat als bespreekpunt ‘Ontwerp Regionale Woonzorgvisie Haaglanden’. Daniëlle zou daarvan graag een terugkoppeling willen horen.

7. Uitgaande correspondentie

*    Jaaroverzicht ASD 2024 aan het netwerk rondom de ASD. De versie voor de krant wordt gepubliceerd als Rick benoemd is door het college. Sarah van der Heijden is hiervoor contactpersoon bij de gemeente.

8. Ingekomen correspondentie

  • 200225 via e-mail: Verzoek om contact op te nemen met Haagsche-Zin, Centrum voor Levensvragen Den Haag tot Hoek van Holland. Zij bieden geestelijke verzorging thuis voor mensen van 50 jaar en ouder en palliatief. Piet gaat contact met de contactpersoon opnemen om te vragen wat onze rol kan zijn.

  • We nemen kennis van het overzicht van uitgaven van de ASD in 2024.

9. Rondvraag en sluiting

  • N.a.v. een concrete situatie rijst de vraag of er een onderhoudscontract wordt afgesloten bij het gebruik van scootmobielen en wat de verplichtingen van Kersten hierin zijn? We kunnen hier ook aandacht aan besteden in de Nieuwsbrief Werk & Inkomen. Sowieso vraagt de ASD zich af wat de gemeente doet aan contractmanagement.
  • Rick geeft aan dat hij graag lid zou willen worden van de adviesraad. Hij zal zijn CV opsturen en Piet zal hem aan het college voordragen als kandidaat voor benoeming tot lid van de ASD. Daarmee zijn we straks weer voltallig en daar zijn we bijzonder blij mee. Sandra zal Daniël en Rick toevoegen aan de WhatsApp groep van de ASD.

Ten slotte sluit de voorzitter de vergadering met dank voor aanwezigheid en inbreng.

Verslag vergadering Adviesraad Sociaal Domein

18 februari 2025

Aanwezig:
Piet van Adrichem (vz), Ricardo Bronsgeest, Daniëlle van der Eerden, Hetty Harmse, Coby de Koning, Dorien Krom, Ad van Winden en Sandra van Overveld (verslag)

Afwezig: Ursila Soebhan

Aanw. als mogelijk nieuw ASD-lid:   Daniël van Reijsbergen
Aanwezig als toehoorder:                   Dries Beukers en Anne Volkers
Aanwezig namens de gemeente:     Bianca Woutersen en Annemarieke Wamsteker (19.30-20.30 uur), Jeroen Diehl (20.30-21.10 uur) en Wijnand Kort (19.30-21.25 uur)

1. Opening en vaststelling agenda

Piet heet alle aanwezigen welkom.
Aanvulling agenda: punt 7 b: Hoe gaan we het advies opstellen? en punt 7 c: Jaaroverzicht ASD 2024 en het publiek jaaroverzicht voor in de Telstar/Eendracht.

2. Presentatie over premantelzorgwoningen

Bianca Woutersen en Annemarieke Wamsteker verzorgen de presentatie over de beleidsregels premantelzorgwoningen. Zij willen dit bespreken met de ASD en informatie ophalen, omdat het college over dit onderwerp nog moet besluiten. De presentatie mag niet verder verspreid worden.

Een premantelzorgwoning is een woning die geplaatst wordt vóórdat er een zorgvraag is. Deze woningen kunnen de zorg verlichten en ervoor zorgen dat mensen langer zelfstandig thuis kunnen blijven wonen. Het is een woning voor maximaal twee mensen waarvan verwacht wordt dat minstens één van hen binnen 10 jaar voor mantelzorg in aanmerking komt.

Regels voor de bewoners:

  • Deze moeten een (aantoonbare) duurzame sociale relatie hebben met de aanvrager/initiatiefnemer (dit mag bijvoorbeeld ook een buur of vriend(in) zijn);
  • een leeftijd hebben van minimaal 75 jaar. Of jonger zijn dan 75, maar dan met een medische verklaring kunnen aantonen dat de verwachting is dat er binnen 10 jaar een mantelzorgsituatie gaat ontstaan.

In de premantelzorgwoning mag één huishouden van maximaal twee personen wonen.

Voor het realiseren van aan,- uit- en bijgebouwen sluit de gemeente aan bij de landelijke regels. Daarnaast heeft de gemeente nog enkele andere eisen opgesteld, waaronder dat de woning levensloopbestendig en rolstoelvriendelijk moet zijn en dat het een tijdelijke voorziening is. De omgevingsvergunning wordt door de gemeente afgegeven voor 10 jaar; eventuele verlenging van 5 jaar is mogelijk. Wanneer de vergunning niet opnieuw wordt aangevraagd of wordt afgegeven, moeten de elementen die het een woning maken verwijderd worden binnen 6 maanden. Wordt de bewoner mantelzorgbehoevend, dan kan hij/zij er blijven wonen en vervalt de termijn van 10 jaar. Verder worden er ook nog andere regels gesteld voor het proces.

Vragen en opmerkingen vanuit de ASD:

  • Wat nou als iemand na 10 jaar (+ 5 jaar verlenging) op z’n 90e nog vief rondloopt en toch geen mantelzorg nodig blijkt te hebben, wat gebeurt er dan? Volgens Annemarieke moet de persoon dan uit de woning, omdat er op dat moment een permanente vergunning afgegeven moet worden. Dit is niet wenselijk, want dan wordt het een hele andere situatie. De ASD vindt dit zorgelijk, omdat veel mensen vief oud worden.
  • Bij de regels voor de omgeving moet de term ‘verslechtering’ goed omschreven worden. Zolang het binnen de juridische regels valt, mag de woning geplaatst worden. Ook al hebben de buren er bezwaar tegen.
  • Tip van de ASD: verduidelijk de tekst met voorbeelden, zodat mensen weten wat er bedoeld wordt. Laat goed zien hóe dit een uitbreiding is op regels die er nu al zijn.
  • De ASD is benieuwd hoe succesvol dit is in andere gemeenten? Bianca en Annemarieke geven aan dat zij dit niet weten, omdat ze op deze vraag geen antwoord krijgen. Vragen die leven zijn o.a.: Is er al veel gebruik van gemaakt? Is het risico goed gecommuniceerd? Zijn er al veel gevallen van mensen die uiteindelijk op straat zijn komen te staan? Is er behoefte aan dit soort woningen? Wat doen gemeenten met mensen die wettelijk uit het huis moeten?
  • Neem wijkteams, cliëntondersteuners en ouderenadviseurs mee in het proces. Organiseer een bijeenkomst voor hen om e.e.a. goed duidelijk te maken.

Deze plannen zijn niet zonder risico, daarom is goede voorlichting erg belangrijk. De ASD wordt graag op de hoogte gehouden van hoe het plan verder wordt uitgewerkt.

3. Interventieplan kostenbeheersing sociaal domein

Ondanks het succes van het vorige interventieplan constateert de gemeente vanaf 2023 opnieuw een kostenstijging. Bij de gemeentebrede financiën hebben we te maken met bezuinigingen en komt ravijnjaar 2026 eraan, waarin gemeenten structureel veel minder geld gaan krijgen uit het Gemeentefonds.

Kostenstijging bij Wmo en jeugd:

  • Wmo: het aantal 75+-ers groeit. Hoge indexaties bij hulpmiddelen en vervoer. Vanaf 2018 is de kostenstijging bij de Wmo > 14%.
  • Jeugd: het aantal jongeren blijft redelijk constant, maar de gemiddelde kosten stijgen. Er worden duurdere producten ingezet; dit heeft deels te maken met indexatie. Bij de jeugd is de kostenstijging per jaar ca. 10%. De gemeente probeert meer grip te krijgen op de doorverwijzingen naar jeugdhulp.
  • Participatie: kosten om te proberen mensen aan het werk te krijgen.

Totstandkoming nullijn:

  • Belangrijk kader. Voorgesteld door het college, vastgesteld door de raad.
  • Afstappen van t-1-systematiek begroten, met achteraf een correctie.
  • Cijfers realisatie sociaal domein 2023 wordt de basis + reguliere gemeentebrede indexatie budgetten groei + areaal.
  • Correctie achteraf (€ 1,2 miljoen) wordt afgebouwd.
  • Vanaf 2027 moet de gemeente zelf tegenvallers gaan opvangen.

Het nieuwe interventieplan:

  • is gericht op kostenbeheersing en innovatie;
  • is gebaseerd op het oude interventieplan;
  • hangt samen met de visie op het sociaal domein;
  • geeft een uitgebreide analyse van de kostenstijging binnen het sociaal domein;
  • bestaat uit meerdere ‘tranches’ maatregelen, in totaal 25;
  • is een nieuw aanvullend breed pakket maatregelen gericht op innovatie en besparen, met een overkoepelend plan voor Jeugd, Wmo en Participatiewet;
  • geeft ruimte om keuzes te maken en ook toekomstige groei op te vangen;
  • heeft een totaal besparingspotentieel van ruim € 2.000.000;
  • valt deels binnen collegebevoegdheid (direct uit te voeren), deels ter vaststelling door raad.

De gemeente is van mening dat echt pijnlijke maatregelen niet nodig zijn, met name voor de inwoners. Wel zal er kritisch gekeken worden naar aanbieders. Er zal altijd ruimte blijven voor maatwerk. Na de keuze van het pakket maatregelen volgt de implementatie en zal er jaarlijks gerapporteerd worden.

De gemeente benadrukt dat door stijgende kosten de financiële druk onverminderd groot blijft. Als compensatie/verandering van het Rijk uitblijft, moeten er misschien nieuwe maatregelen volgen. De mogelijkheden hiervoor nemen af en de impact wordt groter.

Dit is de eerste stap in het politieke proces. Uiteindelijk zal de raad de daadwerkelijke maatregelen vaststellen. Planning: begin april college, gemeenteraad in mei.

De ASD wordt gevraagd uiterlijk 26 maart het advies naar het college en Wijnand te sturen. Tussentijds kunnen we nog technische vragen aan Jeroen en hem stellen zodat we de antwoorden in de volgende vergadering mee kunnen nemen bij het opstellen van het advies. Ook mogen we het plan voorleggen aan onze schil.

4. Mededelingen gemeente

Beantwoording vragen vanuit de vorige vergadering:

  • Coby heeft persoonlijk antwoord gekregen op haar vraag over de Bijzondere Bijstand.
  • Kostenbesparende maatregelen: waarom kijken we alleen naar mogelijkheden binnen onze eigen gemeente? Wijnand geeft aan dat onze gemeente zeker ook kijkt naar andere gemeenten, maar dat het voor inwoners met een beperking soms lastig is om verder te moeten reizen. Men zoekt naar de beste oplossing.
  • Orange the World: is meer een campagne om mensen bewust te maken; het levert geen cijfers op. Cijfers zijn te krijgen via Veilig Thuis. Wijnand heeft daar naar gevraagd.

    -Pilot sociaal raadslieden: Yvonne zal in oktober een update komen geven. Begin maart gaat het loket open. De ASD dringt aan op goede publiciteit hierover. Het is voor de ASD nog onduidelijk waar het eerste kennismakingsgesprek gaat plaatsvinden. Wijnand zal dit navragen. Het is wenselijk dat gesprekken met een raadsman of raadsvrouw zo snel mogelijk ook binnen onze gemeente kunnen plaatsvinden.
    -Pilot scootmobielen: op dit moment wordt bij De Kiezel een voorziening gebouwd. In maart wordt deze opgeleverd en gaat de pilot in Delfgauw van start.

5. Advieskalender

De opvolger voor Wijnand is nog niet bekend; de vacature staat intern open. Ten slotte nemen we afscheid van Wijnand en danken we hem voor zijn positieve inbreng en voor de fijne samenwerking.

6. Verslag ASD vergadering 21 januari 2025 + A&A-lijst

Het verslag wordt ongewijzigd vastgesteld.

Actie- en aandachtspuntenlijst:

2.  Blijft staan, we wachten op de LIA.
3.  Daniëlle stuurt de Gezondheidsmonitor Jong Volwassenen (GGD Haaglanden) naar Sandra. Zij verspreidt deze.
5.  Kan eraf.
6.  Wijnand heeft cijfers opgevraagd bij Veilig Thuis en zal deze doorsturen naar de ASD.

Piet zal de punten 3 en 4 nog onder de aandacht brengen van Wijnand.

7. Vacature ASD

We heten Daan Reijsbergen van harte welkom als nieuw lid van de ASD. Fijn dat de jeugd hiermee weer vertegenwoordigd is in de adviesraad. Piet zal hem voordragen bij het college. Ook Rick Bijl heeft interesse getoond en hij zal door Sandra voor de volgende vergadering uitgenodigd worden.

8. Advies interventieplan sociaal domein

Binnenkort ontvangt de ASD de stukken m.b.t. het nieuwe interventieplan. Uiterlijk 5 maart kan de ASD vragen en opmerkingen daarover aanleveren bij Piet. Piet bundelt de reacties en stuurt ze naar Wijnand en Jeroen. Zij geven antwoord op de vragen. Houden we n.a.v. die antwoorden discussiepunten, dan gaan we een Teams-bijeenkomst plannen. Voorstel: dinsdag 18 maart.

9. Jaarverslag ASD 2024 en publiek jaarverslag in Telstar/Eendracht

Het jaarverslag 2024 is in de maak. Piet zal het concept naar iedereen sturen. Op 25 maart zullen we vóór de vergadering een nieuwe ASD-foto maken.

10.    Uitgaande correspondentie

Geen aanvullingen.

11.    Ingekomen correspondentie

  • Thema-avond Lansingerland over toekomstbestendige jeugdhulp op 5 februari: Marieke van Bijnen had een goed verhaal over hoe onze gemeente de jeugdhulp aanpakt.
  • De campagne normaliseren is onlangs van start gegaan; dit is een goede ontwikkeling.
  • Klankbordgroep Sociaal Domein d.d. 11 februari: Piet gaat vragen wanneer we de presentaties kunnen verwachten en Sandra zal deze na ontvangst rondsturen.

Ten slotte sluit de voorzitter de vergadering met dank voor aanwezigheid en inbreng.

Verslag vergadering Adviesraad Sociaal Domein

21 januari 2025

Aanwezig:
Piet van Adrichem (vz), Ricardo Bronsgeest, Daniëlle van der Eerden, Hetty Harmse, Coby de Koning, Dorien Krom, Ursila Soebhan, Ad van Winden en Sandra van Overveld (verslag)
Aanwezig als toehoorder vanuit de schil: Dries Beukers
Aanwezig namens de gemeente: Marieke van Bijnen (19.30-20.05 uur), Hanneke van de Gevel (19.30-20.20 uur), Janine Kruese (20.20-21.00 uur)

Afwezig m.k.:   
Wijnand Kort

1. Opening en vaststelling agenda

Piet heet alle aanwezigen welkom.

2. Beantwoording vragen m.b.t. de beleidsregels bijzondere bijstand 1)

Hanneke van de Gevel en Marieke van Bijnen gaan in op onze vragen over het gebruik van de tegemoetkoming voor kosten voor deelname aan het maatschappelijk verkeer en nemen ons mee in de financiële positie van de gemeente en wat dit betekent voor het sociaal domein.

De wethouders geven aan dat de gemeente wil toewerken naar een structureel sluitende begroting. Vanaf 2026 zal zij een lagere bijdrage ontvangen uit het gemeentefonds. Het college verwacht vanaf 2028 structureel 3 miljoen tekort hebben.

Jeugd is de grootste uitgavepost binnen het sociaal domein. Vanaf 2023 zijn de kosten voor jeugd extreem gestegen (toename van zorgvragen en zwaardere zorgvragen). Ook voor de Wmo, maar minder hard dan voor jeugd (normaal patroon; toename zorgvragen door vergrijzing). In 2024 is voor het eerst een tekort bij de BUIG opgetreden. Er is dus een tekort op alle drie de wetten.

Voor 2025 is de wijze voor het opstellen van de begroting gewijzigd. Er wordt een nullijn gehanteerd voor het sociaal domein. Omdat de gemeente daarmee gaat werken èn er sprake is van kostenstijging, wordt er een nieuw interventieplan opgesteld. De ASD zal gevraagd worden hierover advies uit te brengen. De opgave is groot. Om kosten te beheersen wordt samengewerkt in de regio.

Ricardo vraagt om meer duidelijkheid over het maatwerk binnen onze gemeente. De handvatten daarvoor zijn moeilijk te vinden in de stukken die wij krijgen van de gemeente. De stukken zijn juridisch dichtgetimmerd, maar hoeveel ruimte is er nog in de uitvoering? De wethouder geeft aan dat er ruimte is om maatwerk te bieden aan de mensen die het echt nodig hebben.

Voorgesteld wordt een keer mensen van het kernteam (= de uitvoering) uit te nodigen voor de vergadering. Hoe passen zij maatwerk toe in de praktijk? Gebruiken zij methoden en zo ja, hoe worden deze dan toegepast? Is het vrije interpretatie of worden de kernteamleden erop gestuurd? Zijn er intervisiemomenten tussen de collega’s? Welke dilemma’s liggen er voor bij maatwerk en hoe ga je dan te werk? Zo krijgt de ASD een goed beeld van hoe het in de praktijk gaat.

Wat betreft de vragen van de ASD over het gebruik van de tegemoetkoming voor kosten voor deelname aan het maatschappelijk verkeer, geven de wethouders aan dat het de gemeente

€ 13.000,00 extra zou kosten als het bedrag voor tegemoetkoming geïndexeerd zou worden. Dit lijkt een laag bedrag, maar ook de Rotterdampas en de gehandicaptenparkeerplaats staan op de nominatie om geschrapt te worden. Dan moet de gemeente kiezen: we indexeren het bedrag niet en kunnen andere regelingen houden, of we indexeren het wel waardoor andere voorzieningen komen te vervallen. Dit is voor de gemeente een lastige keuze. Gekozen is voor de eerste optie.

De beantwoording van de overige vragen van de ASD is als bijlage bij dit verslag gevoegd.

Na het vertrek van de wethouders heeft Coby nog een vraag. Zij heeft in januari 2024 een aanvraag bijzondere bijstand gedaan. Dit is toegekend in maart ’24. In januari 2025 heeft zij weer een nieuwe aanvraag gedaan, maar nu krijgt ze te horen dat ze pas in maart aan mag vragen, omdat er dan een jaar voorbij is. Dit vindt ze vreemd en vervelend, omdat ze er vanuit gaat dat je het ‘per kalenderjaar’ mag aanvragen, dus weer vanaf januari. Op deze manier blijft het steeds verder opschuiven. We zullen dit navragen bij Wijnand.

3. Kennismaking met de klachtenfunctionaris Janine Kruese

Janine Kruese is adviseur sociale veiligheid bij de gemeente. Zij is klachtencoördinator, mediator, agressiecoördinator, vertrouwenspersoon binnen de gemeente en buurtbemiddelaar. Zij informeert de ASD over de inrichting en uitvoering van de klachtenprocedure.

Volgens hoofdstuk 9 van de Algemene wet bestuursrecht is een klacht ‘een uiting van ongenoegen over de wijze waarop een bestuursorgaan van de gemeente zich in een bepaalde aangelegenheid tegenover een natuurlijk persoon of rechtspersoon heeft gedragen’. Onder bestuursorgaan vallen de raad, het college, de burgemeester en de commissie Behandeling Bezwaarschriften.

Men kan niet klagen over individuele raadsleden, maar wel over de gehele raad.

Men kan wel klagen over een individueel collegelid en ook over ambtenaren die werkzaam zijn bij het bestuursorgaan.

(Interne, eerstelijns) klachtenprocedure:

  1. Burger ontevreden over gedrag of handelen? Mogelijkheid tot klacht indienen, schriftelijk of telefonisch.
  2. Klachtenregeling Gemeente Pijnacker-Nootdorp, gecoördineerd door klachtencoördinator.
  3. Klachtenprocedure: snel, persoonlijk, oplossingsgericht, informeel afhandelen.

De insteek bij de gemeente is om snel, persoonlijk contact te zoeken met een klager om te kijken wat er speelt en of oplossingen te bedenken zijn. Of om sorry te zeggen. Heel informeel. Soms is één telefoontje al genoeg.

Bij sommige klachten (vooral in het Sociaal Domein) worden klagers uitgenodigd voor een persoonlijk gesprek. Dat kan op kantoor, maar ook op locatie. Afhankelijk van de klacht, is de klachtencoördinator bij dit gesprek en begeleidt zij als neutrale gespreksleider het gesprek tussen een klager en haar vakinhoudelijke collega’s. Bij het gesprek zitten meestal de klager en eventueel iemand die meekomt als steun, de teamleider van het taakveld waar de klacht binnen valt (deze teamleider kan ook wat vinden over het handelen van zijn/haar medewerker bij een (bejegenings)klacht) en de klachtencoördinator. Afhankelijk van het gesprek en de wensen van klager, volgt er na een gesprek een (wat meer formelere) klachtafhandelingsbrief. In deze brief staat de verwijzing naar de Nationale ombudsman als tweedelijns klachtbehandelaar. Bij klachten in het Sociaal Domein volgt bijna altijd zo’n brief.

Als de burger niet tevreden is over de be-/afhandeling van de klacht door de gemeente kan deze persoon contact opnemen met de Nationale ombudsman. Die kan onderzoek doen, doorverwijzen naar derden en een interventie inzetten. Maar eerst moet de klacht in behandeling zijn geweest  bij de gemeente.

Klachten moeten binnen 30-50 werkdagen behandeld worden, maar vaak gebeurt dit sneller. Gemiddeld duurt het 13 werkdagen. Als klachten afgehandeld zijn, checkt Janine altijd of de mensen tevreden zijn; of de klacht naar tevredenheid is afgehandeld.

Totaal aantal klachten in het in Sociaal Domein 2024: 27.
15 m.b.t. Participatiewet, 10 m.b.t. Wmo en 2 m.b.t. Jeugd- en volwassenhulp (kernteam).

Het verschil tussen een klacht en bezwaar is, dat een bezwaar juridisch is en een klacht niet.

De gemeente neemt veel besluiten. Het kan gebeuren dat iemand het niet eens is met een besluit, dan kan daartegen bezwaar worden gemaakt. Voor het behandelen van bezwaarschriften is een commissie van onafhankelijke deskundigen ingesteld, dat is de Commissie Bezwaarschriften. De commissie brengt advies uit aan het gemeentelijke bestuursorgaan over het bezwaar. Het bestuursorgaan neemt uiteindelijk een beslissing op bezwaar. Tegen die beslissing kan beroep bij de rechtbank worden ingesteld.

Janine hoopt op een goede samenwerking met de sociaal raadslieden met korte lijntjes naar elkaar.

4. Mededelingen gemeente

Piet vertelt dat Wijnand gaat stoppen als contactpersoon voor de ASD. Hij krijgt een andere functie binnen de gemeente. De ASD vindt dit erg jammer, want de samenwerking met Wijnand was goed en prettig.

Overig: Voortgang regionaal werkcentrum: per arbeidsregio komt een werkcentrum. Het is goed dat er weer een plek is waar mensen naar toe kunnen.

5. Advieskalender

Geen aanvullingen.

6. Concept verslag ASD vergadering 26 november 2024 + A&A-lijst

Het verslag wordt ongewijzigd vastgesteld.

Actie- & Aandachtspuntenlijst: Geen aanvullingen.

7. Bespreken reacties college op onze adviezen Q3 en Q4 2024

  1. Reactie ASD op het antwoord van het college op het advies inzake de pilot sociaal raadslieden: de ASD is benieuwd wanneer daarmee wordt gestart; we hebben er nog geen publicatie over gezien.
  2. Reactie college op ons advies inzake de Verordening jeugdhulp: ter kennisgeving aangenomen.
  3. Reactie college op ons advies over de beleidsregels giften 2024 en beleidsregels tegemoetkoming kosten kinderopvang op grond van sociaal medische indicatie 2024: ter kennisgeving aangenomen.
  4. Onze brief over het opstellen van een Lokale Inclusie Agenda (LIA): we hopen onze suggesties straks in de LIA terug te zien

8. Vacatures ASD

Het contact van Coby sluit in februari aan bij de vergadering om te ervaren wat een ASD vergadering inhoudt.

Piet heeft met Wijnand en Iris een gesprek gehad over het werven van een nieuw jong ASD lid. Naar aanleiding daarvan is Joyce de Haan benaderd en er wordt nu een profielschets opgesteld die verspreid gaat worden onder verschillende organisaties. Gedacht wordt aan de Hogeschool Den Haag en Rotterdam (naar de SLB-ers) en opleidingen in het sociaal domein, sportverenigingen, kerken, e.d. Misschien weten de casemanagers nog iemand. Voorwaarde is wel dat de persoon uit onze gemeente komt. De zittingstermijn van 4 jaar is geen harde afspraak. Dorien kijkt naar adressen in Den Haag, Daniëlle in Rotterdam. Piet maakt een tekst en Sandra verspreidt het.

Afscheid Monique: het gaat goed met haar, maar ze is blij dat ze gestopt is met de ASD. Ze wacht nu op een operatie in het LUMC.

9.    Uitgaande correspondentie

Geen aanvullingen.

10.    Ingekomen correspondentie

  • Maatregelen kostenbeheersing sociaal domein, pagina 5, 2e blokje ‘Wat is er voor nodig om deze maatregel uit te kunnen voeren?’:
    Hierin wordt bij het 3e streepje gesproken over ‘Werkgevers in Pijnacker-Nootdorp …’. Waarom is hier specifiek voor onze gemeente gekozen en wordt er niet gekeken naar buurgemeenten? Dit zullen we vragen aan Wijnand.   
  • Om een beter beeld te krijgen van huiselijk geweld binnen onze gemeente is het goed om ook de cijfers van Veilig Thuis op te vragen.
  • Aan Wijnand gaan we vragen of er vanuit Orange the World al nieuwe cijfers bekend zijn t.o.v. die in de eerste presentatie in 2023. Zijn er al effecten zichtbaar?

11.    Rondvraag en sluiting

  • Dries wil dit jaar een themadag over gezondheid organiseren. Hij krijgt de presentatie over de RIGA (bijlage 14) mee voor als hij iemand daarover wil benaderen voor de themadag.
  • Ten slotte sluit de voorzitter de vergadering met dank voor aanwezigheid en inbreng.

Ten slotte sluit de voorzitter de vergadering met dank voor aanwezigheid en inbreng en wenst hij iedereen fijne feestdagen en een voorspoedig nieuwjaar.

Bijlage:

Beantwoording vragen ASD m.b.t. tegemoetkoming kosten maatschappelijk verkeer.

  1. De ASD is benieuwd hoeveel cliënten een beroep doen op de financiële ondersteuning voor deelname aan het maatschappelijk verkeer, vallend onder de bijzondere bijstand.

Antwoord:

Dit is hoe vaak de bijdrage voor deelname aan het maatschappelijk verkeer de afgelopen jaren is toegekend:

2019: 238 keer

2020: 396 keer

2021: 213 keer

2022: 267 keer

2023: 278 keer

  • Is bekend voor welke activiteiten, abonnementen e.d. de aanvragen worden gedaan?

Antwoord:

Dit wordt niet bijgehouden. De indruk van de klantmanagers is dat veel inwoners de bijdrage gebruiken voor hun internetabonnement.

  • Is er sprake van terugkoppeling over de besteding en is bekend hoe de bijdrage wordt gewaardeerd door de cliënten?

Antwoord:

We vragen inwoners niet om ons te laten weten waar ze de bijdrage voor hebben gebruikt. We hebben niet onderzocht hoe inwoners de bijdrage waarderen.

  • Is er sprake van een toe- of afname van het aantal aanvragende cliënten?

Antwoord:

Door beperkingen in ons administratiesysteem kunnen we op dit moment niks zeggen over het aantal aanvragen voor de bijdrage voor deelname aan het maatschappelijk verkeer. We kunnen alleen iets zeggen over het aantal toegekende aanvragen.

Het aantal toegekende aanvragen schommelt (zie overzicht bij vraag 1). In 2022 en 2023 was er sprake van een stijging, in 2022 sterker dan in 2023. We weten nog niet of deze stijgende lijn zich doorzet. Cijfers over 2024 worden pas later dit jaar beschikbaar.

  • Kunt u onderbouwen in hoeverre indexeren van dit bedrag niet mogelijk is binnen het beschikbare budget bijzondere bijstand?

Antwoord:

De maximale bijdrage voor deelname aan het maatschappelijk verkeer is in 2017 vastgesteld. Als we de bijdrage jaarlijks hadden geïndexeerd op basis van de consumentprijsindex (cpi), zouden we in 2023 op een totaalbedrag van ongeveer € 65.000,00 zijn uitgekomen. Dus € 13.000,00 meer dan nu. Er is binnen het budget bijzondere bijstand geen € 13.000,00 over. Sterker nog, we komen jaarlijks tekort.

Verslag vergadering Adviesraad Sociaal Domein

26 november 2024

anwezig:
Piet van Adrichem (vz), Hetty Harmse, Coby de Koning, Dorien Krom, Ursila Soebhan en Sandra van Overveld (verslag)
Aanwezig als toehoorder vanuit de schil: Dries Beukers
Aanwezig namens de gemeente: Wijnand Kort (19.30-20.45 uur), Iris Sterkenburg (19.30-20.15 uur)

Afwezig:   
Ricardo Bronsgeest, Monique Dekker, Daniëlle van der Eerden en Ad van Winden

1. Opening en vaststelling agenda

Piet heet alle aanwezigen welkom. Hij vertelt dat Monique heeft aangegeven per 1 januari 2025 te stoppen als lid van de ASD. Door haar afnemende gezondheid lukt het haar niet meer om zich in te kunnen zetten voor de ASD op de manier die zij graag zou willen..

2. Nieuwe campagne rondom normaliseren voor de jeugd

Iris presenteert de campagne die waarschijnlijk eind januari gaat starten. Met de campagne wordt vervolg gegeven aan de actielijnen die opgesteld zijn in 2020-2021 met als doel kinderen die het echt nodig hebben hulp te geven.

Redenen voor normaliseren:

  • Het verminderen van diagnosticeren/labelen
  • Op dit moment wordt 1 op de 7 kinderen doorverwezen naar jeugdhulp
  • Kostenbesparing
  • Maakbaarheid (niet alles hoeft opgelost te worden of is een probleem)
  • Prestatiedruk

De gemeente vindt het belangrijk dat schoolmaatschappelijk werk (SMW) meer in beeld komt en meer zichtbaar wordt voor ouders. De scholen staan achter de campagne.

Reden voor de campagne:

  • Het is een vervolg op wat er is ontwikkeld (waaronder de PraktijkOndersteuner (PO) Jeugd en SMW).
  • De gemeente wil de verwijsstroom meer in beeld krijgen. Liever eerst hulp via het kernteam; zij kunnen in bredere zin naar het gezin kijken en zien wat er nodig is.
  • Kosten drukken door het geld in te zetten waar het ècht nodig is.

Waar wil de gemeente naar toe:

  • Attitude verandering
  • SMW meer inzet en zichtbaar in de school.
  • Weerbaarheid/veerkracht vergroten
  • Niet elke kwetsbaarheid willen oplossen
  • De hulp inzetten voor kinderen die het echt nodig hebben en meer collectief
  • Kinderen en jongeren meer perspectief bieden

De campagne normaliseren bevat een (les)pakket, bestaande uit o.a. een flyer, het boek van Bert Wienen (Inclusief onderwijs) en het tijdschrift ‘Saar is niet gek’,

De campagne is ook goed voor jongeren die nu de lerarenopleiding doen. Dan zijn ze beter voorbereid als ze leraar worden.

De PO Jeugd heeft meer gebracht dan verwacht. Het aantal doorverwijzingen naar jeugdhulp is verminderd. Met de huisartsen zijn er ook bijeenkomsten geweest over wat een hulpverleningstraject kost.

3. Mededelingen gemeente

  • Kostenbeheersing sociaal domein: het interventieplan ‘Grip op het sociaal domein’ heeft financieel voor de gemeente een positief resultaat gehad. De vraag is of dit een tweede keer gaat lukken. De ASD heeft een belangrijke taak op te letten of er op de juiste plekken ‘gesneden’ gaat worden en wat de consequenties zijn voor de betrokkenen.

In 2026 zal de rijksoverheid de eigen bijdrageregeling voor Wmo ondersteuning aanpassen.

Wijnand zal de uitgewerkte maatregelen naar de ASD sturen, zodat we meer duidelijkheid krijgen.

  • Dashboard W&I: het aantal bijstandsgerechtigden neemt toe, omdat er in onze nieuwbouwwijken ook mensen komen wonen die een bijstandsuitkering krijgen.

Budget dat in onze gemeente aan het eind van het jaar overblijft van de beschikbare gelden voor bijstandsuitkeringen, verdwijnt in de toekomst niet meer in de algemene middelen. Daarmee kan een zgn. BUIGreserve gevormd worden voor jaren waarin een tekort ontstaat.

  • Kennismaking met Janine Kruese i.v.m. de vraag van de ASD hoe de gemeente omgaat met klachten. Ze komt in januari of in februari en wil graag weten wat de ASD met haar wil bespreken.
  • Stand van zaken locatiekeuze asielopvang en flexwonen. Volgende week is de besluitvormende raadsvergadering.
  • Vergaderdata 2025: 26 juni = 24 juni, 26 november = 25 november. 7 en 28 januari vervallen, dit wordt 21 januari. Over 25 februari neemt Piet nog even contact op met Daniëlle (voorjaarsvakantie). Wijnand zal het vergaderrooster aanpassen.
  • RIGA-bijpraatsessie op 3 december a.s.: Piet en Dorien gaan.
  • A&A-lijst:

1. Kan eraf
2. Het plaatsen van een vacature kan even wachten. Er zijn nu een aantal gegadigden. Coby is in gesprek geweest met een jongere. Hij zal aanschuiven bij de vergadering van januari. Misschien zijn er via de gemeente nog (actieve) jongeren te benaderen. Piet heeft hierover contact met Wijnand en Iris.
3. De eerste evaluatie van de pilot welzijnsondersteuner ouderen loopt nu, dus dit wordt begin 2025 besproken.
4. Blijft staan.
5. Gezondheidsmonitor Jeugd: Wijnand gaat er achteraan.
6. Kan eraf
7. Deze week gaat er een informatienota over het Regionaal werkcentrum arbeidsmarktregio Zuid-Holland Centraal (RWV-ZHC) naar de raad. Wijnand zal deze ook naar de ASD sturen.
8. Piet is bezig met de reactie.
9. Volgende week gaat Ursila naar de cijfers die betrekking hebben op Orange the World kijken en deze terugkoppelen naar de ASD.
10. De ASD is geïnteresseerd in de ontwikkelingen m.b.t. de uitvoering van het RIGA en wil graag meelezen en volgen, maar geen actieve rol.
11. Voor de Regiotaxi eindigt het huidige contract in 2028. Wat betreft het leerlingenvervoer wordt het contract met drie vervoerders verlengd. De vierde vervoerder heeft niet naar behoren geleverd; voor deze plek komt een aanbesteding. Rapportcijfers Regiotaxi: zie mail Wijnand. Als we nog vragen hebben, gaat Wijnand verder navraag doen.
12.   Jaarverslag Participatie: de klantmanagers kijken naar competenties en interesses van nieuwkomers voordat ze tewerkgesteld worden. De trajecten duren gemiddeld 6 tot 9 maanden.
13.   Het communicatieplan Sociaal Raadslieden Pijnacker-Nootdorp is nog niet klaar. Als Yvonne terug is van vakantie zal Wijnand het aan haar vragen.

4. Advieskalender

Deze wordt nog aangevuld.

De ASD ontvangt uit handen van Wijnand een attentie voor haar inzet en bijdrage afgelopen jaar, waarvoor hartelijk dank! Vervolgens dankt Piet Wijnand voor de fijne afstemming en samenwerking.

5. Concept verslag ASD vergadering 22 oktober 2024 + A&A-lijst

Het verslag wordt ongewijzigd vastgesteld.

Naar aanleiding van het verslag:

–  Pag. 3, punt 8, evaluatie actieplan bestaanszekerheid: de vragen van Wijnand hebben we voorgelegd aan de leden van de schil. Hierop hebben een aantal mensen gereageerd. De reactie van de ASD mailen we naar Wijnand. Hij zal het doorzetten naar zijn collega’s.

Opmerkingen n.a.v. vraag 1 (In de winter van 2022/2023 waren de inflatie en energieprijzen erg hoog. We hebben destijds met jullie gesproken over zorgen die leefden bij ons en bij jullie over de bestaanszekerheid van een deel van de inwoners van Pijnacker-Nootdorp. Hoe is dat nu? Wat zijn de verschillen en overeenkomsten tussen nu en twee jaar geleden als het gaat over de bestaanszekerheid van inwoners?):

  • Kans op sociaal isolement, omdat door de hoge prijzen een grote groep mensen niet meer mee kan doen. Dit geldt ook voor ouderen. Deze mensen vertonen ‘vluchtgedrag’: verzinnen smoesjes om niet mee te hoeven doen. Er is veel verborgen armoede.
  • Moeilijk om de basis-levensstandaard in stand te houden.
  • De bestedingsruimte is voor veel mensen, vergeleken met 2 jaar geleden, kleiner geworden. Het vrij besteedbare inkomen is kleiner geworden. Zij kunnen steeds minder met dezelfde hoeveelheid geld doen, omdat alles veel duurder is geworden.
  • Alle dienstverlening is ook duurder geworden.
  • Landelijke steunmaatregelen die zijn weggevallen.
  • Kosten voor huur, energie, water zijn hoger geworden.

Opmerkingen n.a.v. vraag 2 (Welke signalen krijgen jullie vanuit de samenleving als het gaat over bestaanszekerheid?):

  • AOW-ers of AOW-ers met een klein pensioentje kunnen weinig. Zij kunnen niet gaan demonstreren en krijgen geen eindejaarsuitkering of vakantiegeld, dus wat je krijgt zal nooit méér worden. Zij kunnen niet aan een meevaller werken.
  • Een ZZP-er heeft het ook niet makkelijk.
  • We zien geen andere doelgroepen dan 2 jaar geleden.

De ASD is van mening dat de zorgen zijn toegenomen en dat de kloof tussen arm en rijk groter is geworden. Piet zal de zienswijze van de ASD naar Wijnand sturen.

6. Stukken van de Klankbordgroep Sociaal Domein van 15 oktober jl.

Er zijn geen aanvullende opmerkingen.

7.    Nieuwsbrief ASD 2024

  • Piet vraagt Ricardo om zich voor te stellen.
  • Piet zal vragen of één van de ASD leden iets kan schrijven over een onderwerp waar we het in 2024 over hebben gehad.
  • Dries zal een stukje schrijven over zijn impressie van de ASD vergaderingen en over bestaanszekerheid.

8.    Uitgaande correspondentie

Dank aan Daniëlle en Ricardo voor het bondige advies over het opstellen van een Lokale Inclusie Agenda.

9.    Ingekomen correspondentie

Geen aanvullingen.

10.    Rondvraag en sluiting

  • In 2025 moeten er nieuwe ASD-leden geworven gaan worden, omdat de zittingstermijn van enkele leden en de voorzitter verloopt.
  • Ursila is in Cultura naar het terugspeeltheater geweest over eenzaamheid. Dit was indrukwekkend; veel reacties uit de zaal.
  • Er is in de Acker een informatieavond voor ouderen geweest over fraude, sieradenroof e.d., geleid door twee agenten. Er was een grote opkomst.

Ten slotte sluit de voorzitter de vergadering met dank voor aanwezigheid en inbreng en wenst hij iedereen fijne feestdagen en een voorspoedig nieuwjaar.

Verslag vergadering Adviesraad Sociaal Domein

22 oktober 2024

Aanwezig:
Piet van Adrichem (vz), Ricardo Bronsgeest, Hetty Harmse, Coby de Koning, Monique Dekker, Daniëlle van der Eerden, Ursila Soebhan, Ad van Winden en Sandra van Overveld (verslag)

Aanwezig als toehoorder vanuit de schil: Dries Beukers

Aanwezig namens de gemeente:
Wijnand Kort (19.30-20.50 uur), Claartje van Eijden en Nico Brandts (19.30-20.10 uur), Arnoud van Amersfoort (19.30-20.45 uur)

Afwezig:   
Dorien Krom

1. Opening en vaststelling agenda

Piet heet alle aanwezigen welkom.

2. Lokaal gezondheidsbeleid

Het lokaal gezondheidsbeleid heeft betrekking op de collectieve activiteiten gericht op preventie binnen onze gemeente. Het gaat over positieve gezondheid, in samenhang met het sociaal domein en andere domeinen die erbij betrokken zijn.

De middelen voor het lokaal gezondheidsbeleid zijn beschikbaar t/m 2026. Gekozen is vooral te borgen wat er al is opgezet en wat goed werkt. Het is belangrijk om preventieve initiatieven tijdig op te pakken, want het vraagt een lange adem. Resultaten zijn lastig te meten.

Eind volgende week is het eerste concept van de nota gereed. Na de bespreking en aanpassing van dit concept verschijnt de definitieve nota.

Thema’s:

  • Gezonde leefstijl: bewegen, gezonde voeding
  • Mentale gezondheid: eenzaamheid (alle leeftijden), stress/prestatiedruk jongeren en jongvolwassenen, groepsdruk jongeren, acceptatie LHBTQI+ jongeren. Suïcidepreventie.
  • Preventie Genotmiddelen: alcohol, specifiek jongeren: roken/vapen, online gokken
  • Gezond ouder worden
  • Gezondheidsverschillen verkleinen
  • Gezonde Leefomgeving
  • Vaccinatiegraad

Gro-up en SWOP dragen de boodschap van positieve gezondheid uit, maar er is nog een grote slag te maken. Het is belangrijk om de regionale samenwerking op te zoeken (Zoetermeer en Delft zijn al erg actief).

De ASD vraagt aandacht voor het volgende:

  • Preventie alcoholgebruik: het zou goed zijn om gezamenlijk met de grote omliggende steden beleid op te stellen, omdat de jongeren uit onze gemeente gaan stappen in Rotterdam, Den Haag, Zoetermeer etc. Over een gezamenlijke aanpak is wel contact met Delft, maar dit zou breder opgepakt moeten worden.
  • Er is weinig aandacht voor chronisch zieken. Denk aan inclusie en voeg dit toe aan de uitgangspunten.
  • ‘Health for all policies’ náást ‘Health in all policies’.
  • Suïcidepreventie is een nieuwe verplichting voor gemeenten. Het zou goed zijn als hierover ook voorlichting op scholen gegeven gaat worden om de bekendheid te vergroten en het bespreekbaar te maken.

3. Dienstverlening gemeente

Arnoud van Amersfoort is projectleider dienstverlening bij onze gemeente. Hij licht de stand van zaken toe.

  • De startnotitie is in september vastgesteld. Er komt nog een ondernemerspeiling en een Klanttevredenheidsonderzoek (KTO)/Burgerpeiling; daarna volgt nog een onderzoek naar de interne organisatie. In het eerste kwartaal van 2025 worden de visie en de uitvoeringsagenda opgesteld en in het tweede kwartaal komt dan de herijkte visie op de (digitale) dienstverlening (planning april).
  • Vanuit de Wmo wordt klanttevredenheid gemeten en de uitkomsten daarvan worden ook meegenomen in de visie.
  • Trends digitaliseren:
    • Opkomst kunstmatige intelligentie (digitale chatfunctie, privacy gevoelig)
    • Digitalisering dienstverlening
    • Demografische ontwikkeling
    • Veranderende samenleving
    • Krapte op de arbeidsmarkt
  • Kernwaarden:
    • Betrouwbaar
    • Klantgericht
    • Transparant
    • Omgevingsbewust
  • Toekomst:
    • Wettelijke verplichtingen (o.a. Wet modernisering elektronisch bestuurlijk verkeer = WMEBV)
    • Digitalisering processen
    • Datagestuurd werken
    • Common Ground = hoe je contact zoekt (bellen, bezoek, chat: dat iedereen hetzelfde geholpen wordt)
    • Signaleren (bv. melding openbare ruimte)
    • Proactieve dienstverlening (dat mensen geholpen/geattendeerd worden bij/op bepaalde regelingen waar ze recht op hebben. Dat formulieren vooraf al digitaal ingevuld worden met mogelijkheden (conform belastingaangifte)

De herijkte visie wordt een kort en bondig stuk, omdat de informatie die erin staat snel zal verouderen. We kunnen niet overzien wat er over 5 jaar weer mogelijk is.

Door iteratief te werken kan de gemeente actueel blijven. Bijvoorbeeld: als er een vergunningsaanvraag is afgerond, de mensen gelijk vragen hoe ze het proces ervaren hebben en wat er beter kan.

Belangrijke aspecten:

  • Privacy
  • Outreachend werken naar de burger toe is lastig in Nederland. Veel dingen zijn in wetten verankerd waar de gemeente niets aan kan doen.

De begroting en het personeelstekort zijn nog grote uitdagingen. Daarom is prioriteren belangrijk.

4. Mededelingen gemeente

  • De late uitbetaling van het vacatiegeld van september had met de accordering te maken.
  • De notities van de Klankbordgroep zijn bij de agenda gevoegd. Wijnand hoort graag of er nog verdere toelichting gewenst is.

5. Advieskalender

Niet alle onderwerpen komen meer in 2024 aan de orde. Wijnand maakt voor de volgende vergadering een advieskalender voor 2025, incl. de vergaderdata voor 2025.

6. Concept verslag ASD 24 september 2024 en Actie- & Aandachtspuntenlijst

Het verslag wordt ongewijzigd vastgesteld.

Naar aanleiding van:

  • Pag. 3, punt 4, 1e gedachtestreepje: in het weekend kan gebruik gemaakt worden van Automaatje.
  • Pag. 3, punt 4, 3e gedachtestreepje: Ursila komt later terug op de cijfers van Orange the World.
  • Uitnodiging 3 december voor bijeenkomst ‘Bijpraten regionaal integraal gezondheidsakkoord (RIGA)’: Piet en Dorien gaan.
  • Pag. 3, punt 4, 7e gedachtestreepje: Daniëlle en Coby hebben nog niet met elkaar afgestemd.
  • Pag. 4, punt 10, vacature ASD: Piet zal Sanne Meulemans van de SWOP nog een keer benaderen of zij nog kandidaten weet.
  • Pag. 4, punt 12, 2e gedachtestreepje: Daniëlle en Ricardo gaan meedoen met de testfase van de regionale chatfunctie.

A&A-lijst:

  • Piet en Daniëlle gaan nog reageren op de reactie van het college op ons advies over de beleidsregels bijzondere bijstand 2024.
  • 9 en 12 kunnen eraf

7. Bespreken concept advies ASD beleidsregels vrijstelling giften en beleidsregels SMI

Het advies wordt door Piet afgerond en kan daarna door Sandra verstuurd worden.

8. Evaluatie actieplan bestaanszekerheid

Om de schil te bevragen gebruiken we de vragen van Wijnand. Vraag 4 zal enigszins aangepast moeten worden.

9. Spiegelgesprek met Regiotaxi Haaglanden

Naar aanleiding van het verslag heeft de ASD nog de volgende vragen:

  1. De aanbesteding van 2024 kan bepalend zijn voor het soort vervoer. Als er gebruik gemaakt gaat worden van elektrische voertuigen, zal dit mogelijk consequenties hebben.

Is er al een besluit genomen t.a.v. de aanbesteding of is het contract (stilzwijgend) verlengd?

  • Intern binnen de ASD zijn er signalen opgevangen die ons doen twijfelen aan de rapportcijfers. Waar zijn deze cijfers op gebaseerd? Hoe groot is de gebruikersgroep, hoeveel mensen daarvan zijn bevraagd en hoeveel daarvan hebben respons gegeven op de vragen?

Indien nodig kunnen we de schil vragen naar signalen.

10.Evaluatie Klankbordgroep Sociaal Domein van 15 oktober 2024

De ‘Informatienota raad monitors, verslagen en rapportages sociaal domein 2023’ geeft een goed overzicht en samenvatting van alle belangrijke rapportages van 2023.

Opmerkingen n.a.v. de bijgevoegde notities:

  • Monitor sociaal domein: hierover kunnen we nog verdiepende vragen stellen. We zullen deze agenderen voor de volgende vergadering, incl. de informatienota aan de raad.
  • Kinderopvangtoeslagenaffaire: een vrouw vertelde over haar situatie. Zij was naar tevredenheid geholpen door de gemeente. Gelukkig is maatwerk binnen onze gemeente nog mogelijk.
  • Cliënttevredenheidsonderzoek: nog steeds constateren we dat mensen (te) weinig bekend zijn met cliëntondersteuning. Ondanks dat zijn de meeste mensen wel tevreden met de hulp die ze krijgen.
  • Jaarverslag Participatie, Biesieklette, blz. 13, 2e alinea, 2.4:
  • We zien bij de inzet van nieuwkomers bij de projecten vaak dat er sprake is van het uitvoeren van fysieke arbeid. Zijn er ook projecten waar andere competenties/opleidingsachtergronden voor nodig zijn? Wordt bij de tewerkstelling bij projecten gekeken naar de opleidingsachtergrond van de nieuwkomers? En hoe lang nemen ze deel aan een project?
  • De tekst is ‘kort voor door de bocht’. Arbeidservaring opdoen is iets anders als arbeidsritme opdoen!
  • Hoe weet je bij nieuwkomers dat ze al heel lang geen arbeidsritme meer hebben en is wennen aan arbeidsritme wel zinvol en noodzakelijk?
  • Het is belangrijk om te kijken waar de competenties en de interesses van deze mensen liggen (bij de inburgering wordt een ‘persoonlijk plan inburgering en participatie’ (PIP) ingevuld waaruit dat zou blijken).

We gaan bovenstaande punten voorleggen via Wijnand.

De ASD is ook benieuwd hoe het staat met de samenwerking met de Erasmus Universiteit.

11. Locatiekeuze asielopvang en flexwonen

Coby en Hetty zijn naar de informatiebijeenkomst geweest. Aan iedere gesprekstafel zat een raadslid, wethouder of de burgemeester. Er werden goede vragen gesteld waar door het COA op werd gereageerd. De reacties en opmerkingen worden meegenomen naar de raadsvergadering.

De gemeente pakt het serieus aan; er wordt bijvoorbeeld ook rekening gehouden met de verkeerssituatie.

12. Uitgaande correspondentie

Geen aanvullingen.

13. Ingekomen correspondentie

  • Communicatieplan Sociaal Raadslieden Pijnacker-Nootdorp:

In het kader van het iteratief werken: hoe staat het met de terugkoppeling over de zaken die vanuit onze gemeente zijn behandeld? Waar zit het leereffect voor onze gemeente?

Dit wil de ASD graag terugzien in de toepassing van de regeling (en evt. ook in het communicatieplan).

14. Rondvraag en sluiting

  • Uitnodiging voor terugspeeltheater Eenzaamheid: Ursila is van plan daar heen te gaan.

Ten slotte sluit de voorzitter de vergadering met dank voor aanwezigheid en inbreng.

Verslag vergadering Adviesraad Sociaal Domein

24 september 2024

Aanwezig:
Piet van Adrichem (vz), Coby de Koning, Monique Dekker, Daniëlle van der Eerden, Dorien Krom, Ursila Soebhan en Sandra van Overveld (verslag). Aanwezig als toehoorder vanuit de schil: Dries Beukers

Aanwezig namens de gemeente:
Lauren Hoogen Stoevenbeld (19.30-20.10 uur), Yvonne Post (19.30-20.35 uur) en Wijnand Kort (19.30-21.10 uur)

Afwezig:
Ricardo Bronsgeest, Hetty Harmse en Ad van Winden

1. Welkom

Piet heet alle aanwezigen welkom. Er zijn geen wijzigingen in de agenda.

2. Beleidsregels vrijlating giften 2024 en beleidsregels tegemoetkoming kosten kinderopvang op grond van sociaal medische indicatie 2024

Deze worden toegelicht door Lauren Hoogen Stoevenbeld.

A.   Beleidsregels vrijlating giften 2024

Naar aanleiding van enkele incidenten is duidelijk geworden dat het belangrijk is dat gemeenten een duidelijk beleid hebben t.a.v. vrijlating van giften.

Nieuw wetsvoorstel: giften ‘in totaal tot in ieder geval € 1.200,00 per kalenderjaar’ worden niet tot de middelen van de belanghebbende gerekend. Giften van liefdadigheidsinstanties worden ook niet tot de middelen van belanghebbenden gerekend (bv de kastjes met voedsel). Voor 2e handskleding wordt de Nibud prijzengids gebruikt.

De hoogte van het vrij te laten bedrag (drempelbedrag) verschilt per gemeente. Pijnacker-Nootdorp komt overeen met Drechtsteden: € 1.200,00 voor alleenstaanden, € 1.700,00 voor alleenstaande ouders en € 1.700,00 voor gehuwden.

Een vrijwilligersvergoeding is ‘in ruil voor vrijwilligerswerk’ en is geen gift. Dit is fiscaal vrijgesteld, dus dat geld valt niet onder een gift. Een gift is iets wat je krijgt waar niets tegenover staat.

Positieve uitzonderingen:

  • Als de gift een specifieke bestemming heeft en verantwoord is met het oog op de bijstandsverlening, dan kán deze buiten beschouwing worden gelaten (bv een tweedehands scootmobiel).
  • Giften van liefdadigheidsinstellingen worden buiten beschouwing gelaten.
  • Verstrekkingen in het kader van de kinderopvangtoeslagaffaire worden buiten beschouwing gelaten.

Kanttekeningen:

  • Inwoners moeten giften zelf bijhouden en melden vanaf het drempelbedrag.
  • Het vraagt om doenvermogen.
  • Weinig verandering: of inwoners giften gaan melden.
  • Maar veel verandering: hoe klantmanagers met meldingen omgaan.

B.    Beleidsregels tegemoetkoming kosten kinderopvang op grond van sociaal medische indicatie

  • Tegemoetkoming: vergelijkbaar met kinderopvangtoeslag;
  • Sociaal medische indicatie: er is een noodzaak vanwege de ontwikkeling van het kind en/of de gezondheid van de ouder(s). Indicering vindt plaats door een onafhankelijk medisch deskundige.
  • Kinderopvang: max. 4 dagdelen kinderopvang of 1 dagdeel buitenschoolse opvang per week.

Drie inhoudelijke wijzigingen in de al bestaande beleidsregels:

  1. De gemeente gaat uit van ‘eigen kracht’. Als mensen de kinderen zelf op kunnen vangen, hebben ze geen recht op tegemoetkoming kosten kinderopvang.
  2. Verduidelijking bevoorschotting en definitieve berekening (gebaseerd op de inkomensgegevens voor een half jaar).
  3. Verduidelijking begrip ‘buitenschoolse opvang’. Het begrip ‘1 dagdeel’ is duidelijker geformuleerd.

En verder zijn de beleidsregels in een duidelijkere taal geschreven.

De ASD gaat advies uitbrengen over beide beleidsregels. Dit advies komt na vergadering van 22 oktober.

3. Communicatieplan Sociaal Raadslieden (SR)

Yvonne Post geeft aan dat de dienstverlening wordt ingekocht bij Instituut Sociaal Raadslieden in Delft. Mensen die daar werken hebben minstens drie jaar ervaring met specialistische, juridische kennis. Het eerste half jaar wordt de dienstverlening voor onze gemeente aangeboden vanuit Delft.

Communicatiedoelstellingen:

  • Bekendheid genereren voor de Sociaal Raadsman (of -vrouw) van de gemeente; (kwetsbare) inwoners weten waarvoor ze bij de Sociaal Raadsman (of -vrouw) terecht kunnen en hoe ze in contact kunnen komen.
  • Maatschappelijke partnerorganisaties en medewerkers van de gemeente informeren over de Sociaal Raadsman (of -vrouw) van de gemeente, zodat ze inwoners kunnen (door)verwijzen.

Communicatieboodschap:

Vanaf januari 2025 kunnen inwoners van Pijnacker-Nootdorp met vragen over sociale wetten en regelingen terecht bij de Sociaal Raadsman (of -vrouw) van de gemeente. Hij (of zij) biedt ondersteuning bij vragen over uitkeringen, belastingen, toeslagen, werk en inkomen of beslagleggingen. Daarnaast kunnen inwoners hier terecht als zij willen weten waar zij recht op hebben als het gaat om familiekwesties, huur of onderwijskosten.

Uitgangspunten van de communicatie:

  • Vertellen waar informatie te vinden is, waar men terecht kan met vragen en wat men van de SR aan hulp mag verwachten.
  • De boodschap zo eenvoudig en duidelijk mogelijk formuleren, zodat het voor het iedereen te begrijpen is.

Er komt een communicatiecampagne m.b.v. herkenbare voorbeelden (waaronder een situatie/conflict met de gemeente), ondersteund met beeld. Duidelijk moet zijn dat de sociaal raadsman (of -vrouw) onafhankelijk is en vóór onze gemeente werkt en niet bij onze gemeente.

Inzet voor ‘moeilijk’ bereikbare doelgroepen:

om ook deze doelgroepen te informeren over de diensten van het Instituut Sociaal Raadslieden, richt de gemeente zich actief op de hulpverleners en het netwerk dat rondom deze mensen staat. Het idee is om een interactieve informatieavond te organiseren voor professionals en betrokkenen (vrijwilligers, SWOP, POH’s, etc). De ASD kan ook naar deze informatieavond komen.

Streven is starten in januari, maar dan moet er in Delft wèl een sociaal raadslid voor onze gemeente beschikbaar zijn. De pilot gaat een volledig jaar draaien.

4.    Mededelingen van de gemeente

  • Spiegelgesprek met Regiotaxi Haaglanden: het was een magere opkomst, maar ondanks dat een goed gesprek. Piet zal aan Hetty vragen of zij het nodig vindt om er in de volgende vergadering iets over te zeggen.

    Automaatje: Coby zal Ad vragen of je ook in het weekend gebruik kunt maken van Automaatje.
  • De ASD is gevraagd om deel te nemen aan de evaluatie actieplan bestaanszekerheid. We zullen dit opnieuw agenderen in oktober.

We kunnen de vragen ook doorsturen naar de schil en ze kunnen ook geplaatst worden in de Nieuwsbrief Werk & Inkomen. Uiterlijk in december moeten de antwoorden aangeleverd worden.

  • Ursila zal kijken naar de cijfers die betrekking hebben op Orange the World en hierop terugkomen als haar iets opvalt.
  • 15 oktober om 20.00 uur is de volgende Klankbordgroep Sociaal Domein. Coby, Daniëlle en Piet gaan.
  • Miryam Kaaboun wil graag weten wat onze rol zal zijn bij de uitvoering van het RIGA. Waar willen we met het gezondheidsbeleid in regionaal verband heen en matcht dat met het locale gezondheidsbeleid? Piet zal daar samen met Daniëlle een mailtje over sturen naar Wijnand.
  • Tijdens de volgende vergadering schuiven Nico Brandts en een collega aan voor een presentatie over het lokaal gezondheidsbeleid. In het participatieve deel kunnen we hierover meedenken en de schil betrekken. Belangrijk om de connectie met het RIGA in de gaten te houden.
  • Coby vertelt over signalen die zij opvangt en vragen die zij krijgt over onduidelijkheden m.b.t. bijstandsuitkeringen. Daniëlle en Coby zullen hierover samen afstemmen.

5. Advieskalender

Punt K komt te vervallen, omdat dit ook behandeld wordt tijdens de Klankbordgroep.

6. Concept verslag ASD vergadering 27 augustus en Actie- & Aandachtspunten-lijst

Het verslag wordt ongewijzigd vastgesteld.

A&A-lijst:

  • 2.  Coby weet misschien een jong iemand die lid wil worden. Piet zal de vacaturetekst naar Ursila sturen, omdat zij ook iemand kent die misschien geïnteresseerd is. We wachten het af. Piet houdt contact met Coby en Ad.
  • De punten 4, 5, 9, 10, 11 en 13 kunnen van de lijst af.

7. Concept advies ASD m.b.t. de verordening jeugd

Sandra verwerkt de aanvulling van Daniëlle en stuurt het advies weg.

8. Adviezen die uitgebracht moeten worden over agendapunt 2 en 3

  • Reactie ASD op de reactie van het college op ons advies over de beleidsregels bijzondere bijstand 2024: We gaan de gemeente bevragen wat hun argumenten zijn om € 150,00 p.p. te geven en dit bedrag niet te verhogen (‘omdat het budget van de bijzondere bijstand het niet aankan’).

    We willen graag weten hoeveel er gebruik gemaakt wordt van de regeling en hoe groot het totaalbedrag is. Waar wordt het geld voor gebruikt? Wat is het effect van de regeling;  is het wel/niet effectief en waaróm is het dan niet effectief? Is het bedrag te laag?

    Als het doel is ‘meedoen aan het maatschappelijk verkeer’, wordt dit doel dan bereikt? Met 150 euro kan je nauwelijks iets doen.
  • Agendapunt 2 en 3: De ASD stemt in met de beleidsregels.
    • Giften: goed dat het een keer duidelijk op papier wordt gezet.
    • Tegemoetkoming SMI kinderopvang: in principe met indicatie voor 1 dagdeel, maar als er noodzaak is voor maatwerk dan moet dat mogelijk zijn.

Belangrijk: dat mensen met de voorschotbedragen niet in de problemen komen bij de eindafrekening.

9. Studiedag 23 oktober 2024

Movisie zal in het ochtenddeel aandacht besteden aan inclusie in het algemeen. Stichting Voorall komt waarschijnlijk ’s middags. Locatie en lunch zijn geregeld.

10. Vacature ASD

Zie agendapunt 6: A&A-lijst punt 2.

11. Uitgaande correspondentie

Geen aanvullingen.

12. Ingekomen correspondentie

  • Ad gaat naar de Avalex Contactdag op 24 oktober a.s.
  • Regio-overleg met voorzitters ASD H10: voorstel om een chatplatform op te zetten. Daniëlle wil meedoen met de testgroep. Piet zal Ricardo ook vragen.

13. Rondvraag en sluiting

Er wordt geen gebruik gemaakt van de rondvraag.

Ten slotte sluit de voorzitter de vergadering met dank voor aanwezigheid en inbreng.

Verslag vergadering Adviesraad Sociaal Domein

27 augustus 2024

Aanwezig:
Piet van Adrichem (vz), Ricardo Bronsgeest, Monique Dekker, Daniëlle van der Eerden, Hetty Harmse, Dorien Krom, Ursila Soebhan en Sandra van Overveld (verslag)

Aanwezig als toehoorder vanuit de schil: Dries Beukers

Aanwezig namens de gemeente: Iris Sterkenburg, Sharon van Belzen (19.30-20.30 uur) en Wijnand Kort (19.30-20.55 uur)

Afwezig:    

Coby de Koning en Ad van Winden

1. Opening en vaststelling agenda

Piet heet alle aanwezigen welkom. Agendapunt 2 vervalt: het communicatieplan is bijna klaar, Yvonne komt volgende vergadering e.e.a. toelichten.

2. Verordening Jeugd

Huidig beleid

  • De gemeente gaat door met het beleid dat ze al hebben uitgezet en waarin steeds meer geprobeerd wordt mensen aan te spreken op hun eigen kracht en netwerk. Jeugdhulp moet ingezet worden voor kinderen die het echt nodig hebben. De verwachting is dat straks 1 op de 5 kinderen hulp nodig heeft.

De huidige verordening dateert uit 2020 en is nog één keer uitgebreid (ernstige dyslexie).

  • Het streven is om het voorliggend veld te versterken (JIM (= jouw ingebrachte mentor)/steunouders) en informele hulp uit de buurt in te zetten bij gezinnen die hulp nodig hebben.

De campagne normaliseren start 10 oktober.

  • Schoolmaatschappelijk werk uitbreiden. Soms is het niet nodig dat kinderen doorgestuurd worden, maar is het beter te kijken of collectief hulp mogelijk is voor meer kinderen die dezelfde hulp nodig hebben. Schooldirecteuren worden bevraagd over wat er speelt in de wijk, wat er nodig is om vervolgens een plan te maken per wijk.

Reden voor aanpassing

Er wordt ieder jaar gekeken of de verordening geactualiseerd moet worden. Gekeken wordt naar jurisprudentie, kostenbesparing en de vraag vanuit het kernteam om duidelijker kaders.

Wijzigingen (zie PPT)

Artikel 3.3: Onderzoek;

–  naar aanleiding van een uitspraak van de Centrale Raad van Beroep (CRvB) moeten de deskundigheidseisen van de onderzoekers opgenomen worden in de verordening;

Artikel 4: Toegang jeugdhulp via de gemeente

Van de CRvB moeten de criteria vastgelegd worden in de verordening.

Er wordt naar het gehele gezin gekeken of men voor hulp in aanmerking komt of niet. Altijd uitgaande van maatwerk. Onderzoek naar de noodzaak van hulp wordt gedaan door het kernteam. Wat is nou eigenlijk de hulpvraag, welke problematiek is er en welke hulp is dan het meest passend?

Een goede hulpaanbieder zou de jeugdige en/of ouders door moeten verwijzen naar de gemeente. Zij kunnen bij het kernteam terecht met hun vragen.

De draagkracht van de ouders heeft betrekking op het hele gezin: het kind dat hulp nodig heeft, eventuele andere kinderen en voor henzelf. Ouders kunnen ook via de Wmo ontlast worden, bijvoorbeeld door huishoudelijke hulp.

Artikel 6: Regels pgb

  • Vergoeding van de reis- en parkeerkosten van de jeugdhulpverlener komen te vervallen.
  • Naar aanleiding van de uitspraak van de rechtbank Zeeland- West-Brabant van 20 juni 2024 volstaat voor het pgb tarief voor niet-professionele jeugdhulp het wettelijk minimumuurloon (€ 13,68). Voorheen was dit € 24,00, het tarief van het informele pgb onder de Wmo 2015.

Omdat het bij niet-professionele jeugdhulp vrijwel altijd gaat om hulp uit het sociaal netwerk, waarbij de hulp op de eerste plaats voortvloeit uit de affectieve relatie, wordt een tarief op basis van het wettelijk minimumloon passend geacht.

Als mensen een nieuwe indicatie krijgen, wordt dit nieuwe, lagere bedrag toegepast. Met een overgangstermijn van een half jaar.

Opmerkingen vanuit de ASD:

  • Is dit stuk afgestemd met de H5/H9?

De verordeningen worden wel besproken, maar er wordt niet gezamenlijk iets mee gedaan. Iris heeft bij het overleg voorgesteld een werkgroep samen te stellen die per kwartaal de stand van zaken en ontwikkelingen bespreekt.

  • Waar zitten de eigen keuzes van de gemeente?
    • Invulling gebruikelijk en bovengebruikelijke hulp.
    • Criteria voor vervoer
    • Pgb tarief
    • Criteria voor echtscheidingsproblematiek
    • Criteria voor vaktherapie
    • Criteria voor kortdurend verblijf
  • Uitgaande van de eigen kracht van de ouders:

Het gaat om ondersteuning van de gezinnen waar het water aan de lippen staat.

Er moet meer integraal gekeken worden. Welke problemen zijn er en hoe zijn deze ontstaan, wat is de oorzaak (er kunnen bijvoorbeeld ook schulden- of echtscheidingsproblemen aan ten grondslag liggen die eerst aangepakt moeten worden).

Planning

De ASD zal haar advies uiterlijk 24 september uitbrengen. Besluitvorming in de gemeenteraad wordt verwacht in november.

3. Communicatieplan Sociaal Raadslieden

Voor de zomer zijn er verschillende gesprekken gevoerd met het Instituut Sociaal Raadslieden (ISR) over het inrichten van een pilot voor de inwoners van Pijnacker-Nootdorp. Een belangrijk gespreksonderwerp was de locatie van het spreekuur. Het is de wens van de gemeente dat in ieder geval het eerste contact tussen een inwoner en het ISR fysiek in de gemeente Pijnacker-Nootdorp kan plaatsvinden. Op ambtelijk niveau kwam men er niet uit, waardoor er uiteindelijk op managementniveau over gesproken is. De reden waarom ISR vasthoudt aan de locatie Delft is omdat zij hun personele bezetting momenteel niet op orde hebben en daarom niet in staat zijn de dienstverlening op locatie in Pijnacker-Nootdorp te leveren. Daarom is afgesproken dat het eerste half jaar de pilot vanuit Delft opgestart zal worden en de dienstverlening vanuit Delft beschikbaar is. De gemeente monitort de resultaten en na een half jaar kijkt zij wat dat heeft opgeleverd en of de mogelijkheden er zijn om de resterende pilottijd (t/m eind 2026) vanuit Pijnacker-Nootdorp de dienstverlening aan te bieden. ISR heeft uitgesproken dat het ook hun intentie is om deze dienstverlening bij ons op locatie aan te bieden.

Op dit moment is de dienstverleningsovereenkomst in de maak en staat er vanuit het ISR een vacature uit voor een sociaal raadsman/vrouw die als werkgebied Pijnacker-Nootdorp krijgt. Het opstellen van een communicatieplan is de volgende stap. Het streven is – indien haalbaar – om nog dit jaar met de pilot te starten.

4. Mededelingen gemeente

  • Update leerlingenvervoer en regiotaxi: de ASD is benieuwd of de aanbesteding al is gestart? Wijnand antwoordt dat binnenkort wordt besloten of er een aanbesteding gestart wordt of dat het huidige contract doorloopt. Bij een aanbesteding kunnen de knelpunten opgenomen worden in de aanbesteding. Het grootste knelpunt momenteel is het gebrek aan chauffeurs en het te laat komen.

    De ASD is van mening dat er niet persé iets aan het contract aangepast hoeft te worden om tóch de klachten aan te kunnen pakken. De gemeente geeft aan in gesprek te gaan met aanbieder Noot.

    In kwartaal 1 van 2024 werden 328 ritten door Automaatje verzorgd en in Q2 448. Het aantal vrijwilligers bij Automaatje was in Q1 32 en in Q2 48.  Wijnand stuurt de cijfers van Automaatje door.

    De ASD vraagt of er een verslag of resultaten beschikbaar zijn van het spiegelgesprek met Regiotaxi Haaglanden. Wijnand zal het nakijken en doorsturen als het er is.
  • Stand van zaken Huis van Rie (HvR): de ontwikkelingen bij het HvR hebben niet tot veel commotie geleid. De mensen zijn goed geïnformeerd. Mensen met een pgb blijven terecht kunnen bij het HvR. De gemeente blijft daarom de kwaliteit van de zorg van het HvR monitoren.
  • Dashboard W&I Q2 2024:
  • Dashboard Q1: waarom is er voor 2024 zo’n hoog bedrag begroot? Wijnand weet het antwoord nog niet, dit komt nog.
  • Q2: de ASD constateert een lichte toename van mensen die een aanvraag doen op een bijstandsuitkering. Dit komt volgens Wijnand vooral door het aantal nieuwe (sociale) woningen en mensen die daardoor instromen in onze gemeente.
  • De volgende Klankbordgroep sociaal domein is op dinsdag 15 oktober. De uitnodiging volgt nog en het plan is om de monitor sociaal domein te bespreken.

5. Advieskalender

Geen aanvulling. Het communicatieplan Sociaal Raadslieden (punt S) wordt geagendeerd voor de volgende vergadering.

6. Concept verslag 25 juni en Actie- & Aandachtspunten-lijst

Redactioneel:

  • Pag. 2, punt 2, RIGA, 3e alinea: ‘goed governance’ moet zijn ‘good governance’.
  • Pag. 4, punt 13, presentatie Inburgeringswet in Cultura: ‘Ursila heeft … spelen’ vervangen door ‘Ursila heeft een vrouw gesproken die in Pijnacker woont. Zij is van Syrische afkomst en zij heeft het inburgeringstraject doorlopen. Deze vrouw gaf aan dat zij de begeleiding van de ambtenaar in onze gemeente als onprettig heeft ervaren. Zij en haar echtgenoot voelden zich niet gehoord en gezien. Vragen met betrekking tot opleidingsmogelijkheden, passend werk, kinderopvang en vervoer/vervoersmiddelen kregen onvoldoende aandacht. Verder bleek dat meer bewoners met een Syrische afkomst uit onze gemeente vergelijkbare ervaringen hadden met betreffende ambtenaar. Dit maakte dat deze burgers zich kwetsbaar voelden. Sommigen hebben zelfs het besluit genomen om uit onze gemeente te vertrekken omdat zij geen vertrouwen meer hadden in de inhoudelijke afhandeling van hun traject en ook nog eens in combinatie met betreffende ambtenaar. Het signaal van bejegening heeft Ursila destijds bij de presentatie inburgeringswet in Cultura in Nootdorp ook opgevangen.
  • Ursila heeft na de presentatie met een paar Syriërs gesproken die erg gefrustreerd waren omdat ze goed geschoold waren maar nog steeds vrijwilligerswerk moesten doen. Zij voelden zich niet goed begeleid door de gemeente. Ursila zou deze mensen kunnen wijzen op het indienen van een klacht of verwijzen naar een sociaal raadslied die hier een bemiddelende rol in kan spelen.

Met inachtneming van deze wijzigingen wordt het verslag vastgesteld.

N.a.v.:

  • Van 7 t/m 12 oktober is de Week van de toegankelijkheid. De ASD is door Mirjam Hubert van Progressief Pijnacker-Nootdorp uitgenodigd om samen met anderen op 5 september te brainstormen over wat aan communicatie en activiteiten gedaan kan worden. Helaas kan niemand van de ASD er bij zijn; Piet zal haar dat laten weten.
  • Opening nieuwe SWOP locatie in Nootdorp op donderdag 12 september. De ASD hoeft daar niet bij te zijn. Piet zal op de uitnodiging reageren.

7. Bespreken advies ASD m.b.t. de verordening jeugd

Aandachtspunten:

  • Het is belangrijk dat er een gebruikershandleiding en gebruiksvriendelijk stappenplan komt.
    • Artikel 4.2, punt 3, uitval van één van de ouder: bij echtscheiding is de formulering van dit punt vreemd. Het gebeurt nogal eens dat één van de ouders uit beeld raakt en dit is niet in het belang van het kind. Tegenwoordig deels voorkomen omdat er een ouderschapsplan opgesteld moet worden bij een scheiding.
    • De hele verordening is dichtgetimmerd. Zoals het verwoord is, valt alles onder gebruikelijke zorg en zijn andere indicaties bijna onmogelijk.
    • We vertrouwen erop dat de menselijke maat leidend is en vertrouwen op maatwerk.
    • Zijn de overige voorzieningen goed te vinden voor ouders in onze gemeente, bijvoorbeeld de schoolmaatschappelijk werkers? Het voorliggend veld moet goed belicht worden, zodat alle voorzieningen beter en makkelijker te vinden zijn.
    • Veel meer integraliteit met andere problematiek. De jeugd staat een beetje los van het zorg- en welzijnverhaal. Eigenlijk moet er bij andere problematiek een doorverwijzing plaatsvinden (‘welzijn op recept’). Er kunnen problemen zijn bij de jeugd die niet bij de jeugd liggen, maar bij andere problemen in het gezin (denk bijvoorbeeld aan schulden).

8. Studiedag

Piet heeft contact met Movisie over het ochtenddeel en wil Voorall uitnodigen voor het middaggedeelte. We kunnen ook de Toegankelijkheidsraad van Zoetermeer uitnodigen. De Smulhoeve is gereserveerd.

9. Vacature ASD

Piet heeft contact gehad met Sanne van Young Connection, maar dit heeft niet tot nieuwe leden geleid. De vacature gaat nu geplaatst worden in de Telstar/Eendracht.

10. Uitgaande correspondentie

Geen aanvullingen.

11. Ingekomen correspondentie

  • Reactie college op ons advies: weinig positief. Bijv. met onze suggesties over verhogen van de bijdrage voor deelname aan het maatschappelijke verkeer is niets gedaan. De ASD is benieuwd naar hoe vaak en breed er van deze regeling gebruik wordt gemaakt. Is er terugkoppeling van de mensen die het aangevraagd hebben? Waar gebruiken ze het voor en wat brengt het hen? Heeft het een preventieve werking? Ofwel: wat zijn de effecten en wat is de waardering? Als er veel gebruik van wordt gemaakt, is het belangrijk dat de regeling blijft.

    Omdat de ASD ontevreden is met het antwoord van het college, zullen Piet en Daniëlle een reactie schrijven.
  • Sandra zal het artikel uit Binnenlands Bestuur ‘Van zorg naar welzijn’ naar Dries sturen.
  • Aanmeldpunt dementie: hulpvragen dementie komen nu op één plek binnen. Het is goed als we weten welke aanmeldpunten er zijn in onze regio.

12. Rondvraag

  • Sandra zal het traktatierooster aanvullen en rondsturen.
  • Piet gaat contact opnemen met Coby om te vragen hoe het met haar gaat.
  • Op 10 september vindt een bijeenkomst plaats bij de SWOP over veiligheid. De uitnodiging komt nog en deze zullen we ook naar de schil sturen.

Ten slotte sluit de voorzitter de vergadering met dank voor aanwezigheid en inbreng.

Adviezen van ASD en reactie van het college daarop:

Gemeente Pijnacker-Nootdorp
Oranjeplein 1
2641EZ Pijnacker

onderwerp College reactie op advies ASD inzake het beleid voor pré-mantelzorgwoningen nadere informatie B.M.L Woutersen

verzenddatum 4 september 2025
zaaknummer 1601185
briefnummer 1469056
uw brief van 14 juli 2025
uw kenmerk

Geachte leden van de Adviesraad Sociaal Domein,

Hartelijk dank voor uw advies van 14 juli 2025 over het ontwerpbeleid pré-mantelzorgwoningen. Graag geven wij een reactie op uw advies en informeren wij u over het vervolg.

Positieve ontwikkeling

Wij zijn blij dat u onze inzet voor uitbreiding van de mogelijkheden voor de bouw van een mantelzorgwoning naar een periode voordat deze mantelzorg nodig is, waardeert. Dit beleid biedt inwoners de mogelijkheid om preventief actie te ondernemen en niet op een later moment voor voldongen feiten te staan. Fijn dat u de geformuleerde kaders duidelijk vindt en dat u uw inbreng herkent. U plaatst twee kanttekeningen in uw advies. Daar geven we hieronder een reactie op.

Een termijn van 15 jaar

U geeft aan moeite te hebben met het feit dat voor een periode van maximaal 15 jaar medewerking wordt verleend. Wij begrijpen de wens voor een langere termijn voor de pré- en postmantelzorg, maar de periode waarvoor een gemeente een tijdelijke vergunning kan verlenen is beperkt. In de Omgevingswet staat dat voor een periode van maximaal 15 jaar een tijdelijke vergunning kan worden verleend. Verdere verlenging is juridisch niet mogelijk.

Een pré-mantelzorgwoning bij een bedrijfswoning

U geeft aan dat u ook graag zou zien dat pré-mantelzorgwoning bij bedrijfswoningen mogelijk worden gemaakt. Mede naar aanleiding van de zienswijze hebben we nogmaals gekeken naar de mogelijkheden om pré-mantelzorgwoningen toe te staan bij bedrijfswoningen. In de glastuinbouwgebieden en op de bedrijventerreinen staat de economische functie centraal. Bedrijven hebben daar de ruimte om te ondernemen. Een pré-mantelzorgwoning betekent dat bedrijven daar afstand toe moeten houden. We geven prioriteit aan de ruimte om te ondernemen, dit betekent dat we het niet meenemen in de uitwerking van het omgevingsprogramma glastuinbouw. In het buitengebied, bijvoorbeeld in Oude Leede of de Katwijkerlaan zijn de functies meer gemengd. Daar zijn meer mogelijkheden om een prémantelzorgwoning toe te staan, ook bij bedrijfswoningen. Bedrijven liggen hier verder uit elkaar en er staan ook al veel burgerwoningen. Daarom stellen we de gemeenteraad voor het beleid gewijzigd vast te stellen, zodat bij bedrijfswoningen in het buitengebied een pré-mantelzorgwoning kan worden gerealiseerd. Als aanvullend toetsingscriterium nemen we op dat omliggende bedrijven niet in hun bedrijfsvoering gehinderd mogen worden. Bij bedrijfswoningen in de glastuinbouw en op de bedrijventerreinen blijft het niet toegestaan.

Het vervolg

Wij hebben het voorstel om het beleid gewijzigd vast te stellen aangeboden aan de gemeenteraad. De gemeenteraad zal hier naar verwachting op 16 oktober een besluit over nemen. Wilt u alle stukken nalezen, dan kunt u kijken op de website van de gemeente, onder het kopje raadsinformatie. Wij gaan ervan uit u hiermee voldoende geïnformeerd te hebben. Mocht u nog vragen hebben, dan kunt u altijd contact opnemen.

Hoogachtend,
Het college van burgemeester en wethouders van Pijnacker-Nootdorp,

Annelies Kroeskamp, secretaris
Björn Lugthart, burgemeester

Aan het College van Burgemeester en Wethouders Pijnacker-Nootdorp
Postbus 1
2640 AA Pijnacker
Pijnacker, 14 juli 2025

Betreft twee adviezen:
Advies Beleidsregels Tijdelijke Regeling Alleenverdienersproblematiek gemeente Pijnacker-Nootdorp 2025.
Advies Ontwerpbeleid pré-mantelzorgwoningen Pijnacker-Nootdorp.

Geacht College,

Om onnodige acties te vermijden in deze zomerperiode, hebben we ervoor gekozen om beide adviezen samen uit te brengen. Wij hebben deze werkwijze afgestemd met de ambtenaren, die de beleidsvoorstellen aan ons hebben gepresenteerd.

Tijdens ons overleg op 24 juni 2025 heeft Jurgen Woudwijk de beleidsregels alleenverdienersproblematiek en hebben Bianca Woutersen en Annemarieke Wamsteeker het ontwerpbeleid pré-mantelzorgwoningen toegelicht. Aansluitend hebben wij de beide beleidsstukken intern besproken en vervolgens dit advies opgesteld.

Beleidsregels Tijdelijke Regeling Alleenverdienersproblematiek gemeente Pijnacker-Nootdorp 2025. Voor zover wij het kunnen beoordelen zijn de beleidsregels juridisch in orde en bieden ze duidelijkheid over de toegang tot de regeling voor alleenverdieners in de jaren 2025, 2026 en 2027. Vanaf 2028 is de regeling overbodig, aangezien problemen op dit terrein dan via de inkomstenbelasting kunnen worden opgelost. We hebben dan ook geen aanvullingen op de voorgelegde tekst.

Wel willen we de volgende kanttekeningen plaatsen bij de uitvoering. Uit de toelichting hebben we begrepen dat de gemeente deze groep inwoners slechts beperkt in beeld heeft. Van een beperkte groep inwoners ontvangt de gemeente jaarlijks een overzicht aan wie de uitkering ambtshalve uitgekeerd kan worden. Dat is echter slechts een deel van de inwoners die recht zouden kunnen hebben op deze uitkering. Artikel 3 beschrijft hoe aanvragen vanuit deze groep inwoners beoordeeld moeten worden. Maar dan moeten die inwoners eerst wel van op de hoogte zijn van de mogelijkheid om een aanvraag in te dienen. Tijdens de mondelinge toelichting is dit onderwerp kort besproken. Genoemd werd vermelding op de website van de gemeente. De ASD veronderstelt dat de kans niet groot is dat de doelgroep regelmatig de website van de gemeente bezoekt. Om een groter bereik te realiseren adviseren we u hier actiever mee aan de slag te gaan door bijvoorbeeld publicaties in Telstar/Eendracht en de Nieuwsbrief Werk & Inkomen.

Aansluitend willen we u nog wijzen op de kansen die de nieuwe regeling biedt om deze groep inwoners meer dan alleen financiële ondersteuning te bieden. Natuurlijk is het belangrijk om duidelijke regels te formuleren waar binnen de regeling uitgevoerd wordt. Tegelijkertijd is het ook een kans om in gesprek met deze inwoners ook te bekijken op welke manier de gemeente deze inwoners nog meer kan ondersteunen. Wat speelt er, wat is hun toekomstperspectief en kan de gemeente daar iets in betekenen?

Ontwerpbeleid pré-mantelzorgwoningen Pijnacker-Nootdorp

De Adviesraad wil haar waardering uitspreken voor de inspanningen van het College om de mogelijkheden voor de bouw van mantelzorg woningen uit te breiden naar een periode voordat deze mantelzorg nodig is. Daarmee inwoners de mogelijkheid biedend om preventief actie te ondernemen en niet op een later en misschien te laat moment voor voldongen feiten te worden geplaatst. Gezien de voorwaarden die nodig zijn op het gebied van ruimte en financiën verwachten we wel dat de regeling slechts voor een beperkte groep inwoners een oplossing kan bieden.

Onze inbreng in een eerdere fase van een het ontwerpproces vinden wij terug in het nu voorliggende ontwerp beleid. De regels zoals nu geformuleerd zijn duidelijk en bieden kaders voor inwoners die een dergelijk project willen opzetten. Wij blijven moeite houden met de maximale periode van 15 jaar en situaties die daarna kunnen ontstaan met overlevende partners, die de leeftijd van 75 jaar nog niet hebben bereikt. Anderzijds weten wij ook, dat in 15 jaar veel kan veranderen, ook wetten, wanneer later blijkt dat deze problematiek op meerdere plaatsen actueel wordt.

Uit de mondelinge toelichting hebben we begrepen dat het plaatsen van een pré-mantelzorgwoning bij een bedrijfswoning niet mogelijk is. Dat vindt de ASD een gemiste kans. Juist in onze gemeente, waar met name de tuinbouw nog altijd een belangrijke economische pijler is en waar veel inwoners werkzaam zijn, kan zich de situatie voordoen dat ouders hun bedrijf willen overdragen aan hun kind of kinderen en bij het familiebedrijf willen blijven wonen om daar in veel gevallen nog actief een bijdrage aan te leveren. De ASD vermoedt dat juist deze groep inwoners gebaat kan zijn bij de plaatsing van pré-mantelzorgwoningen. Terwijl daar op het bedrijfsterrein ook vaak de ruimte voor aanwezig is. Ook wanneer milieu- of andere regels dat nu nog onmogelijk maken, verwachten we van het College een actieve inzet om plaatsing van pré-mantelzorgwoningen bij bedrijfswoningen toch mogelijk te maken. Het College ontwikkelt nu een visie over de bewoningsmogelijkheden in agrarisch gebied en wij verzoeken u daarin bovengenoemde problematiek mee te nemen en er een oplossing voor te vinden.

Samenvattend

In beide documenten heeft het College de regels duidelijk geformuleerd als kader voor aanvraag en toekenning. Als adviesraad willen we er voor pleiten om in de uitvoering pro-actief in gesprek te gaan met de aanvragende inwoners om samen met hen te bekijken wat wèl mogelijk is en in hoeverre de gemeente daarin kan ondersteunen.

Met vriendelijke groet,

namens de Adviesraad Sociaal Domein Pijnacker-Nootdorp
Piet van Adrichem
voorzitter

c.c. Gemeente Pijnacker-Nootdorp, de heer J. Woudwijk, mevrouw B. Woutersen

zaaknummer 1584861
berichtnummer 1439021
aan Raad
van College
afschrift

Datum 8 mei 2025

Onderwerp Beantwoording beeldvormende vragen over het interventieplan kostenbeheersing en innovatie sociaal domein 2025-2028

status Informatief

Door de fracties CDA, Progressief Pijnacker-Nootdorp, Eerlijk Alternatief, de VVD en D66 zijn vragen gesteld over beantwoording schriftelijke vragen interventieplan kostenbeheersing en innovatie (agendapunt 6c). Daarnaast heeft ook de Adviesraad Sociaal Domein (ASD), naar aanleiding van de reactie van het college op het eerste advies van de ASD op het interventieplan, een aanvullend advies gestuurd. Zie hiervoor de bijlage.

Hieronder treft u de beantwoording van de vragen van de fracties en het aanvullende advies van de ASD aan:

Vragen CDA

Vraag 1

P4 U stelt dat er nog pijnlijkere maatregelen zijn opgesteld die de inwoners kunnen raken en noemt daarbij als voorbeeld een inkomenstoets voor de WMO.

Kan het college aangeven of zij bevoegd is om een dergelijke toets toe te passen? Zo ja, waarom past het college deze niet toe?

Antwoord

Bij het bedenken van maatregelen hebben we onderzocht wat wel en niet mogelijk is, waarbij er gekeken is naar de randen van de wet. Het toepassen van een inkomenstoets bij de Wmo is maatregel met een zeer hoog juridisch risico, waarvan onduidelijk is wat de haalbaarheid hiervan is. Wel weten wij dat het doen van een inkomenstoets bij de Wmo kostenbesparende effecten kan hebben.

Vraag 2

P 3 staat “ Daarnaast wachten wij verdere landelijke ontwikkelingen af die kosten kunnen besparen in het sociaal domein, zoals de (her) invoering van de inkomensafhankelijke eigen bijdrage voor alle voorzieningen binnen de WMO en de uitvoering van de hervormingsagenda jeugd door de rijksoverheid”.

Kan het college ongeveer aangeven wat de besparingen zouden kunnen zijn als de voorgestelde maatregelen van het rijk wel doorgang vinden? Hoe zien wij deze besparingen terug, daar wij hebben wij hebben begrepen dat het verrekend wordt binnen het gemeentefonds. Klopt dit?

Antwoord

In de voorlopige uitwerking van de voorjaarsnota 2025 van het Rijk zit er voor ons inderdaad vanaf 2028 een korting (nadeel) in van € 450K waarvan verondersteld wordt dat wij die ‘goedmaken’ door een eigen bijdrage op Jeugdzorg te innen. Eerder hebben we iets dergelijks ook al verwerkt op Wmo (€ 87K). En inderdaad, de besparingsopties uit de Hervormingsagenda worden de gemeenten opgelegd met (min of meer) evenredig hoge korting op het gemeentefonds. Met andere woorden: tegenover besparingen uit de hervormingsagenda of het kunnen innen van eigen bijdragen staan lagere inkomsten uit het gemeentefonds.

Vraag 3

Het Interventieplan is vooral gericht op kostenbeheersing, maar hoe zit het met het te verwachten personeel te kort de komende jaren? In hoeverre wordt hier al met partners naar gekeken naar maatregelen op korte termijn? (o.a. AI)

Antwoord

Maatregelen binnen het interventieplan zijn gericht op het korter en doelgerichter inzetten van zorg en dat zorg wordt uitgesteld of voorkomen. Dit draagt bij aan een lagere inzet van personeel.

Bij de uitvoering van de zorgakkoorden IZA, RIGA, GALA, WOZO en AWZA is het door uw genoemde knelpunt een belangrijk item.

Vraag 4

P 7. Kan het college aangeven waarom de kosten in de regionale jeugdzorg zo enorm zijn gestegen van 2017 8,4 miljoen naar 13,4 miljoen in 2024. Wat is de oorzaak, over welke kosten/aantallen praten we hier die deze enorme stijging hebben veroorzaakt? P12 Dit ook in relatie met het aantal kinderen dat in PN in de GGZ zitten? Is er in grote lijnen een gedeelde oorzaak waarom zij hierin terecht zijn gekomen?

Antwoord

In hoofdstuk 3 van het interventieplan hebben voor u een uitgebreide analyse gemaakt van de oorzaken van de kostenstijging in het sociaal domein.

Wij zien dat door het ontbreken van heldere kaders, steeds meer vraagstukken binnen deze wet vallen. En daarmee binnen het gemeentelijk domein. De jeugdwet kent ook diverse toegangen/verwijzers. Waardoor grip op de toegang van jeugdhulp beperkter is.

We zien binnen jeugdzorg dat het aantal klanten redelijk stabiel is. We zien gemiddelde kosten per klant stijgen. Bij specifieke producten, zoals verblijf, is deze kostenstijging ingegeven door landelijk beleid. De toename van de vraag naar jeugd-GGZ binnen onze gemeente is in lijn met de landelijke trend.

Vraag 5

P 10/11 staat; Ook de wijze van contracteren en de wettelijke voorschriften voor het bepalen van reële tarieven en de jurisprudentie daarover hebben een kostenverhogend effect. Kan het college de oplossingen geven voor de bovengenoemde punt, aan welke knoppen moet gedraaid worden en op welk niveau (lokaal, regionaal, landelijk) moet dit gebeuren?

Antwoord

De wijze van contracteren kan lokaal en/of regionaal worden bepaald. Het bepalen van wettelijke voorschriften van reële tarieven en de jurisprudentie hierover zijn verankerd in de landelijke wetgeving.

Vraag 6

Maatregel 6 Onderzoeken mogelijkheden voorkeursaanbieders en max. plafond per aanbieder. Kan de gemeente aanbieders uitsluiten? U stelt; Daarnaast wil de gemeente een plafond aanhouden voor aanbieders zodat enkel met aanbieders wordt samengewerkt die als betrouwbaar en kwalitatief passend worden geacht door de gemeente. Ligt hier ook niet een taak regionaal? Kunnen wij als raad niet regionaal bij het inkoopkader hier een opdracht neerleggen bij SBJH?

Antwoord

Regionaal is dit zeker ook een mogelijkheid die wordt benut. Wat wij als gemeente doen binnen dit interventieplan, is dat wij zelf kijken welke mogelijkheden het contract ons biedt. Deze maatregel is hier een voorbeeld van.

Ook regionaal wordt er gesproken over het zoveel mogelijk kaders meegeven aan dienstverleners binnen de jeugdwet en de contractuele kaders.

Vraag 7

Maatregel 2 Kan het college aangeven hoe een Cliënt bij een WMO consulent komt? Is dit middels een verwijzing huisarts of meld een cliënt zichzelf? Wat zijn de exclusiecriteria, zoals genoemd bij de maatregelen?

Antwoord

Een inwoner of vertegenwoordiger van de inwoner kan zelf een melding maken bij de gemeente via de telefoon, email, website en de welzijnsondersteuner ouderen (WOO). Deze meldingen worden gescreend en er wordt contact opgenomen met de inwoner voor een huisbezoek.

Vraag 8

Waar komt het verplichtend karakter powerful Ageing te volgen vandaan om in aanmerking te komen voor de WMO voorziening? Is dit landelijk bepaald?

Antwoord

Wij zijn voornemens om krachtig ouder worden aan te bieden als voorliggende voorziening. Dat wil zeggen dat wanneer deze voorziening passend is voor een inwoner, dus een oplossing biedt, wij op dat moment geen Wmo-maatwerkvoorziening aanbieden. Dit is niet landelijk bepaald, maar vastgelegd in de verordening maatschappelijke ondersteuning en de beleidsregels Wmo.

Vraag 9

Zijn er genoeg ‘speciale’ fysiotherapeuten beschikbaar om powerful Ageing in onze gemeente om in te zetten en ontstaan er geen wachtlijsten?

Antwoord

We verwachten hierbij geen problemen. De aanbieder van krachtig ouder worden voorziet in voldoende capaciteit van fysiotherapeuten.

Vraag 10

Maatregel 3 de ACSD schrijft hier als advies het is belangrijk dat de gemeente zijn onafhankelijkheid bewaakt. Kunt u nader uitleggen hoe u dit gaat doen?

Antwoord

Bij implementatie van deze maatregel wordt een afwegingskader voor onze Wmo-consulenten opgesteld, waarin wordt bepaald onder welke criteria een inwoner het programma krachtig ouder worden volgt. Net als bij andere Wmo-voorzieningen wordt, in uitzonderlijke gevallen, een medisch advies ingewonnen. De inwoner kan uiteraard ook gebruik maken van een onafhankelijke clientondersteuner.

Met de aanbieder van krachtig ouder worden maken wij uiteraard afspraken om te bepalen of een inwoner kan deelnemen aan dit programma.

Vraag 11

Maatregel 8, Kan het college aangeven om hoeveel jongeren tussen 18 t/m 27 het gaat in onze gemeente? Is er een meldpunt voor deze jongeren? Heeft u ook contact gehad met andere organisaties die mogelijk ook deze jongeren helpen?

Antwoord

Vijf inwoners per jaar zullen starten met het Jongeren Perspectieffonds. We verwachten dit aantal jongeren te vinden via leerplicht/RMC en via ons meldpunt kinderopvangtoeslagaffaire (KOT).

Onderdeel van het plan is om lid te worden van het landelijke platform Jongeren Perspectieffonds, om ervaringen en kennis uit te wisselen. Dit specifieke aanbod wordt op dit moment niet door andere organisaties binnen onze gemeente geboden.

Vraag 12

Maatregel 4 Kan het college aangeven om hoeveel inwoners het hier gaat, die van de Loonkostensubsidie (LKS) in de gemeente gebruik kunnen gaan maken? Werken de werkgeverscheque en de praktijkroute onvoldoende, daar u kiest voor (extra) LKS? Hoeveel mensen met arbeidsbeperking zouden hierdoor mogelijk hun baan kunnen verliezen?

Antwoord

De maatregel richt zich specifiek op het doen van verdiepend onderzoek op de inzet van LSK als instrument om mensen weer naar de arbeidsmarkt te begeleiden. We zien potentie in het breder inzetten van LKS, maar aanvullend onderzoek is nodig om te bezien of deze maatregel inderdaad het gewenste effect (meer mensen aan de slag) heeft, en wat daar (extra) voor nodig is. Uiteraard mag het breder inzetten van LKS er niet voor zorgen dat andere arbeidsbeperkte mensen hun baan (met LKS) kwijtraken. Juist daarom is verdiepend onderzoek nodig om LKS zo effectief mogelijk in te zetten. De werkgeverscheque en praktijkroute zijn ook goede instrumenten, maar bedienen een andere doelgroep en hebben ook een ander doel. LSK is geen vervanger van deze instrumenten. LKS is interessant om dat mensen met een (lage) loonwaardemeting toch aan de slag kunnen in regulier werk, en de werkgever daarvoor een compensatie krijgt. De werknemer krijgt gewoon salaris, wat een normaliserend effect heeft.

In maart 2025 waren er 69 personen met LKS in onze gemeente (hetzelfde aantal als in maart 2024, in maart 2023 waren het 61 personen).

Vragen Progressief Pijnacker-Nootdorp

Vraag 1

In de voorjaarsnota is geld beschikbaar gesteld voor gemeenten. Heeft dit nog gevolgen voor het plan zoals dit nu voorligt?

Antwoord

De extra middelen vanuit het Rijk zijn niet meegenomen bij de uitwerking van dit plan.

Vraag 2

Wat zijn de belangrijkste oorzaken van de kostenstijging in 2023 en 2024, met name in de jeugdzorg?

Antwoord

In hoofdstuk 3 van het interventieplan staat een uitgebreide analyse van de oorzaak van de stijgende kosten binnen het sociaal domein.

Bij de Wmo zien wij een sterke toename van het aantal klanten en een stijging van het tarief (door indexaties en tariefonderhandelingen). Bij Wmo-hulpmiddelen komen we vanuit een situatie waarin niet kostendekkende tarieven werden gerekend, dat tot gevolg had dat aanbieders failliet gingen. Bij de nieuwe aanbesteding zijn scherpe marktconforme tarieven afgesproken.

De reikwijdte van de Wmo is in de afgelopen 10 jaar enorm opgerekt als gevolg door jurisprudentie. Ook bij de jeugdzorg zien wij dat door het ontbreken van heldere kaders (afbakening), steeds meer vraagstukken binnen de Jeugdwet vallen. En daarmee binnen het gemeentelijk domein. De Jeugdwet kent ook diverse toegangen/verwijzers. Waardoor grip op de toegang van jeugdhulp beperkter is.

We zien binnen jeugdzorg dat het aantal klanten redelijk stabiel is. We zien gemiddelde kosten per klant stijgen. Bij specifieke producten, zoals verblijf, is deze kostenstijging ingegeven door landelijk beleid.

Voor jeugdhulp en Wmo geldt dat in 2023 de indexaties van de tarieven, vanwege inflatie en Caoafspraken, buitengewoon hoog waren.

Vraag 3

Zit er nog rek in de maatregelen uit het eerdere interventieplan? Door deze bijvoorbeeld opnieuw tegen het licht te houden?

Antwoord

De maatregelen uit het eerdere interventieplan zijn geïmplementeerd en onderdeel van onze reguliere werkzaamheden. Hier zit geen rek meer in. Ondanks de kostenbesparende effecten van deze maatregelen, hebben wij de kosten binnen het sociaal domein de afgelopen jaren zien stijgen.

Vraag 4

In 2025 zijn al 6 maatregelen in uitvoering genomen. Kan op basis van de resultaten van Q1 al een indicatie gegeven worden of het besparingspotentieel realistisch is?

Antwoord

Het is nog te vroeg om een indicatie te geven of het besparingspotentieel realistisch is. Na een jaar zullen wij over de voortgang van het interventieplan rapporteren, waaronder ook deze zes maatregelen.

Vraag 5

Het pakket van maatregelen overschrijdt ook in het behoudende scenario de taakstelling. Waarom heeft het college hiervoor gekozen?

Antwoord

De ervaring leert dat de kosten in het sociaal domein stijgen en lastig te voorspellen zijn. Ruimte in de taakstelling biedt de mogelijkheid om toekomstige tegenvallers op te vangen. In de praktijk is de contractuele indexatie van tarieven ook vaak hoger dan de gemiddelde vergoeding die in de begroting wordt verwerkt.

Vraag 6

Kan het college met een aantal voorbeelden schetsen wat de verschillen zijn in ‘basis’ GGZ-trajecten en specialistischer trajecten, ook wel ‘S-GGZ’ genoemd.

Antwoord

Basis-GGZ is kortdurend en oplossingsgericht. Het gaat om vraagstukken die binnen de gegeven tijdsbegrenzing van maximaal 18 uur opgelost kunnen worden. Deze interventie kan ook enkelvoudig uitgevoerd worden.

Specialistische GGZ vraagt een andere expertise. Het gaat om behandeling van zwaardere problematiek, waarbij vaak multi-disciplinair gewerkt wordt en waarbij ook behandeling door een psychiater of klinisch psycholoog mogelijk is.

Vraag 7

We bieden niet langer standaard overbruggingszorg aan met uitzondering voor jeugdigen waarbij dit noodzakelijk is. Wanneer is er in de toekomst sprake van situaties waarin dit noodzakelijk is. Graag met een aantal voorbeelden toelichten.

Antwoord

Als er sprake is van een wachtlijst voor passende ondersteuning gaat het kernteam op zoek naar onderdelen van de vraag waarop wel ondersteuning geboden kan worden. Dit door het kernteam zelf of met inzet van ander aanbod. Vertrekpunt is wat er wel kan. U kunt hierbij denken aan het vinden van activiteiten voor een jeugdige waarop deze “aangaat”. Enkel contact onderhouden volstaat niet. Het gaat erom dat de interesse wordt gewekt, sociaal contact ontstaat of een doorbreking van isolement. Denk aan helpen bij de boer of in een winkel. Er zijn vele mogelijkheden. Soms lukt dit ook met de inzet van de sociale omgeving.

Vraag 8

Bij de maatregel krachtiger ouder worden is een weergave van hoe dat in zijn werk gaat. Er is sprake van zogenaamde exclusiecriteria bij de intake en in de tekst is een verwijzing naar een document met zeer waarschijnlijk deze criteria. Is het mogelijk deze criteria te ontvangen?

Antwoord

Deze criteria worden na vaststelling uitgewerkt. Na vaststelling van deze maatregel zal er ook een aanbesteding en vervolgens een implementatie plaatsvinden. In deze periode wordt ook het afwegingskader ontwikkeld. Het afwegingskader wordt opgenomen in de beleidsregels Wmo.

Vraag 9

Kent het college de bezwaren van KBO Pijnacker & Nootdorp op de maatregel krachtiger ouder worden?

Antwoord

Wij hebben een constructief met de KBO Pijnacker & Nootdorp over de bezwaren en kansen van krachtig ouder worden. We zullen hier bij het uitvoeren van deze maatregel rekening mee houden.

Vraag 10

Is het mogelijk om deze maatregel breder (lees eerder) in te zetten waardoor ouderen niet pas met dit aanbod in aanraking komen op het moment dat zij een aanvraag doen voor huishoudelijke hulp?

Antwoord

In de praktijk bieden wij inwoners op dit moment preventieve activiteiten aan in het voorliggende veld (bijvoorbeeld activiteiten vanuit SWOP, mantelzorgondersteuning) mogelijkheden voor activering, bevordering en behoud van de fitheid en veerkracht aan. Het zijn sociale activiteiten vanuit bijvoorbeeld het gezondheidsbeleid, waarin beweging centraal staat. Denk hierbij aan Sociaal Vitaal en Valpreventie. Fit blijven op lange termijn.

Vraag 11

Wordt bij de maatregel “onderzoek plaatsingsbeleid sociale huurwoningen” ook onderzocht waarom deze mensen naar onze gemeente verhuizen?

Antwoord

Dit wordt niet meegenomen in het aan de raad voorgestelde onderzoek. Er zijn veel verschillende redenen denkbaar waarom deze mensen naar onze gemeente verhuizen.

Vragen Eerlijk Alternatief

Vraag 1

Zijn er beleidsmatige afwegingskaders gebruikt om te bepalen wat ‘innovatief’ is?

Antwoord

Het kader dat is gebruikt bij het opstellen van het interventieplan, zijn de uitgangspunten de nieuwe visie op het sociaal domein.

Zoals ook in het interventieplan staat (pagina 6), zijn de visie op het sociaal domein en dit interventieplan voor kostenbeheersing en innovatie nauw met elkaar verbonden en dit interventieplan is onderdeel van het uitvoeren van de visie. De visie biedt een breed kader en richting voor het sociaal domein, met nadruk op preventie, normaliseren, integraal samenwerken en het versterken van de sociale basis. Het interventieplan vertaalt deze principes naar concrete maatregelen die gericht zijn op innovatie, het beheersen van de kosten en het verbeteren van de efficiëntie en effectiviteit van de zorg en ondersteuning. Samen vormen ze een samenhangend geheel dat bijdraagt aan een veerkrachtig en toekomstbestendig sociaal domein.

Wij zien innovatie als toevoegen van nieuwe en verbeterende werkwijzen aan het bestaande lokale palet. Waarbij een kwaliteitsimpuls en kostenbeheersing hand in hand moeten gaan.

Vraag 2

Wat gebeurt er als een maatregel onvoldoende resultaat oplevert? Is er een plan voor tussentijdse bijstelling en wie beslist daarover?

Antwoord

Wij monitoren de maatregelen, net als in het eerste interventieplan, en zullen hier jaarlijks over rapporteren. Als een maatregel onvoldoende resultaat oplevert, kan het college ervoor kiezen om een maatregel te stoppen. Hier zal de gemeenteraad over worden geïnformeerd, via de P&C-cyclus en een jaarlijkse voortgangsrapportage.

Vraag 3

Hoe worden samenwerkingspartners (regionale samenwerkingspartners, zorgbureau en zorgaanbieders) meegenomen in de uitvoering?

Antwoord

Na vaststelling van de maatregelen zal de implementatie plaatsvinden. Dit zal naast intern, waar nodig ook extern gebeuren. Bij deze implementatie worden de samenwerkingspartners betrokken. Ook zijn een aantal maatregelen, bijvoorbeeld ondersteuning bij complexe echtscheidingen en afkaderen basis-GGZ, regionaal opgesteld.

Vraag 4

Hoe verhoudt dit plan zich tot landelijke ontwikkelingen of wetgeving?

Antwoord

In hoofdstuk 3 van het interventieplan (trends en analyse van de kostenontwikkeling in het sociaal domein) laten wij zien dat door de landelijke ontwikkeling en de wetgeving de kosten in het sociaal domein blijven stijgen. Verder stellen wij vast dat de VNG heeft berekend dat gemeenten voor de uitvoering van taken in het sociaal domein structureel te weinig geld ontvangen. Het toekomstige ‘Ravijn’ en het herverdeeleffect van het gemeentefonds resulteert in structureel achterblijvende inkomsten en geeft hierdoor een hoop financiële onzekerheid voor onze gemeente. Hierop anticiperen wij.

Vraag 5

Maatregel: Inzet Basis GGZ qua uren en inhoudelijk afkaderen. Hoe worden de grenzen in tijd en inhoud concreet vertaald in verwijzingscriteria voor verwijzers?

Antwoord

In het format voor deze maatregel kunt u zien dat wij de basis-GGZ een scherper afgebakende omschrijving willen geven. Waarmee het gebruik van de basis-GGZ wordt zoals bedoeld: kortdurend en probleemoplossend. Qua uren is hiervoor 18 uur beschikbaar. Dit wordt vastgelegd in het richtinggevend kader dat voor alle verwijzers, de gemeenten en het servicebureau Jeugdhulp Haaglanden als basisdocument wordt gebruikt.

In de praktijk zien wij dat basis-GGZ vaak gevolgd wordt door inzet van specialistische GGZ. Wij hebben het standpunt dat de inzet van de basis-GGZ in deze gevallen niet de juiste keuze is geweest. In één keer de juiste passende zorgvorm.

Vraag 6

Hoe wordt bepaald welke zorgvragen binnen dit basis-GGZ vallen en welke niet?

Antwoord

Op dit moment werken wij met een behulp van een richtinggevend kader, dat na vaststelling van deze maatregel verder wordt aangescherpt.

Vraag 7

In hoeverre wordt bij deze maatregel rekening gehouden met wachtlijsten voor vervolgzorg?

Antwoord

Wij proberen onze inwoners zo goed mogelijk te begeleiden naar de meest passende zorg waar de wachtlijst bij de aanbieders beperkt is.

Vraag 8

Maatregel: Inzet rond echtscheidingsproblematiek begrenzen Welke criteria worden gebruikt om de mate van inzet bij scheidingsproblematiek te begrenzen?

Antwoord

Wij volgen de beschrijving van het product dat bij echtscheidingsproblematiek wordt ingezet, zoals in het contract is opgenomen. Deze omschrijving is heel algemeen en daardoor toepasbaar op vrijwel alle problematiek rondom echtscheidingen. Wij willen ons echter beperken tot dit product.

Het probleem dat wij met name zien, is dat andere jeugdhulpproducten of een combinatie hiervan, wordt ingezet bij echtscheidingsproblematiek. Hierdoor valt de mogelijkheid om deze inzet te begrenzen weg.

Vraag 9

In hoeverre wordt de inzet van schoolmaatschappelijk werk of wijkteams als alternatief beschouwd?

Antwoord

Deze alternatieven zijn voorliggend op de maatwerkvoorziening. Dit betekent dat wanneer een probleem hiermee opgelost kan worden, er geen maatwerkvoorziening nodig is. Verder zijn schoolmaatschappelijk werk en het wijkteam gericht op normaliseren en op preventie. Dus het voorkomen van problemen.

Vraag 10

Maatregel: JOH-codes (MBO/HBO/WO): voorkomen van upcoding. Welke controlemechanismen worden ingezet om het oneigenlijk gebruik van hogere codes te signaleren?

Antwoord

Wij screenen alle verzoeken tot toewijzing (VOT) en verzoeken tot wijziging (VOW). Bij vaststelling van de inzet van onjuiste code gaan wij hierover in gesprek met de dienstverlener. Waar nodig vorderen wij terug.

Vraag 11

Hoe wordt geborgd dat juiste deskundigheid behouden blijft ondanks de financiële begrenzing?

Antwoord

De interventies die ingezet worden, zijn allen gebaseerd op een reëel tarief. Vanuit de Rijksoverheid zijn wij hiertoe verplicht. Hierdoor is behoud van deskundigheid geborgd. Het doel is een goed en passend product en niet langer dan nodig.

Vraag 12

Hoe wordt de inzet van opleidingsniveaus afgestemd op de complexiteit van casuïstiek?

Antwoord

De inzet van opleidingsniveaus en werkervaring is afgestemd op de complexiteit van de casuïstiek is contractueel vastgelegd. Ook binnen ons kernteam is de inzet van opleidingsniveaus, werkervaring en expertise afgestemd op de complexiteit geborgd.

Vraag 13

Maatregel: Overbruggingszorg minimaliseren

Antwoord

Dit is sterk afhankelijk van de desbetreffende casus. Telkens wordt goed bekeken wat het meest

passend is om het kwetsbare gezin te ondersteunen, naar wat wel mogelijk is. Het is goed om te weten dat dit bijvoorbeeld ook schuldhulpverlening of maatschappelijk werk kan zijn. Er zijn binnen het sociaal domein meer vormen van interventie mogelijk.

Vraag 14

Hoeveel trajecten die nu onder overbruggingszorg vallen kunnen straks direct naar een structureel aanbod worden geleid?

Antwoord

Deze vraag kunnen wij niet specifiek beantwoorden. De inzet van een product wordt niet specifiek als overbruggingszorg geregistreerd. We schatten in dat het er tientallen per jaar zijn.

Vraag 15

Maatregel: Onderzoeken mogelijkheden voorkeursaanbieders en maximum budgetplafond per aanbieder. Hoe wordt bepaald welke aanbieders in aanmerking komen als voorkeursaanbieder?

Antwoord

Hierbij wordt gekeken naar kwaliteit van de samenwerking, kwaliteit van de zorg en het resultaat van geleverde zorg.

Vraag 16

Wat gebeurt er met jongeren die tussentijds zorg nodig hebben wanneer het budgetplafond is bereikt?

Antwoord

Deze jongeren krijgen een ander passend aanbod.

Vraag 17

Maatregel: Vergoeding Specialistische BSO beperken tot meerkosten boven regulier tarief Wat zijn de effecten van deze maatregel op de toegankelijkheid van BSO voor kinderen met extra ondersteuningsbehoefte?

Antwoord

Wij verwachten geen effecten van deze maatregel op de toegankelijkheid van BSO voor kinderen met extra ondersteuningsbehoefte. Net als alle kinderen die naar de BSO gaan, vragen ouders hiervoor een kinderopvangtoeslag aan en betaalt de gemeente de meerkosten voor het specialisme. Wel betalen de ouders de reguliere eigen bijdrage voor de BSO.

Vraag 18

Hoe wordt de grens bepaald tussen reguliere en specialistische kosten, en wie toetst dit?

Antwoord

De vergoeding die een huishouden ontvangt vanuit de kinderopvangtoeslag, vormt de basis van het bedrag dat een huishouden bijdraagt aan de kosten van de specialistische BSO.

Dit zal door de gemeente administratief moeten worden getoetst.

Vraag 19

Maatregel: Collectieve en contextgerichte inzet op scholen (‘onderwijspyramide’)

Hoe wordt bepaald welke scholen of doelgroepen prioriteit krijgen bij de collectieve inzet?

Antwoord

Op alle scholen in de onderwijsregio wordt collectief aanbod geboden voor een zo breed mogelijke doelgroep. Waar deze ondersteuning niet passend meer is, wordt maatwerk ingezet.

Vraag 20

Maatregel: Zorgwekkende verzuimers (technische maatregel, wordt al uitgevoerd)

Welke specifieke interventies worden als effectief aangemerkt binnen de aanpak van zorgwekkend verzuim?

Antwoord

Dit is bij uitstek maatwerk dat voor deze inwoners wordt gezet. De casuïstiek is zo uniek, dat voor iedere zorgwekkende verzuimer specifiek wordt gezocht naar een manier om uit de impasse van deze jongere te komen.

Vraag 21

Wat zijn de belangrijkste knelpunten die voortkomen uit de uitvoering tot nu toe?

Antwoord

Op dit moment ervaren wij geen knelpunten.

Vraag 22

Maatregel: Inwoners actief waarschuwen voor het inkomensafhankelijk abonnementstarief

Op welke momenten in het klantcontact wordt de waarschuwing voor het abonnementstarief gegeven?

Antwoord

Op dit moment is het nog onzeker wanneer het inkomensafhankelijk abonnementstarief ingaat. De verwachting nu is dat het 1-1-2027 wordt. Zodra deze datum zeker is, zullen wij de communicatie richting de inwoners uitwerken en inzetten.

Vraag 23

Maatregel: Vergoeding vragen voor medische keuring GPK (gehandicaptenparkeerkaart) – nadere uitwerking kadernota 2025

Hoe wordt de drempelwerking voor mensen met beperkte financiële draagkracht beoordeeld?

Antwoord

Als inwoners de middelen voor een medische keuring niet hebben, kunnen zij een beroep doen op de bijzondere bijstand. Voor het aanvragen hiervan wordt gekeken naar de draagkracht van de inwoner, conform de regels van de bijzondere bijstand.

Vraag 24

Bij effect wordt gesproken over het betalen van €145,- bij een nieuwe aanvraag, of een vervolgaanvraag waarbij geen sprake is van een chronische en/of onomkeerbare beperking. Bij de risico’s staat dat inwoners eenmalig kosten van de medische keuring betalen. Ook wordt er gesproken over kiezen voor scenario 3. Maar dit scenario behelst iets anders dan het betalen van de medische keuring bij een eerste aanvraag. Kan het college duidelijker maken welke keuze nu precies voorligt, en wanneer er binnen dat scenario wel en niet betaald moet worden door de aanvrager?

Antwoord

Wij leggen scenario 2 voor aan de raad.

Vraag 25

Kan het college aangeven wat de verwachtte financiële effecten zijn van de andere 2 scenario’s? En waarom de voorkeur uitgaat naar het gekozen scenario?

Antwoord
  • Scenario 1: het 0-scenario. Hierbij zijn er geen financiële effecten.
  • Scenario 2: Het financiële effect is geraamd op €10.000 per jaar.
  • Scenario 3: Hierbij ramen wij het financiële effect tussen de €20.000 en €30.000 per jaar.

Vragen VVD

Vraag 1

Pijnlijker maatregelen als een inkomenstoets voor de Wmo zijn niet meegenomen in het eindpakket. Maar dit interventieplan loopt nog 3 jaar. Kan een overzicht worden gegeven van de maatregelen die we ‘in reserve hebben’?

Antwoord

De twee maatregelen die zijn afgevallen naar aanleiding van het advies van de ASD zijn benoemd in aanbiedingsnota. Daarnaast zijn de volgende maatregelen afgevallen:

  • Wachtlijstbeleid bij Wmo hulp bij het huishouden;
  • Opheffen minimabeleid eigen bijdrage Wmo;
  • Meer sturen op pgb’s bij hulp bij het huishouden door sociaal netwerk of zzp’ers;
  • Studietoeslag alleen op verzoek verstrekken met terugwerkende kracht.

Vraag 2

Het interventieplan zet in op ‘PowerfulAgeing’ (beweegprogramma voordat hulp bij het huishouden wordt toegekend). Daar is elders in het land veel kritiek op gekomen, onder meer omdat ouderen ‘gedwongen’ worden om deel te nemen aan te zware trainingen om hulp te kunnen krijgen. Ook de ouderenbond heeft zich in onze mailbox gemeld met zorgen hierover. Wat doet het college met die kritiek? Hoe voorkomt het college misstanden in onze gemeente?

Antwoord

Landelijk zijn er ook heel veel positieve ervaringen met krachtig ouder worden. Een voorbeeld hiervan is de gemeente Zoetermeer, waarbij inwoners onder andere meer bewegelijkheid, makkelijker opstaan, makkelijker traplopen, meer kracht en het makkelijker doen van huishoudelijke activiteiten. Inwoners ervaren dat zij een aantal jaren hebben teruggewonnen. Ook waarderen deelnemers het sociale aspect van het programma.

Bij de implementatie wordt goed aan de voorkant afgewogen of de maatregel wel of niet geschikt is voor de inwoner. We houden er rekening mee dat nog steeds direct hulp bij het huishouden verstrekt zal blijven worden aan inwoners.

Natuurlijk zal is er nauw contact plaatsvinden met de uitvoerder van krachtig ouder worden en de inwoner zelf.

Vraag D66

Vraag 1

In de reactie-brief van het College aan de leden van de Adviesraad Sociaal Domein lezen we op bladzijde 3:

“Bij het ontwikkelen van deze maatregel hebben wij contact gehad met andere gemeenten, zoals de gemeente Zoetermeer. Wij zullen alle ervaringen van de andere gemeenten meenemen bij het uitvoeren van deze maatregel”.

Met welke gemeenten behalve Zoetermeer heeft het College contact gehad?

Zijn er al effecten en ervaringen van deze gemeenten bekend, die met de raad gedeeld kunnen worden?

Antwoord

Naast de gemeente Zoetermeer hebben wij contact gehad met de gemeenten Westland en Delft. In de gemeente Zoetermeer zijn de ervaringen met deze maatregel positief. Op 7 maart 2025 heeft het college van Zoetermeer een memo over Powerful Ageing aan de gemeenteraad gestuurd, waarin zij de resultaten van een anonieme enquête onder deelnemers van Powerful Ageing delen. Positieve ervaringen zijn: deelnemers beoordelen het programma met een 8.7. Positieve effecten die worden ervaren zijn onder andere meer bewegelijkheid, makkelijker opstaan, makkelijker traplopen, meer kracht en het makkelijker doen van huishoudelijke activiteiten. Ook waarderen deelnemers het sociale aspect van het programma. Een positieve deelnemer zei door de training tot nieuwe inzichten te zijn gekomen over wat diegene nog kan. Een kritischere deelnemer vraagt zich wel af of Powerful Ageing een volledige oplossing is voor diens hulpvraag.

Een ervaring van de gemeente Westland is dat er een keuzevrijheid was voor deelname aan het programma. Dit leidde tot een zeer beperkte deelname aan het programma krachtig ouder worden, waardoor de effectiviteit laag was. Daarom zijn zij gestopt. Met de gemeente Delft hebben wij gesproken over de wijze van aanbesteden.

Powerful Ageing wordt in Nederland in ruim 40 gemeenten uitgevoerd. In Nederland hebben tot nu toe 2490 mensen hieraan deelgenomen. Deelnemers ervaren bijvoorbeeld effect op fysieke prestatie (power, kracht, bewegingssnelheid en uithoudingsvermogen), zelfredzaamheid, kwaliteit van leven en gezondheid. Waardoor zij langer zelfstandiger thuis kunnen wonen, meer zelfstandigheid behouden, zich gezonder en prettiger voelen, minder eenzaamheid ervaren en de regie weer durven pakken. Het aantal klachten over dit programma is zeer gering.

Aanvullende vragen ASD

Vraag 1

Titel interventieplan

Met betrekking tot de titel van het plan geeft u aan dat innovatie een integraal onderdeel van het plan én van de visie op het sociaal domein is. Als voorbeeld geeft u maatregelen zoals Krachtig Ouder Worden, collectieve en contextgerichte inzet op scholen, het Jongeren Perspectief Fonds en de inzet bij zorgwekkende verzuimers. Hoewel dit zeker goede voorbeelden zijn van anders werken, blijven we van mening dat het hier onvoldoende echt innovatief beleid betreft om de titel van het document te rechtvaardigen.

Antwoord

Wij zijn sterk van mening dat in het interventieplan nieuwe en innovatieve werkwijzen worden voorgesteld. Nieuwe werkwijzen voor de gemeente Pijnacker-Nootdorp.

Vraag 2

Krachtig Ouder Worden

Wat betreft de maatregelen hebben we een vraag over Krachtig Ouder Worden (Powerfull Ageing) die in uw reactie onbeantwoord is gebleven. In het interventieplan staat dat als een inwoner in aanmerking komt voor Krachtig Ouder Worden er geen individuele maatwerkvoorziening voor bijvoorbeeld hulp bij het huishouden (hbh) of een hulpmiddel wordt toegekend. In ons advies hebben we de suggestie gedaan dit anders te formuleren waardoor niet op voorhand toegang tot een individuele maatregel wordt uitgesloten. Als iemand bijvoorbeeld hulp in de huishouding nodig heeft en door deelname aan het programma Krachtig Ouder Worden een deel van het huishouden weer zelf kan doen, kan er een behoefte blijven bestaan aan aanvullende hulp. Door de combinatie van deelname aan Krachtig Ouder Worden met een lichtere vorm van hulp dan aanvankelijk nodig was mogelijk te maken, kan iemand profiteren van deelname aan het programma om in ieder geval een deel van zijn of haar onafhankelijkheid terug te krijgen. We vragen u dan ook nogmaals de formulering te heroverwegen.

Antwoord

U vraagt om een verduidelijking over het tegelijk gebruiken van een voorliggende voorziening zoals krachtig ouder worden en een maatwerkvoorziening zoals hulp bij het huishouden. Het antwoord op deze vraag is in lijn met de algemene werkwijze binnen de Wmo, waarbij een voorliggende voorziening een deel van de vragen van de inwoner kan oplossen. Blijft daarnaast nog een restvraag over waarvoor geen passende voorliggende voorziening bestaat, kan deze restvraag opgelost met een maatwerkaanbod.

Vraag 3

Verlagen Individuele inkomenstoeslag

Verder willen we nog eens extra benadrukken dat de verlaging van de individuele inkomenstoeslag (Participatie maatregel 4) een groep zeer kwetsbare inwoners treft. Inwoners die vaak langjarig op een bijstandsuitkering zijn aangewezen. Terwijl de prijzen stijgen is een verlaging met € 100 voor deze financieel kwetsbare inwoners een forse aderlating.

Hoewel uit de benchmark met de gemeente Lansingerland blijkt dat de gemeente Pijnacker-Nootdorp hier hogere bedragen beschikbaar stelt, vinden wij dat het besluit voor de nu geldende toeslag destijds niet voor niets met de nu geldende bedragen tot stand is gekomen.

We realiseren ons dat de gemeente zorgvuldig om moet gaan met de beperkte beschikbare middelen. Tegelijk blijkt uit onderzoek dat geldzorgen en schulden leiden tot een toename van gezondheidsproblemen. Daarom vragen wij u de kwetsbare inwoners die afhankelijk zijn van de individuele inkomenstoeslag te ontzien en de voorgestelde verlaging te schrappen.

Antwoord

Onze argumentatie is niet veranderd. Wij vinden dat wij met de verlaging van de individuele inkomenstoeslag nog steeds een acceptabele toeslag aanbieden, dat in lijn is met de andere gemeenten. Als inwoners in de knel komen, zijn er nog andere mogelijkheden om hen alsnog te ondersteunen.

Aan het College van Burgemeester en Wethouders Pijnacker-Nootdorp
Postbus 1
2640 AA Pijnacker

Pijnacker, 6 mei 2025

Betreft aanvullend advies van de Adviesraad Sociaal Domein inzake Interventieplan kostenbeheersing en innovatie sociaal domein 2025 – 2028 gemeente Pijnacker-Nootdorp.

Geacht college,

Hartelijk dank voor uw reactie op ons advies op het interventieplan kostenbeheersing en innovatie sociaal domein 2025-2028. We zijn blij te lezen dat u veel van onze adviezen heeft overgenomen. Op een aantal punten uit uw reactie hebben we enkele aanvullende opmerkingen en vragen.

Titel interventieplan

Met betrekking tot de titel van het plan geeft u aan dat innovatie een integraal onderdeel van het plan én van de visie op het sociaal domein is. Als voorbeeld geeft u maatregelen zoals Krachtig Ouder Worden, collectieve en contextgerichte inzet op scholen, het Jongeren Perspectief Fonds en de inzet bij zorgwekkende verzuimers. Hoewel dit zeker goede voorbeelden zijn van anders werken, blijven we van mening dat het hier onvoldoende echt innovatief beleid betreft om de titel van het document te rechtvaardigen.

Krachtig Ouder Worden

Wat betreft de maatregelen hebben we een vraag over Krachtig Ouder Worden (Powerfull Ageing) die in uw reactie onbeantwoord is gebleven. In het interventieplan staat dat als een inwoner in aanmerking komt voor Krachtig Ouder Worden er geen individuele maatwerkvoorziening voor bijvoorbeeld hulp bij het huishouden (hbh) of een hulpmiddel wordt toegekend. In ons advies hebben we de suggestie gedaan dit anders te formuleren waardoor niet op voorhand toegang tot een individuele maatregel wordt uitgesloten. Als iemand bijvoorbeeld hulp in de huishouding nodig heeft en door deelname aan het programma Krachtig Ouder Worden een deel van het huishouden weer zelf kan doen, kan er een behoefte blijven bestaan aan aanvullende hulp. Door de combinatie van deelname aan Krachtig Ouder Worden met een lichtere vorm van hulp dan aanvankelijk nodig was mogelijk te maken, kan iemand profiteren van deelname aan het programma om in ieder geval een deel van zijn of haar onafhankelijkheid terug te krijgen. We vragen u dan ook nogmaals de formulering te heroverwegen.

Verlagen Individuele inkomenstoeslag

Verder willen we nog eens extra benadrukken dat de verlaging van de individuele inkomenstoeslag (Participatie maatregel 4) een groep zeer kwetsbare inwoners treft. Inwoners die vaak langjarig op een bijstandsuitkering zijn aangewezen. Terwijl de prijzen stijgen is een verlaging met € 100 voor deze financieel kwetsbare inwoners een forse aderlating.

Hoewel uit de benchmark met de gemeente Lansingerland blijkt dat de gemeente Pijnacker-Nootdorp hier hogere bedragen beschikbaar stelt, vinden wij dat het besluit voor de nu geldende toeslag destijds niet voor niets met de nu geldende bedragen tot stand is gekomen.

We realiseren ons dat de gemeente zorgvuldig om moet gaan met de beperkte beschikbare middelen. Tegelijk blijkt uit onderzoek dat geldzorgen en schulden leiden tot een toename van
gezondheidsproblemen. Daarom vragen wij u de kwetsbare inwoners die afhankelijk zijn van de individuele inkomenstoeslag te ontzien en de voorgestelde verlaging te schrappen.

Met vriendelijke groet,


namens de Adviesraad Sociaal Domein Pijnacker-Nootdorp
Piet van Adrichem
voorzitter

c.c. Gemeente Pijnacker-Nootdorp, de heer W. Kort

Adviesraad Sociaal Domein Pijnacker-Nootdorp
t.a.v. Piet van Adrichem

Onderwerp Reactie ASD – Inkoopstrategie doorontwikkeling regionale jeugdhulp 2027
nadere informatie Brenda Verhoek
verzenddatum
zaaknummer 1577459
briefnummer 1433975
uw brief van 31 maart 2025
uw kenmerk

Geachte leden van de Adviesraad Sociaal Domein,

Op 25 maart 2025 ontvingen wij uw (ongevraagd) advies over de Regiovisie Jeugdhulp en de
Hervormingsagenda Jeugd. Uw advies is gebaseerd op diverse gesprekken met het Programmabureau
Jeugdhulp Haaglanden en de presentaties over de ontwikkelingen rondom de Regiovisie Jeugdhulp
Haaglanden en de Inkoopstrategie Jeugdhulp Haaglanden voor 2027 en verder. Wij danken de
Adviesraad Sociaal Domein voor de betrokkenheid, inzet en het advies.

Hierbij ontvangt u onze reactie op het advies.

  1. Evaluatie van ervaringen uit het verleden
    U vraagt of er geëvalueerd is hoe jeugdigen en gezinnen de jeugdzorg ervaren. En hoe deze ervaringen worden meegenomen in de herinrichting van het zorglandschap. Wij vinden het van groot belang opgedane ervaringen te betrekken bij de (regionale) beleidsontwikkeling. Hiervoor werkt de regio Haaglanden onder andere samen met JONG Doet Mee! en de regionale Oudersraad. Er is een gezamenlijke werkagenda 2024-2025 opgesteld en bevat prioriteiten op basis van ervaringen. Door middel van ‘Ontwikkeltafels’ worden gecontracteerde jeugdhulpaanbieders en andere stakeholders bij de transformatie van de jeugdhulp betrokken. Tijdens deze tafels worden belangrijke knelpunten en ervaringen tussen gemeenten en aanbieders gedeeld. De ervaringen van gebruikers en van aanbieders geven belangrijke inzichten die worden gebruikt bij de doorontwikkeling van de jeugdhulp.
  2. Betrekken van ervaringsdeskundigen
    U pleit ervoor ervaringsdeskundigen vanaf het begin te betrekken bij beleidsontwikkeling.

    Wij onderschrijven uw advies. Zowel de gemeente Pijnacker-Nootdorp als de regiogemeenten vinden
    het essentieel ervaringsdeskundigen te betrekken bij de (regionale) beleidsontwikkeling. Hiervoor werkt de regio Haaglanden onder andere samen met JONG Doet Mee! en de regionale Oudersraad.
    In de gezamenlijke werkagenda 2024-2025 staan de volgende prioriteiten: liefdevolle jeugdhulp,
    wachttijden en de Big5. De werkagenda vormt één van de uitgangspunten voor de inkoopstrategie. Bij de projectgroep die zich bezighoudt met de doorontwikkeling van het zorglandschap zijn ook
    ervaringsdeskundigen betrokken.
  3. Inzicht in de behoeften van jeugdigen en gezinnen.
    Uw advies is de herinrichting van het zorglandschap af te stemmen op de werkelijke behoeften en
    hierbij oog te hebben voor doelgroepen als thuiszitters, dak- en thuislozen, minderjarige asielzoekers en moeilijk bereikbare gezinnen. Daarnaast verzoekt u aandacht te hebben voor (lange) wachttijden.

    Om gericht te kunnen kijken naar specifieke behoeften van jeugdigen en gezinnen kiezen we bij de
    herinrichting van het zorglandschap voor een indeling aan de hand van segmenten. Uw advies om oog te hebben voor bovengenoemde specifieke doelgroepen wordt hier zeker bij betrokken.
    Binnen het segment onderwijs-jeugdhulp wordt collectieve jeugdhulp op school ontwikkeld. Deze inzet is gericht op het bevorderen van de schoolgang van leerlingen. Het uitgangspunt hierbij is dat jeugdhulp op de scholen moet plaatsvinden, groepsgericht is en als doel heeft schooluitval voorkomen.

    We onderschrijven de zorg van lange wachttijden voor jeugdigen. Een belangrijke opgave bij de
    doorontwikkeling van het zorglandschap en de inrichting van de segmenten is het voorkomen van
    wachttijden en het beter beheren van wachtlijsten.
  4. Aandachtspunten voor de uitvoering
    U geeft aan dat het belangrijk is bij de herinrichting van de jeugdzorg te zorgen voor duidelijke structuur en heldere afspraken. Daarbij geeft u advies over de regiefunctie, zorgzwaartetrap, codes en tarieven en een overzicht van plaatsingsmogelijkheden.
    • Regiefunctie
      We vinden het belangrijk de doorontwikkeling samen met de uitvoering vorm te geven. Het betreft onder meer lokale toegangspartners, aanbieders, de Gecertificeerde Instellingen en het onderwijs. De eerdergenoemde klantreizen vormen mede een toetsing vooraf en worden meegenomen bij de doorontwikkeling van Stevige Lokale Teams.
    • Zorgzwaartetrap
      De komende jaren vindt een doorontwikkeling plaats naar Stevige Lokale Teams die werken conform het landelijk ‘Richtinggevend kader Toegang, lokale teams en integrale dienstverlening’. Hierin is opgenomen dat medewerkers in de toegang een brede blik hanteren en samen met inwoners een brede analyse doen met oog voor de context en verschillende leefgebieden en (indien van toepassing) het gezin en omgeving. Het kernteam kijkt met een brede blik naar gezinnen en wat er nodig is. Zij schakelen binnen de afdeling Samenleving gemakkelijk met onder andere Wmo, Werk&Inkomen en leerplicht als dat passend is voor het gezin. Het is vooral belangrijk dat op basis van de analyse passende hulp (‘matched care’) wordt ingezet. Uithuisplaatsing willen we daarbij zoveel mogelijk voorkomen. Een gedwongen uithuisplaatsing kan enkel plaatsvinden met een machtiging uithuisplaatsing. Het besluit hierover wordt genomen door de kinderrechter.
    • Codes en tarieven
      Het streven is om bij de ontwikkeling van nieuwe producten en tarieven aan te sluiten bij landelijke ontwikkelingen. In de Hervormingsagenda Jeugd is afgesproken om te komen tot standaardisatie van productbeschrijvingen en reële tarieven. Vanuit de regio Haaglanden sluiten we zoveel mogelijk aan bij werkgroepen voor de ontwikkeling van landelijke standaarden. Tevens zetten we bij de inkoop van de jeugdhulp in het segment Specialistisch veelvoorkomend in op vereenvoudiging van de productstructuur.
    • Overzicht plaatsingsmogelijkheden
      Een goede omschrijving van de producten is belangrijk, zodat voor verwijzers helder is wat het aanbod inhoudt. Uw advies over de behoefte aan (naschoolse) dagbehandeling wordt meegenomen bij de uitwerking van het segment Dagbesteding en Dagbehandeling.
  5. Zorg dichtbij de leefwereld van het gezin
    U geeft aan dat Jeugdhulp zoveel mogelijk dichtbij het gezin moet worden georganiseerd. Daarbij
    benadrukt u dat continuïteit van zorg essentieel is en dat zo min mogelijk wisseling van hulpverleners
    gewenst is. Daarnaast adviseert u dat bij de in te kopen jeugdhulp de kwaliteit en de zorgvraag leidend moeten zijn, zodat de jeugdhulp goed aansluit op de behoefte van jeugdigen en hun gezinnen.
    Door de toegang van de jeugdhulp in richten aan de hand van Stevige Lokale Teams wordt zoveel
    mogelijk aangesloten bij de leefwereld van de jeugdigen en het gezin. Lokale teams worden nabij en
    laagdrempelig ingericht. In Pijnacker-Nootdorp wordt al op deze manier gewerkt. De ingekochte
    specialistische jeugdhulp moet daarop aansluiten. Door de jeugdhulp in te richten aan de hand van
    segmenten kunnen we per segment heel gericht sturen op de ontwikkelopgave. Een voorbeeld hiervan is het segment onderwijs-jeugdhulp. De ontwikkeling binnen het segment is gericht op inclusief onderwijs en het bevorderen van de schoolgang van leerlingen. Jeugdhulp vindt plaats op de school zelf in plaats van de jeugdige te verplaatsen naar jeugdhulp.
  6. Uniformiteit in taal, systemen en werkwijze
    U geeft aan kansen te zien in het uniformeren van processen binnen de jeugdhulp. Daarnaast geeft u
    het belang aan van vroegsignalering en gemeentelijke regie op preventie.

    Wij onderschrijven uw visie op het belang van het uniformeren van processen. Zie hiervoor ook de
    reactie op punt 3. De Stevige Lokale Teams moeten nabij, integraal en met mandaat werken. Zij krijgen dan ook een belangrijke taak waar het vroegsignalering en het inzetten van preventief aanbod betreft. Ook moeten de Stevige Lokale Teams regie voeren op de ingezette hulp. Deze punten zitten al in het model van het kernteam in Pijnacker-Nootdorp. Dit ook in aansluiting op een sterke sociale basis en preventie, bijvoorbeeld door de inzet van schoolmaatschappelijk werk op de scholen en voorschools maatschappelijk werk bij de kinderopvang, praktijkondersteuners bij de huisartsen, de JIM methode en leidende principes van normaliseren (campagne op de scholen).
  7. Transparantie in planning en evaluatie
    U adviseert een planning op te stellen aan de hand van cruciale mijlpalen, zodat helder is wanneer
    bestuurlijke besluitvorming zal plaatsvinden. In de Inkoopstrategie is een planning op hoofdlijnen opgenomen. De gemeenteraad wordt betrokken en geïnformeerd over vervolgstappen gedurende de nadere uitwerking van de segmenten.
  8. Evaluatie van de zorginkoop
    U stelt voor duidelijke criteria voor de zorginkoop vast te stellen en de inkoop op deze criteria te
    evalueren. Daarnaast vindt u dat aanbieders verplicht moeten worden om jeugdigen en gezinnen
    structureel te betrekken bij hun plannen.

    In de inkoopstrategie is opgenomen dat het model ‘Four Levers of Control’ van Simons als basis wordt gebruikt voor monitoring en bijsturing. Het idee daarbij is om een aantal Kritische Prestatie-indicatoren (KPI) te formuleren, zodat de inhoudelijke doelstelling per segment kan worden gevolgd. In het inkoopproces heeft het betrekken van ervaringsdeskundigheid een belangrijke rol.

Hopende u voldoende geïnformeerd te hebben.


Hoogachtend,
Het college van burgemeester en wethouders van Pijnacker-Nootdorp,

Annelies Kroeskamp
secretaris

Frank van Kuppeveld
burgemeester (plv.)

Aan het College van Burgemeester en Wethouders Pijnacker-Nootdorp
Postbus 1
2640 AA  Pijnacker    

Pijnacker, 31 maart 2025

Betreft gezamenlijk gedeeld advies Regiovisie Jeugdhulp Haaglanden en de Hervormingsagenda Jeugd voor de H9 regio

Geacht College,

De Adviesraden Sociaal Domein uit de regio Haaglanden (H9) zijn in december door de projectleiding door middel van een presentatie geïnformeerd over de Regiovisie Jeugdhulp Haaglanden en de Hervormingsagenda Jeugd. In vervolg daarop is besloten om in gezamenlijkheid een advies uit te brengen laten voor de verdere uitwerking van de hiervoor genoemde beleidsstukken. Een werkgroep geformeerd uit de adviesraden heeft het hierna volgende advies opgesteld, wat door de gezamenlijke raden is goedgekeurd en naar de projectleiding is gezonden.
Het gezamenlijke advies is ook besproken tijdens onze ASD vergadering op 25 maart en tijdens een gezamenlijk regio overleg op 26 maart heeft de projectleiding al een eerste reactie op het advies gegeven.

Wij willen dit advies richting de projectleiding ook aan u toezenden. Als gezamenlijke adviesraden waarderen we de vroege betrokkenheid in dit proces. Dit draagt bij aan vertrouwen in een constructieve samenwerking. We erkennen de urgentie en het momentum om de jeugdzorg te verbeteren en willen in dit advies de volgende punten meegeven ter overweging voor verdere verbeteringen.

1. Evaluatie van ervaringen uit het verleden: Om betrokken te blijven, is het essentieel om te evalueren hoe jeugdigen en gezinnen de jeugdzorg ervaren. Is er een cliënttevredenheidsonderzoek uitgevoerd? En hoe beïnvloeden de resultaten de herinrichting van het zorglandschap?

Een effectieve manier om betrokkenheid te vergroten, is door systematisch wensen en behoeften te peilen. Daarbij is het cruciaal om ook de uitstroom te analyseren: Hoe vergaat het jeugdigen en hun gezin na een uithuisplaatsing? Hoe gaat het met hen na hun 18e levensjaar? Stroomden zij pas uit toen de ‘Big 5’ (wonen, werk/opleiding, inkomen, sociaal netwerk, zorg) op orde was?

Daarnaast is het waardevol om zowel formele als informele zorgaanbieders te betrekken. Eerder adviseerden wij om preventieve maatregelen concreet te maken en hun effect op in- en uitstroom te meten. Dit vraagt om een brede beschouwing vanuit meerdere perspectieven: ouders, jeugdigen, verwijzers en regiehouders.

2. Betrekken van ervaringsdeskundigen: Wij pleiten ervoor om vanaf het begin ervaringsdeskundige ouders en jeugdigen te betrekken. Denk hierbij aan initiatieven zoals ‘JONG doet mee!’, ‘de Ouderraad Haaglanden’ en ‘ExpEx Haaglanden’. Een goed doordachte participatiestrategie, uitgewerkt in een participatiebesluit- of plan, waarborgt dat hun input op relevante momenten wordt meegenomen.

3. Inzicht in de behoeften van jeugdigen en gezinnen: De herinrichting van de jeugdzorg moet aansluiten op de werkelijke behoeften van jeugdigen en gezinnen. Dit vraagt om actieve betrokkenheid van het netwerk, bijvoorbeeld via het ‘familiegroepsplan’ of ‘JIM werkt’.

Wij willen specifiek aandacht vragen voor:

Thuiszitters: Jeugdigen die door een tekort aan passende zorg geen onderwijs kunnen volgen.

Dak- en thuisloze jeugdigen: Behoefte aan passende opvang en begeleiding en een toekomstperspectief op wonen én dagbesteding.

Moeilijk bereikbare gezinnen: Gezinnen die afzien, moeilijk of niet bereikt worden door het afhouden van hulp, door complexiteit, anders-taligheid of andere redenen voor de ontoegankelijkheid.

Minderjarige asielzoekers: Onderzoek en verbeter de psychosociale ontwikkeling, het verblijf, onderwijs & dagbesteding en zelfontplooiing (sport, hobby’s, talentontwikkeling) van deze kinderen en jeugdigen. Onderzoek welke hulp het beste past, met aandacht voor culturele aspecten binnen het gezin en de peer group. Een diversiteitsgerichte aanpak zorgt voor betere aansluiting bij de leefwereld en behoeften van jeugdigen.

Wachttijden: Jeugdigen wachten soms maanden op de juiste behandeling. Wij adviseren lokale teams om de regie te nemen en passende wachtlijstondersteuning te bieden aan jeugdigen en hun gezinnen.

4. Aandachtspunten voor de uitvoering: Een effectieve uitvoering van de herinrichting van de jeugdzorg vereist een duidelijke structuur en heldere afspraken. Dit voorkomt versnippering, zorgt voor een logische opbouw in hulpverlening en bevordert een efficiënte samenwerking tussen betrokken partijen. Wij willen de volgende adviezen meegeven:

Regiefunctie: De coördinatie van alle hulpverlening in het gezin (dus niét alleen van de hulp aan de jeugdige) ligt bij het lokale wijkteam. Bij de regiefunctie hoort ook de samenwerking met onderwijs, wijkagent, netwerk, jeugdigenwerk in relatie tot de “peer group”.

Zorgzwaartetrap: Hulp moet stapsgewijs worden aangeboden, oplopend van preventieve ondersteuning tot intensieve en residentiële zorg, waarbij een verklarende analyse helpt om keuzes en afwegingen inzichtelijk te maken voor zowel gezin als verwijzers.Een verklarende analyse moet een voorwaarde zijn vóór een uithuisplaatsing van een jeugdige.

Codes en tarieven: Duidelijk moet zijn welke code past bij welke zorgvraag. Daar hoort ook bij hoeveel inzet (tijd) een gezin daadwerkelijk kan verwachten. De tarieven, zoals die nu door het regionale servicebureau worden vermeld zouden in eenzelfde eenheid moeten worden vermeld. Bijvoorbeeld: per behandelingsduur van 3 maanden.

Overzicht van plaatsingsmogelijkheden: Er moet een duidelijk overzicht beschikbaar zijn voor verwijzers (zoals huisartsen en lokale teams), waarin doelgroepen, continuïteit, methodieken, cliënttevredenheid en wachtlijsten worden vermeld. Dit is vooral van belang wanneer het centraal ingekochte aanbod niet goed aansluit op de hulpvraag. Daarnaast is het essentieel om gericht te onderzoeken welke behoefte er in de regio bestaat aan (naschoolse) dagbehandeling.

5.   Zorg dichtbij de leefwereld van het gezin: Jeugdhulp moet zoveel mogelijk dichtbij de leefomgeving van het gezin worden georganiseerd. Dit vermindert de noodzaak voor jeugdhulpvervoer en vergroot de betrokkenheid van het sociale netwerk. Een zorgvuldige analyse aan de voorkant helpt om onnodige doorverwijzingen te voorkomen en zorgt voor passende ondersteuning. Continuïteit van zorg is daarbij essentieel: jeugdigen en gezinnen die al hulp ontvangen, moeten niet telkens te maken krijgen met wisselende hulpverleners.

Opmerking t.a.v. beperken van de zorgaanbieders: Bij de selectie van zorgaanbieders moeten kwaliteit en zorgvraag leidend zijn, naast de wens om meer grip en zicht te krijgen op het aanbod in de regio. Kleinere aanbieders kunnen soms flexibeler en doelgerichter werken. Wij adviseren om hier bij de regionale inkoop oog voor te houden, zodat de ingekochte jeugdzorg aansluit op de daadwerkelijke behoeften van jeugdigen en gezinnen.

6. Uniformiteit in taal, systemen en werkwijze: Wij zien kansen in het uniformeren van taalgebruik, systemen en werkwijzen binnen de jeugdhulp. De veelheid aan registratiesystemen, diagnostische modellen en leerlingvolgsystemen maakt het proces complex. Systemen moeten de toegang tot passende hulp versnellen in plaats van vertragen.

Hoe gemeenten de jeugdhulp lokaal organiseren, bepaalt direct het regionale aanbod. Een sterke sociale basis en preventie zijn essentieel om kosten te beheersen. Wanneer bestaanszekerheid onder druk staat, nemen hulpvragen toe. Investeren in vroegsignalering voorkomt escalatie van problemen. Dit betekent dat lichte hulp in een vroeg stadium beschikbaar moet zijn.

Gemeenten moeten de regie behouden over preventie, ook als de uitvoering bij scholen en andere samenwerkingspartners ligt. Daarnaast moeten zij waarborgen dat lichte hulp toegankelijk blijft om zwaardere, langdurige zorg te voorkomen. Beslissingen over het toekennen of afwijzen van lichte hulp moeten transparant en toetsbaar zijn.

7. Transparantie in planning en evaluatie: Wij adviseren de regionale samenwerking om een visuele planning op te stellen met cruciale mijlpalen. Hierin moet duidelijk staan wanneer gemeenten gezamenlijk beleid vaststellen, wanneer adviesraden worden geïnformeerd en feedback kunnen geven, en hoe de politieke besluitvorming hierin past. Dit helpt adviesraden om tijdig input te leveren en hun rol effectief te vervullen.

8. Evaluatie van de zorginkoop: Vooraf moeten duidelijke criteria voor zorginkoop worden vastgesteld, denk aan een gezinsgerichte benadering, liefdevolle jeugdzorg, gebruik van effectieve interventies (NJI), een gedegen analyse, behoud van relaties (onderwijs, netwerk) en wachtlijstondersteuning. Op basis van deze criteria moet de zorginkoop worden geëvalueerd: Zijn de geformuleerde ambities en speerpunten daadwerkelijk gerealiseerd? Wij stellen voor dat aanbieders verplicht worden om jeugdigen en gezinnen structureel te betrekken bij hun plannen. Dit vergroot de kans dat de nieuwe inrichting beter aansluit bij de behoeften van de doelgroep.

Met vriendelijke groet,

namens de Adviesraad Sociaal Domein Pijnacker-Nootdorp

Piet van Adrichem
Voorzitter

Gemeente Pijnacker-Nootdorp, mevr. I. Sterkenburg

Adviesraad Sociaal Domein
Postbus 1
2640 AA Pijnacker

onderwerp: Reactie college op advies ASD interventieplan kostenbeheersing en innovatie sociaal domein 2025-2028
nadere informatie: Wijnand Kort
verzenddatum
zaaknummer 1570323
briefnummer 1430970
uw brief van: ​26 maart 2025
uw kenmerk

Geachte heer Van Adrichem,

Op 26 maart jl. hebben wij uw advies ontvangen over het interventieplan kostenbeheersing en innovatie
sociaal domein 2025-2028. Wij willen u hartelijk bedanken voor het uitbrengen van dit advies. U heeft in
korte tijd met grote zorgvuldigheid dit advies uitgebracht en wij zijn verheugd dat u instemt met een
groot aantal van de voorgelegde maatregelen. In deze reactie zullen wij gericht ingaan op de
maatregelen waar u nog vragen of kanttekeningen bij heeft.

Het interventieplan is inderdaad primair gericht op kostenbeheersing, gezien de urgente noodzaak om
de stijgende kosten binnen het sociaal domein te beheersen. Naast stijgende kosten moeten wij ook de
schaarse hulp- en zorgverleners goed verdelen. Innovatie is echter een integraal onderdeel van het plan
én van de visie op het sociaal domein, zoals blijkt uit maatregelen zoals Krachtig Ouder Worden,
collectieve en contextgerichte inzet op scholen, het Jongeren Perspectief Fonds en onze inzet bij
zorgwekkende verzuimers.

Wmo

Maatregel 1: Budgetplafond hulp bij het huishouden in combinatie met een wachtlijst
Uw advies: Dit is een maatregel die in strijd is met de wet. Dat lijkt ons onverstandig. Eventuele kosten
voortkomend uit rechtszaken kunnen hoog zijn en de gemeente positioneert zich hiermee als
onbetrouwbare overheidspartij. Daarom adviseren we deze maatregel niet in het plan op te nemen.
Onze reactie: Wij gaan mee in uw advies en zullen deze maatregel schrappen.

Maatregel 2: Inwoners actief waarschuwen voor het inkomensafhankelijke abonnementstarief
Uw advies: Het is een goed idee mensen actief te waarschuwen. Wel is het belangrijk daarbij rekening te
houden met een toeloop van aanvragen zolang het inkomensafhankelijke abonnement nog niet is
doorgevoerd. De vraag is dan ook of dit uiteindelijk leidt tot besparing voor de gemeente.

Onze reactie: Het waarschuwen van inwoners is een preventieve maatregel om hen bewust te maken
van toekomstige kosten. Dit kan inderdaad leiden tot een toeloop van aanvragen. De verwachting is dat
het abonnementstarief per 1-1-2027 ingaat.

Maatregel 3: Hulp bij huishouden slimmer inkopen
Uw advies: Hoewel de besparing beperkt is, is het zeker een goede maatregel om door te voeren. Hier zien we wel een risico voor de meest kwetsbare inwoners die niet goed uitkomen met het ingekochte aanbod. Hoe stuurt de gemeente op kwaliteit met een beperkt aantal aanbieders?
Onze reactie:
Het vertrekpunt van deze maatregel is niet om met een minder aantal aanbieders van huishoudelijke
hulp te komen. Het aanbod blijven wij goed monitoren. Ook voor de meest kwetsbare inwoners.

Maatregel 4: Werken met ambulant team volwassenen/Wmo
Uw advies:
Het voordeel van een dergelijk team is helder. Het roept wel de vraag op hoe de gemeente de
onafhankelijkheid bewaakt. Ook in dit geval is het belangrijk te expliciteren hoe voldoende ruimte voor
onafhankelijke en kwalitatief goede dienstverlening wordt geborgd.
Onze reactie:
Binnen het kernteam hebben wij veel ervaring met het werken met een ambulant team, ook met
volwassenen. Voorbeelden hiervan zijn ondersteuning met algemeen maatschappelijk werk, de inzet
van bemoeizorg en ondersteuning van inwoners die uitstromen uit regionale maatschappelijke
voorzieningen. Ook de praktijkondersteuners jeugd zijn hier een voorbeeld van. Wij bieden een passend
aanbod voor de inwoners én boeken hiermee goede resultaten. Tegelijkertijd is er voor inwoners een
alternatief aanbod beschikbaar, indien gewenst.

Maatregel 5: Krachtig Ouder Worden als voorliggende voorziening (powerfull ageing)
Uw advies:
We adviseren de gemeente om juist voordat mensen een beroep doen op de Wmo in te zetten op het
stimuleren van krachtig ouder worden. Bijvoorbeeld door een campagne om mensen te helpen zelf
actief te blijven. Als iemand vervolgens een beroep doet op de Wmo kan het aanbod om de
zelfredzaamheid te vergroten een goed aanbod zijn. Het zal echter niet voor alle doelgroepen werken.
Bovendien is de ASD van mening dat het altijd een vrije keuze moet zijn van het aanbod gebruik te
maken en dat het niet dwingend opgelegd mag worden. Het advies van de ASD is vooral bij gemeenten
te gaan kijken die hier al ervaring mee hebben, hoe zij het hebben ingericht en wat daar de ervaringen
zijn. Met betrekking tot de beoordeling wijzen we op het belang dit neer te leggen bij een
onafhankelijke beoordelaar om een perverse prikkel te voorkomen. In de omschrijving staat verder dat
er in geval van een beweegaanbod geen individuele maatregel wordt toegekend. Meer regie nemen
over je eigen gezondheid en normaliseren past bij het gemeentelijk beleid. Tegelijkertijd is de ASD
kritisch over het niet toekennen van een individuele maatregel. Het advies is dit aan te passen in het
heroverwegen van een individuele maatregel, passend bij wat de inwoner zelf (weer) kan. Verder is er
ingezet op een flink kostenbeheersingsdoel. We twijfelen of deze beoogde bezuiniging met de
maatregel behaald zal worden.
Onze reactie:
De maatregel krachtig ouder worden is een maatregel die past bijt het gedachtengoed van de visie op
het sociaal domein en ons gezondheidsbeleid. De gemeente zet volop in op preventie om ouderen
vitaal, gezond en actief te houden. Denk hierbij aan het programma sociaal vitaal, valpreventie en vele
andere welzijnsactiviteiten. Een ander voorbeeld is ook het brede palet aan vrijwilligersondersteuning
aan doelgroepen. Wij bieden als gemeente randvoorwaarden aan inwoners om zo lang mogelijk
zelfstandig te blijven. Inzet hierbij is ook om de toeloop op schaarse- en steeds schaarser wordende-
maatwerkvoorzieningen af te remmen. De maatregel krachtig ouder worden ligt volledig in deze lijn.

Krachtig ouder worden is een voorliggende voorziening voor inwoners die aanspraak willen maken op
hulp bij het huishouden en andere hulpmiddelen zoals een traplift. Het resultaat van dit programma is
hogere zelfredzaamheid van inwoners die hebben deelgenomen. Met behulp van krachtig ouder
worden, vinden inwoners hun eigen fitheid terug.
Vertrekpunt van de uitvoering is dat krachtig ouder worden niet voor elke inwoner een passende
voorziening is. De gemeente doet zelf een eerste toets aan de hand van een afwegingskader. Niet elke
inwoner die om de voorziening hulp bij het huishouden vraagt, wordt naar dit programma verwezen. Na
deze eerste toets voert de uitvoerende organisatie die powerful ageing aanbiedt een intake uit.
Bij het ontwikkelen van deze maatregel hebben wij contact gehad met andere gemeenten, zoals de
gemeente Zoetermeer. Wij zullen alle ervaringen van de andere gemeenten meenemen bij het
uitvoeren van deze maatregel. Het bezuinigingsdoel is gebaseerd op ervaringscijfers van aanbieders. We
hebben deze prognose conservatief benaderd.

Maatregel 6: afspraken met woningcorporaties over (voorkomen van) woningaanpassingen
Uw advies:
Het lijkt ons goed om hier afspraken over te maken. Daarbij adviseren we de gemeente zoveel mogelijk
te voorkomen dat ouderen uit hun vertrouwde buurt weg moeten. Juist nu we proberen meer
‘noaberschap’ ‘naar elkaar omzien’ in de wijken/buurten te realiseren, is het belangrijk dat men in de
oude, vertrouwde omgeving kan blijven.
Onze reactie:
Uw pleidooi voor ‘noaberschap’ onderschrijven wij volledig. Bij de realisatie van deze maatregel, denken
wij vooral aan het optimaliseren van het proces van een woningaanpassing en een reële/ betere
verdeling van kosten tussen woningbouwcorporaties en de gemeente.

Maatregel 8: Kostendekkende leges vragen voor een gehandicapten parkeerkaart
Uw advies:
Een gehandicaptenparkeerkaart wordt vaak aangevraagd door inwoners die te maken hebben met een
stapeling van zorgkosten. De argumenten die destijds golden om een eigen bijdrage af te schaffen, zijn
ook vandaag de dag nog steeds van kracht. Mocht hier toch iets van een bijdrage wenselijk zijn, dan is
het advies deze bijdrage beperkt te houden. Bijvoorbeeld alleen het bedrag van medische keuring door
de inwoner te laten betalen. Door anders om te gaan met herhaal aanvragen en deze bij chronische of
progressieve aandoeningen automatisch te verstrekken, zou nog op arbeidskosten bespaard kunnen
worden.
Onze reactie:
Wij hebben uw suggestie om alleen het bedrag van de eerste medische keuring door de inwoner te
laten betalen overgenomen in het door het college gekozen scenario.

Jeugd

Maatregel 1: Inzet Basis GGZ qua uren en inhoudelijk afkaderen
Uw advies:
De ASD ziet hierin een juridisch risico omdat het vanuit een ander wettelijk kader speelt. Inhoudelijk is
het een prima maatregel, maar het roept de vraag op of het juridisch voldoende is uitgezocht.
Onze reactie:
We merken dat de formulering van de maatregel in het format verwarring oproept en wijzigen deze
formulering om die reden.
Hieronder ziet u de nieuwe tekst:

De gemeente biedt haar inwoners de mogelijkheid om GGZ-trajecten te volgen. Dit kunnen ‘basis’ GGZ-
trajecten zijn of specialistischere trajecten, ook wel ‘S-GGZ’ genoemd.
In het licht van de kostenbeheersing willen wij de diensten die onder de basis-GGZ vallen een scherper
afgekaderde omschrijving geven. Hoeveel uur kan maximaal onder basis-GGZ geboden worden, welke
interventies vallen onder deze dienst. Hoe gaan we om met verlenging en met opschalen naar
specialistische-GGZ? Dat soort vragen willen we vastleggen in een helder kader dat past binnen de
jeugdwet en de bestaande regelgeving en de contractuele afspraken. De afspraken in dit kader gaan we
communiceren met de dienstverleners en strikt naleven.
De lokale ontwikkeling van deze maatregel en de regionale inspanning op dit gebied lopen hierbij
gelijktijdig.

Maatregel 2: Inzet rond echtscheidingsproblematiek
Uw advies:
Wij adviseren hier met klem ruimhartig om te gaan met toepassing van de hardheidsclausule zodat
ruimte is door te gaan waar dat nodig is. En alleen te betalen voor wat gebruikt wordt.
Onze reactie:
Vertrekpunt voor de vraag van een inwoner is altijd passende ondersteuning. De maatregel is met name
gericht op teveel gebruik van zorgcodes in de jeugdhulp door dienstverleners.
De vraag blijft leidend, als er meer zorg nodig is , kan er altijd extra zorg worden ingezet binnen het
bestaande aanbod. Het lijkt ons daarom niet aannemelijk dat het nodig is om hiervoor een
hardheidsclausule in te zetten. In uitzonderlijke gevallen blijft dit mogelijk.

Maatregel 3: Sturen op minder inzet producten/zorg met WO en HBO jeugdzorg
Uw advies:
Het is goed om niet te hoog in te zetten bij het toewijzen van hulpverlening. Daarbij is zorg op mbo
niveau wel schaars. Mocht de capaciteit daarvan bij uitvoerders niet toereikend zijn, dan mag het niet zo
zijn dat jeugdigen hiervan de dupe worden.
Onze reactie:
Onze ervaring is dat de zorg op MBO niveau goed beschikbaar is. Het ambulante team in het kernteam
kan hierin ook nog voorzien. De maatregel richt zich specifiek op aanbieders om upcoding te beperken.
Dat wil zeggen: een duurder product inzetten dan nodig voor de vraag van de inwoner. Of een product
met een langer looptijd dan nodig.
Uiteraard houden wij in de gaten dat de capaciteit bij de aanbieders toereikend is en dat de jeugdigen
hier niet de dupe van worden.

Maatregel 4: Minimaliseren overbruggingszorg
Uw advies:
De ASD vindt het goed dit na te streven. Er zit wel een risico aan vast dat de druk op mantelzorgers
toeneemt. Dat roept de vraag op of je zo het probleem niet verschuift. Daarnaast benoemt men vanuit
SkippyPepijn, de grootste kinderopvangorganisatie van onze gemeente, zorgen over de ontwikkeling van
de groep kinderen die op een wachtlijst komen te staan. Vanuit de kinderopvang wordt zo lang als
mogelijk gezocht naar manieren om kinderen met (zware) problematiek in de reguliere opvang te
houden. Maar deze kinderen hebben iets anders nodig dan de reguliere opvang kan bieden. Als de
opvang niet in het belang van het kind is of als het niet haalbaar is voor de groep, wordt deze gestopt.
Door de lange wachtlijsten worden ouders in zo’n geval gedwongen te stoppen met werken om hun
kind op te vangen en treedt vertraging op in de ontwikkeling van het kind. In dat geval is overbruggingszorg geen luxe maar een noodzaak. Daarbij wijzen we ook op het advies vanuit de regionale adviesraden over de regiovisie jeugdhulp Haaglanden, waarin geadviseerd wordt in geval van wachtlijsten passende ndersteuning te bieden aan jeugdigen en hun gezinnen. We roepen de gemeente op in actie te komen als de nood hoog is. In dit geval is maatwerk noodzakelijk. Als maatregel 4 wordt uitgevoerd, adviseert de ASD goed te monitoren wat het effect is op de wachttijden en op andere ongewenste effecten. Verder is het raadzaam te kijken welke mogelijkheden er zijn om in eerste instantie hulp te bieden zolang geen professionele hulp is gestart. Bijvoorbeeld zoals gebeurt met de wachtverzachter.

Onze reactie:
Wij zijn verheugd te horen dat de ASD de gedachtegang deelt om overbruggingszorg te minimaliseren.
Daarbij houden wij rekening met kinderen en ouders die zich in een kwetsbare situatie bevinden. Met
name de doelgroep die u noemt, die niet binnen de reguliere opvang meer terecht kunnen bij Skippy
Pepijn is zo’n doelgroep. Het gaat om hele jonge kinderen (0-4 jarigen), waar het langer dan 3 maanden
wachten op hulp regionaal wordt gezien als schadelijk wachten. Hier gaan we niet minimaliseren van
overbruggingshulp. Het inzetten van overbruggingshulp is hier, zoals u terecht aangeeft, noodzakelijk.
Bij het minimaliseren van overbruggingshulp richten we ons op Jeugd-GGZ.

Maatregel 6: Onderzoeken mogelijkheden voorkeursaanbieders en een maximum budgetplafond per
aanbieder.
Uw advies:
Hoewel de ASD zich in deze maatregel kan vinden, is er een klein risico dat minder keuzevrijheid leidt
tot gedwongen winkelnering. Ook is er een risico op onder prestatie. Hoe zorgt de gemeente dat de
negatieve prikkel uit blijft en dat het aanbod passend is en de kwaliteit goed blijft?
Onze reactie:
Deze maatregel richt zich op het prikkelen van de prestaties van aanbieders. Het gaat daarbij met name
om de resultaten voor de inwoners en de duur van de ondersteuning.
Wij voorzien geen beperking van aantal aanbieders.

Maatregel 8: Collectieve en context gerichte inzet op scholen.
Uw advies:
De insteek van deze maatregel is zeker goed. De ASD adviseert de gemeente te bewaken dat het
benodigde maatwerk geleverd wordt. En goed in beeld te brengen wat de gevaren zijn en welke
mogelijkheden er zijn om bij te sturen.
Onze reactie:
Bij de uitvoering van deze maatregel blijft de regie van het kernteam op alle inwoners/casuïstiek ons
uitgangspunt. Hiermee houden wij een goed beeld op de inzet van de meest passende zorg.

Maatregel 9: zorgwekkende verzuimers.
Uw advies:
Een prima maatregel. Wel adviseert de ASD om het perspectief van de betrokken leerlingen in het oog
te houden zodat ze wel een uitdagende invulling krijgen die past bij hun niveau.
Onze reactie:
De werkwijze bij zorgwekkende verzuimers is natuurlijk maatwerk, die volledig aansluit op de complexe
casuïstiek. De kern van deze maatregel, zit precies in het vinden van de juiste activiteiten om het
functioneren van deze leerlingen weer op gang te brengen.

Participatie

Algemeen

Uw advies:
Door een veranderende samenstelling van de bevolking is het belangrijk dat de gemeente blijft
investeren op het (terug) begeleiden van mensen naar de arbeidsmarkt.
Onze reactie:
Wij zullen blijven inzetten op het begeleiden van mensen naar de arbeidsmarkt.

Maatregel 2: ondertussengroep van statushouders.
Uw advies:
Goed dat er aandacht is voor deze groep die tussen wal en schip is geraakt. Wel ziet de ASD een risico in
de investering van 2 ton om 40.000 euro te besparen. Kijkend naar de geringe groepsgrootte en de
investering wordt hier wel een groot risico genomen voor een relatief geringe opbrengst die mogelijk
niet behaald wordt.
Onze reactie:
Vanuit maatschappelijk oogpunt besteden wij aandacht én investeren in een groep die, in sommige
gevallen, soms ook door bijzondere omstandigheden zoals het niet voldoende beheersen van de
Nederlandse taal, moeilijker tot duurzame participatie te brengen is. Deze groep willen wij in beweging
brengen en aan werk te helpen. Het alternatief is niets doen, waarbij deze groepafhankelijk blijft van
een uitkering en niet naar vermogen participeert. Wij anticiperen hierbij op het door uw genoemde
risico.

Maatregel 3: bijzondere bijstand-maatschappelijk verkeer.
Uw advies:
In lijn met het recente advies van de ASD om bijzondere bijstand te indexeren, adviseren we de
gemeente deze maatregel te schrappen. Het is niet in lijn met eerdere beleidsvoornemens om mensen
te stimuleren mee te doen. Als mensen niet mee kunnen doen in de maatschappij brengt dat uiteindelijk
maatschappelijke kosten met zich mee. Bovendien missen we een impactanalyse op basis waarvan een
weloverwogen besluit kan worden genomen.
Onze reactie:
Naar aanleiding van uw advies zullen wij deze maatregel schrappen.

Maatregel 4: Verlagen van individuele inkomenstoeslag.
Uw advies:
Deze toeslag is bedoeld voor inwoners die langdurig op een zeer laag inkomensniveau zitten. Met het
verlagen van de inkomenstoeslag is het risico groot dat mensen die ook negatieve effecten hebben van
andere maatregelen in financiële problemen komen, bijvoorbeeld op het moment dat ze voor
onvoorziene uitgaven komen te staan. Als de gemeente besluit over te gaan tot een benchmark dan
adviseert de ASD dit te doen met vergelijkbare gemeenten, zoals Lansingerland.
Onze reactie:
De nieuwe bedragen die wij binnen deze maatregel voorstellen komen niet alleen overeen meer in lijn
met de gemeente Den Haag en de gemeente Rotterdam, maar juist ook goed overeen met de hoogte
van de bedragen van de gemeente Lansingerland.

Een individuele inkomenstoeslag bedraagt op dit moment per kalenderjaar voor onze gemeente:
a. € 497,- voor een alleenstaande;
b. € 635,- voor een alleenstaande ouder;
c. € 707,- voor gehuwden.
Er wordt voorgesteld om de normbedragen met 100 euro te verlagen:
a. € 397,- voor een alleenstaande;
b. € 535,- voor een alleenstaande ouder;
c. € 607,- voor gehuwden.
Normbedragen van de gemeente Lansingerland:
a. € 402,- voor een alleenstaande;
b. € 510,- voor een alleenstaande ouder;
c. € 571,- voor gehuwden.

De ASD zullen wij goed op de hoogte houden van de voortgang van het interventieplan.
Wij gaan ervan uit u hiermee voldoende geïnformeerd te hebben.

Hoogachtend,
het college van Pijnacker-Nootdorp,

Annelies Kroeskamp
secretaris

Björn Lugthart
burgemeester

Aan het College van Burgemeester en
Wethouders Pijnacker-Nootdorp
Postbus 1
2640 AA  Pijnacker    

Pijnacker, 26 maart 2025

Betreft: advies van de Adviesraad Sociaal Domein inzake Interventieplan kostenbeheersing en
innovatie sociaal domein 2025 – 2028 gemeente Pijnacker-Nootdorp.

Geacht college,

Recent ontvingen wij uw verzoek om advies uit te brengen over bovengenoemd Interventieplan.
Tijdens de ASD vergadering van dinsdag 18 februari heeft Wijnand Kort ons geïnformeerd over dit
Interventieplan, gericht op het structureel beheersen van de stijgende kosten en het waarborgen van
de kwaliteit van de dienstverlening in het sociaal domein. Aan onze adviesraad is advies gevraagd over
het hele pakket aan maatregelen. Onderstaand vindt u ons advies dat tot stand is gekomen na
raadpleging van onze schil en we de voorgestelde maatregelen vooral getoetst hebben aan de effecten
voor de betrokken inwoners.

Algemeen

Als adviesraad hebben we begrip voor de keuze van de gemeente maatregelen te nemen om de kosten
verder te beheersen. Het voorliggende plan zien we over all als een helder en goed doordacht plan om
dit te realiseren. Daarbij is de titel van het plan ons inziens wat misleidend, daar het aspect van
innovatie niet echt naar voren komt. Het plan dat voorligt is naar ons idee een kostenbeheersingsplan.
Het uitgangspunt van geen nieuwe taken is zonder dekkende middelen een begrijpelijke, maar dit
brengt wel het gevaar met zich mee dat het college onvoldoende in kan spelen op maatschappelijke
veranderingen (of terug moet naar de raad als dit zich voor zou doen). In dat kader adviseren we dit
uitgangspunt onder voorbehoud van grote maatschappelijke ontwikkelingen op te nemen.

Wat betreft de maatregelen zien we er een aantal die, als daar niet goed op wordt gestuurd, negatieve
gevolgen kunnen hebben voor de kwaliteit van dienstverlening. In onderstaand advies per maatregel
geven we aan waar we vinden dat de gemeente zou moeten expliciteren op welke wijze gestuurd wordt
op behoud van kwaliteit. Daarbij is adequaat contract management belangrijk om als gemeente grip te
houden of daadwerkelijk die diensten worden geleverd die zijn afgesproken en die aansluiten bij de
behoefte van de inwoner.

Verder wordt opgemerkt dat de druk op mantelzorgers en vrijwilligers toeneemt, maar zien we in het
plan zelf geen maatregelen ter ondersteuning van deze groep inwoners. Ook zien we nog niet bij alle
maatregelen concrete oplossingen voor de genoemde risico’s en zijn de meeste maatregelen gericht
op situaties waarin al een zorgvraag bestaat. We adviseren de gemeente de maatregelen die genoemd
worden aan te vullen met preventieve maatregelen om het ontstaan van een zorgvraag te voorkomen
of uit te stellen.

Ten slotte willen we benadrukken dat het belangrijk is dat maatregelen proportioneel zijn. Daarbij is
het belangrijk oog te hebben voor kwetsbare inwoners die, al dan niet door het optellen van
maatregelen, onevenredig hard getroffen worden. Het is ons bekend dat de gemeente in al haar beleid
een hardheidsclausule hanteert. De ASD vraagt zich af of de kaders waarbinnen van de hardheidsclausule gebruik gemaakt kan worden helder zijn en of ambtenaren dit in de praktijk ook inzetten. Om willekeurige toepassing van de hardheidsclausule te voorkomen vragen we de gemeente expliciet in het plan op te nemen op welke wijze zij de meest kwetsbare inwoners gaat beschermen.

Advies per maatregel

Maatregelen WMO:

Maatregel 1: Budgetplafond hulp bij het huishouden in combinatie met wachtlijst
Dit is een maatregel die in strijd is met de wet. Dat lijkt ons onverstandig. Eventuele kosten
voortkomend uit rechtszaken kunnen hoog zijn en de gemeente positioneert zich hiermee als
onbetrouwbare overheidspartij. Daarom adviseren we deze maatregel niet in het plan op te
nemen.

  • Maatregel 2: Inwoners actief waarschuwen voor het inkomensafhankelijke abonnement
    Het is een goed idee mensen actief te waarschuwen. Wel is het belangrijk daarbij rekening te
    houden met een toeloop van aanvragen zolang het inkomensafhankelijke abonnement nog
    niet is doorgevoerd. De vraag is dan ook of dit uiteindelijk leidt tot besparing voor de gemeente.
  • Maatregel 3: Hulp bij huishouden slimmer inkopen
    Hoewel de besparing beperkt is, is het zeker een goede maatregel om door te voeren. Hier zien
    we wel een risico voor de meest kwetsbare inwoners die niet goed uitkomen met het
    ingekochte aanbod. Hoe stuurt de gemeente op kwaliteit met een beperkt aantal aanbieders?
  • Maatregel 4: Werken met ambulant team volwassenen/Wmo
    Het voordeel van een dergelijk team is helder. Het roept wel de vraag op hoe de gemeente de
    onafhankelijkheid bewaakt. Ook in dit geval is het belangrijk te expliciteren hoe voldoende
    ruimte voor onafhankelijke en kwalitatief goede dienstverlening wordt geborgd.
  • Maatregel 5: Krachtig Ouder Worden als voorliggende voorziening (powerfull ageing)
    We adviseren de gemeente om juist voordat mensen een beroep doen op de Wmo in te zetten
    op het stimuleren van krachtig ouder worden. Bijvoorbeeld door een campagne om mensen te
    helpen zelf actief te blijven.
    Als iemand vervolgens een beroep doet op de Wmo kan het aanbod om de zelfredzaamheid te
    vergroten een goed aanbod zijn. Het zal echter niet voor alle doelgroepen werken. Bovendien
    is de ASD van mening dat het altijd een vrije keuze moet zijn van het aanbod gebruik te maken
    en dat het niet dwingend opgelegd mag worden. Het advies van de ASD is vooral bij gemeenten
    te gaan kijken die hier al ervaring mee hebben, hoe zij het hebben ingericht en wat daar de
    ervaringen zijn.
    Met betrekking tot de beoordeling wijzen we op het belang dit neer te leggen bij een
    onafhankelijke beoordelaar om een perverse prikkel te voorkomen.
    In de omschrijving staat verder dat er in geval van een beweegaanbod geen individuele
    maatregel wordt toegekend. Meer regie nemen over je eigen gezondheid en normaliseren past
    bij het gemeentelijk beleid. Tegelijkertijd is de ASD kritisch over het niet toekennen van een
    individuele maatregel. Het advies is dit aan te passen in het heroverwegen van een individuele
    maatregel, passend bij wat de inwoner zelf (weer) kan.
    Verder is er ingezet op een flink kostenbeheersingsdoel. We twijfelen of deze beoogde
    bezuiniging met de maatregel behaald zal worden.
  • Maatregel 6: afspraken met woningcorporaties over (voorkomen van) woningaanpassingen.
    Het lijkt ons goed om hier afspraken over te maken. Daarbij adviseren we de gemeente zoveel
    mogelijk te voorkomen dat ouderen uit hun vertrouwde buurt weg moeten. Juist nu we
    proberen meer ‘noaberschap’ ‘naar elkaar omzien’ in de wijken/buurten te realiseren, is het
    belangrijk dat men in de oude, vertrouwde omgeving kan blijven.
  • Maatregel 7: Woningaanpassingen aanbesteden bij vaste aannemers
    Dit kan voordelen opleveren. Wel is het belangrijk dat de prijs marktconform blijft.
  • Maatregel 8: Kostendekkende leges vragen voor een gehandicapten parkeerkaart
    Een gehandicaptenparkeerkaart wordt vaak aangevraagd door inwoners die te maken hebben
    met een stapeling van zorgkosten. De argumenten die destijds golden om een eigen bijdrage af
    te schaffen, zijn ook vandaag de dag nog steeds van kracht. Mocht hier toch iets van een
    bijdrage wenselijk zijn, dan is het advies deze bijdrage beperkt te houden. Bijvoorbeeld alleen
    het bedrag van medische keuring door de inwoner te laten betalen. Door anders om te gaan met herhaal aanvragen en deze bij chronische of progressieve aandoeningen automatisch te verstrekken, zou nog op arbeidskosten bespaard kunnen worden.
  • Maatregel 9: Jongeren Perspektief Fonds
    De ASD staat positief tegenover deze maatregel. Andere gemeenten, zoals Den Haag, hebben
    dit ook en er zijn goede ervaringen mee.

Maatregelen Jeugd:

  • Maatregel 1: Inzet Basis GGZ qua uren en inhoudelijk afkaderen
    De ASD ziet hierin een juridisch risico omdat het vanuit een ander wettelijk kader speelt. Inhoudelijk is het een prima maatregel, maar het roept de vraag op of het juridisch voldoende is uitgezocht.
  • Maatregel 2: Inzet rond echtscheidingsproblematiek
    Wij adviseren hier met klem ruimhartig om te gaan met toepassing van de hardheidsclausule
    zodat ruimte is door te gaan waar dat nodig is. En alleen te betalen voor wat gebruikt wordt.
  • Maatregel 3: Sturen op minder inzet producten/zorg met WO en HBO jeugdzorg
    Het is goed om niet te hoog in te zetten bij het toewijzen van hulpverlening. Daarbij is zorg op
    mbo niveau wel schaars. Mocht de capaciteit daarvan bij uitvoerders niet toereikend zijn, dan
    mag het niet zo zijn dat jeugdigen hiervan de dupe worden.
  • Maatregel 4: Minimaliseren overbruggingszorg
    De ASD vindt het goed dit na te streven. Er zit wel een risico aan vast dat de druk op
    mantelzorgers toeneemt. Dat roept de vraag op of je zo het probleem niet verschuift.
    Daarnaast benoemt men vanuit SkippyPepijn, de grootste kinderopvangorganisatie van onze
    gemeente, zorgen over de ontwikkeling van de groep kinderen die op een wachtlijst komen te
    staan. Vanuit de kinderopvang wordt zo lang als mogelijk gezocht naar manieren om kinderen
    met (zware) problematiek in de reguliere opvang te houden. Maar deze kinderen hebben iets
    anders nodig dan de reguliere opvang kan bieden. Als de opvang niet in het belang van het kind
    is of als het niet haalbaar is voor de groep, wordt deze gestopt. Door de lange wachtlijsten
    worden ouders in zo’n geval gedwongen te stoppen met werken om hun kind op te vangen en
    treedt vertraging op in de ontwikkeling van het kind. In dat geval is overbruggingszorg geen luxe
    maar een noodzaak. Daarbij wijzen we ook op het advies vanuit de regionale adviesraden over
    de regiovisie jeugdhulp Haaglanden, waarin geadviseerd wordt in geval van wachtlijsten
    passende ondersteuning te bieden aan jeugdigen en hun gezinnen.
    We roepen de gemeente op in actie te komen als de nood hoog is. In dit geval is maatwerk
    noodzakelijk. Als maatregel 4 wordt uitgevoerd, adviseert de ASD goed te monitoren wat het
    effect is op de wachttijden en op andere ongewenste effecten. Verder is het raadzaam te
    kijken welke mogelijkheden er zijn om in eerste instantie hulp te bieden zolang geen
    professionele hulp is gestart. Bijvoorbeeld zoals gebeurt met de wachtverzachter.
  • Maatregel 5: Jeugdhulp vanuit de regio ‘Gezamenlijk toezicht’
    Dit lijkt ons een prima maatregel om door te voeren.
  • Maatregel 6: Onderzoeken mogelijkheden voorkeursaanbieders en een maximum
    budgetplafond per aanbieder
    Hoewel de ASD zich in deze maatregel kan vinden, is er een klein risico dat minder
    keuzevrijheid leidt tot gedwongen winkelnering. Ook is er een risico op onder prestatie. Hoe
    zorgt de gemeente dat de negatieve prikkel uit blijft en dat het aanbod passend is en de
    kwaliteit goed blijft?
  • Maatregel 7: vergoeding specialistische BSO beperken tot kosten bovenop reguliere BSO
    Dit lijkt ons een goede maatregel om door te voeren.
  • Maatregel 8: Collectieve en context gerichte inzet op scholen
    De insteek van deze maatregel is zeker goed. De ASD adviseert de gemeente te bewaken dat
    het benodigde maatwerk geleverd wordt. En goed in beeld te brengen wat de gevaren zijn en
    welke mogelijkheden er zijn om bij te sturen.
  • Maatregel 9: zorgwekkende verzuimers
    Een prima maatregel. Wel adviseert de ASD om het perspectief van de betrokken leerlingen in
    het oog te houden zodat ze wel een uitdagende invulling krijgen die past bij hun niveau.

Maatregelen Participatie

  • Algemeen
    Door een veranderende samenstelling van de bevolking is het belangrijk dat de gemeente blijft investeren op het (terug) begeleiden van mensen naar de arbeidsmarkt.
  • Maatregel 1: Praktijkleren en praktijkervaring
    De ASD vindt dit een positieve maatregel voor zowel gemeente als betrokkenen
  • Maatregel 2: ondertussengroep van statushouders
    Goed dat er aandacht is voor deze groep die tussen wal en schip is geraakt. Wel ziet de ASD
    een risico in de investering van 2 ton om 40.000 euro te besparen. Kijkend naar de geringe
    groepsgrootte en de investering wordt hier wel een groot risico genomen voor een relatief
    geringe opbrengst die mogelijk niet behaald wordt.
  • Maatregel 3: bijzondere bijstand-maatschappelijk verkeer
    In lijn met het recente advies van de ASD om bijzondere bijstand te indexeren, adviseren we de
    gemeente deze maatregel te schrappen. Het is niet in lijn met eerdere beleidsvoornemens om
    mensen te stimuleren mee te doen. Als mensen niet mee kunnen doen in de maatschappij
    brengt dat uiteindelijk maatschappelijke kosten met zich mee.
    Bovendien missen we een impactanalyse op basis waarvan een weloverwogen besluit kan
    worden genomen.
  • Maatregel 4: Verlagen van individuele inkomenstoeslag
    Deze toeslag is bedoeld voor inwoners die langdurig op een zeer laag inkomensniveau zitten.
    Met het verlagen van de inkomenstoeslag is het risico groot dat mensen die ook negatieve
    effecten hebben van andere maatregelen in financiële problemen komen, bijvoorbeeld op het
    moment dat ze voor onvoorziene uitgaven komen te staan.
    Als de gemeente besluit over te gaan tot een benchmark dan adviseert de ASD dit te doen met
    vergelijkbare gemeenten, zoals Lansingerland.
  • Maatregel 5: loonkostensubsidie en maatregel 6: onderzoeken plaatsingsbeleid voor sociale
    huurwoningen
    Dit lijken ons prima maatregelen om door te voeren.

Tot slot juichen we toe dat de gemeente de samenwerking zoekt met andere gemeenten. Naast het
onderlinge leereffect kan samenwerking schaalvoordeel opleveren en zorgt het voor een sterkere
onderhandelingspositie richting andere partijen, zoals leveranciers van diensten.

Met vriendelijke groet,

namens de Adviesraad Sociaal Domein Pijnacker-Nootdorp
Piet van Adrichem
voorzitter

c.c.   Gemeente Pijnacker-Nootdorp, de heer W. Kort

Aan het College van Burgemeester en
Wethouders Pijnacker-Nootdorp
Postbus 1
2640 AA  Pijnacker    

Pijnacker, 4 december 2024

Betreft: aanvullende vragen beleidsregels bijzondere bijstand gemeente Pijnacker-Nootdorp 2024.

Geacht college,

Op 27 juni bracht de ASD een advies uit over de beleidsregels bijzondere bijstand. Kort daarop ontvingen wij uw reactie, brief nr. 11373524. Die reactie hebben wij besproken en dat heeft geleid tot deze brief, waarin we nogmaals uw aandacht vragen voor ons advies ten aanzien van artikel 16 in de beleidsregels: Kosten van deelname aan het maatschappelijk verkeer.

De Adviesraad heeft daarover in het advies van 27 juni het volgende opgemerkt en geadviseerd:

Artikel 16. Kosten van deelname aan het maatschappelijk verkeer

Het verbaast de ASD dat bij deze update van de beleidsregels de bijdrage voor deelname aan het maatschappelijk verkeer niet is verhoogd en zelfs niet is geïndexeerd. Waar in het beleid binnen het sociaal domein juist wordt ingezet op ‘meedoen’, levert een bedrag van deze omvang daar in ieder geval geen bijdrage aan. De opsomming van mogelijkheden suggereert veel, zeker met de toevoeging ‘onder andere’ maar de aanvrager kan in veel gevallen niet eens één keuze uit de bijdrage betalen. Ter illustratie: De contributie van een sportvereniging voor een volwassene bedraagt meer dan

€ 300,00, een abonnement op een krant € 400,00. Samengevat, wanneer iemand wil sporten, een krant lezen en ook nog lid is van bijvoorbeeld een koor of andere vereniging, dan is de bijdrage van maximaal € 150,00 niet echt de stimulans om dat mogelijk te maken. Natuurlijk bestaat ook de mogelijkheid voor volwassenen met een inkomen tot 130 % van het sociaal minimum om een bijdrage aan te vragen uit het Volwassenenfonds Sport en Cultuur, maar dat kent wel de beperking dat alleen voor sport óf cultuur kan worden gekozen.

De ASD adviseert u om in artikel 16 de bijdrage tenminste te indexeren en, als u echt deelname aan het maatschappelijk verkeer wilt stimuleren, de bijdrage te verhogen.

In reactie daarop ontvingen wij van uw College het volgende antwoord:

Artikel 16. Kosten van deelname aan het maatschappelijk verkeer

Het klopt dat de bijdrage voor de deelname aan het maatschappelijk verkeer niet is geïndexeerd. Wel is er, zoals u zelf ook al noemt, in 2023 een mogelijkheid bijgekomen om een vergoeding voor maatschappelijke activiteiten aan te vragen: het Volwassenenfonds Sport & adres Oranjeplein 1, 2641 EZ Pijnacker post Postbus 1, 2640 AA Pijnacker telefoon 14 015 e-mail info@pijnacker-nootdorp.nl internet www.pijnacker-nootdorp.nl pagina 2/3 Cultuur. Het budget bijzondere bijstand is helaas niet toereikend om daarnaast ook nog de bijdrage voor deelname aan het maatschappelijk verkeer te verhogen. We willen verder benadrukken dat deze regeling bedoeld is als bijdrage in de kosten en niet als volledige vergoeding. We nemen daarom uw advies niet over om de bijdrage te indexeren.

Dit antwoord heeft ons verbaasd. Eerlijk gezegd verwachtten we een positieve reactie.

Met name de argumentatie vonden we teleurstellend. In feite werd niet inhoudelijk ingegaan op onze argumenten, maar bleef de onderbouwing beperkt tot de opmerking dat het budget bijzondere bijstand niet toereikend is om de bijdrage te verhogen.

Wij begrijpen dat budget nodig is om extra financiële ondersteuning mogelijk te maken en kunnen ons voorstellen, dat u om die redenen afziet van het advies om de bijdrage echt te verhogen. Maar afzien van indexering, als het beleid gericht op ‘meedoen’ niet gewijzigd is en er heel breed sprake is van forse prijsverhogingen in de voorbije jaren, dat kunnen we niet begrijpen.

U verwijst in uw antwoord ook naar het Volwassenenfonds Sport en Cultuur. In het jaarverslag Participatie 2023 lazen we dat daar in 2023 door 36 personen een beroep op is gedaan. In onze ogen een beperkte groep, ook als we in aanmerking nemen dat dit het eerste jaar van deze regeling betreft.

Het totaal overziend roept dat bij ons de volgende vragen op:

  • De ASD is benieuwd hoeveel cliënten een beroep doen op de financiële ondersteuning voor deelname aan het maatschappelijk verkeer vallend onder de bijzondere bijstand?
  • Is bekend voor welke activiteiten, abonnementen e.d. de aanvragen worden gedaan?
  • Is er sprake van terugkoppeling over de besteding en is bekend hoe de bijdrage wordt gewaardeerd door de cliënten?
  • Is er sprake van een toe- of afname van het aantal aanvragende cliënten?
  • Welk bedrag is door de gemeente in 2023 in totaal toegekend voor aanvragen deelname aan het maatschappelijk verkeer?
  • Kunt u onderbouwen in hoeverre indexeren van dit bedrag niet mogelijk is binnen het beschikbare budget bijzondere bijstand?

De antwoorden op deze vragen zijn voor ons van belang om te kunnen bepalen of we hier toch ook nog aandacht voor willen vragen bij de gemeenteraad.

Als er veel gebruik gemaakt wordt van de regeling, is het in onze ogen belangrijk dat de regeling aantrekkelijk blijft en ‘meedoen’ blijvend wordt gestimuleerd.

Met vriendelijke groet,

namens de Adviesraad Sociaal Domein Pijnacker-Nootdorp
Piet van Adrichem
voorzitter

c.c.   Gemeente Pijnacker-Nootdorp, mevrouw L. Hoogen Stoevenbeld

Aan het College van Burgemeester en
Wethouders Pijnacker-Nootdorp
Postbus 1
2640 AA  Pijnacker    

Pijnacker, 6 november 2024

Betreft: Advies van de Adviesraad Sociaal Domein inzake het opstellen van een Lokale Inclusie Agenda (LIA) voor de gemeente Pijnacker-Nootdorp

Geacht college,

Onlangs kregen wij het verzoek advies uit te brengen voor het opstellen van een Lokale Inclusie Agenda (LIA) voor de gemeente Pijnacker-Nootdorp. Tijdens onze studiedag op 23 oktober jl. hebben wij het onderwerp inclusie en diversiteit nader verkend en vervolgens onderstaand advies opgesteld.

Algemeen

Als adviesraad onderstrepen wij het belang van een inclusieve gemeente. Een inclusieve samenleving is essentieel voor de sociale cohesie en het welzijn van inwoners. Een LIA kan helpen om het bewustzijn van (onbedoelde) uitsluiting te vergroten en daarmee deelname van alle inwoners aan de samenleving te bevorderen. We juichen dan ook toe dat het college heeft besloten een LIA op te stellen om te streven in 2050 een inclusieve gemeente te zijn. Tegelijkertijd roept dit bij ons de vraag op wat de gemeente verstaat onder een inclusieve gemeente en wat zij hierin in 2050 bereikt hoopt te hebben.

Inclusie is een breed begrip waar veel thema’s onder vallen. Te denken valt aan fysieke en sociale toegankelijkheid, LHBTQI+ acceptatie, voldoende beantwoording van culturele diversiteit,  bestrijden van discriminatie, etc. Om te komen tot een LIA is het belangrijk een visie te hebben op inclusie en te analyseren waar binnen onze gemeente de prioriteiten liggen. Daarnaast is inclusie geen statisch gegeven maar iets dat mee verandert met maatschappelijke ontwikkelingen en de bevolkingssamenstelling. Tot slot is inclusie niet absoluut maar betreft het interactie tussen mensen. Daarbij helpt het als inwoners zich gehoord en gezien voelen en zich kunnen identificeren met de gemeenteambtenaar die hen te woord staat.

Advies

Onze belangrijkste aandachtspunten bij het opstellen van een LIA zijn:

  1. Analyseren huidige situatie binnen de gemeente, stel vervolgens de prioriteiten;
  2. Zorgen voor een heldere visie op dit onderdeel van het lokale gezondheidsbeleid;
  3. Zorgen voor een inclusief (personeels)beleid;
  4. Meetbaarheid: stel indicatoren op en laat ze  een vast onderdeel worden bij de bestuurlijke besluitvorming;
  5. Evalueer en stel bij;
  6. Maak gebruik van best practices en betrek stakeholders;
  7. Zorg voor geoormerkte (financiële) middelen.

Hieronder lichten we onze aandachtpunten toe:

  1. Analyseer de huidige situatie binnen onze gemeente en bepaal waar de prioriteit ligt.
    Het is belangrijk zicht te hebben op waar de grootste uitdagingen liggen als het om inclusie binnen de gemeente gaat. Door met inwoners en belanghebbenden in gesprek te gaan kunnen de grootste knelpunten die inclusie belemmeren worden geïdentificeerd en worden opgenomen als startpunt voor de inclusie agenda.
  2. Zorg voor een heldere visie op inclusie als onderdeel van het lokale gezondheidsbeleid.
    Inclusie is een belangrijke factor in de gezondheid van inwoners. Om een doelgerichte inclusie agenda op te stellen die bijdraagt aan een gezonde samenleving, is het noodzakelijk te weten wat het uiteindelijke doel is waar aanpak en resultaten aan afgemeten kunnen worden.
  3. Zorg voor een inclusief (personeels)beleid.
    Goed voorbeeld doet goed volgen en het is belangrijk dat de inwoners zich herkennen in de medewerkers die bij de gemeente werken. Door als gemeente te zorgen voor een inclusief personeelsbeleid geef je het goede voorbeeld. Bovendien zorgt diversiteit binnen het personeelsbestand ervoor dat er vanuit verschillende invalshoeken naar beleid wordt gekeken, wat de inclusiviteit van beleid bevordert.
  4. Stel indicatoren op om inclusie meetbaar te maken en zorg dat deze indicatoren een vast onderdeel worden bij bestuurlijke besluitvorming.
    Inclusie komt tot stand in een continu en iteratief proces. Om te borgen dat er concrete stappen worden gezet is het noodzakelijk om een vaste brede werkwijze te creëren. Door beleid standaard te toetsen op inclusie-indicatoren bevorder je de bewustwording en breng je het belang van een inclusieve samenleving doorlopend onder de aandacht
  5. Evalueer en stel bij.
    De samenleving is dynamisch. Daarmee is het vraagstuk van inclusie een vraagstuk dat voortdurend verandert. Door een cyclische aanpak van prioritering, evaluatie en bijstelling zorg je voor een lerende organisatie en beweegt de inclusie agenda mee met de samenleving. Als ASD worden we graag vast onderdeel van deze cyclus.
  6. Maak gebruik van best practices en betrek stakeholders.
    De rol van de gemeente als het gaat om inclusie is het vormgeven van inclusief beleid en daarmee richting geven en vervolgens handhaven. Maar de gemeente staat niet alleen als het gaat om de uitdagingen voor een inclusief beleid en het nastreven van een inclusieve samenleving. Het is belangrijk om gebruik te maken van ervaringen van vergelijkbare gemeenten en om lokale organisaties te betrekken bij het opstellen en uitvoeren van inclusie bevorderende maatregelen.

Tot slot

We realiseren ons dat een goede aanpak om inclusie te bevorderen investeringen vraagt. Door continu te werken aan inclusie stimuleer je als gemeente dat inwoners mee kunnen doen aan de samenleving. Dit heeft naast een groot welzijns- en gezondheidseffect ook een kostenbesparend effect op andere beleidsterreinen, zoals sociale zekerheid en veiligheid. Dit past ook bij het door de gemeente ingezette en lopende beleid omtrent positieve gezondheid, RIGA, Jeugdzorg, Wmo, schuldhulpverlening, opvang van vluchtelingen en andere sociale vraagstukken waar de gemeente beleid voor maakt. Belangrijk is te zorgen dat aansluitend bij het lopende beleid geoormerkte middelen worden vrijgemaakt voor inclusie, zodat inclusie een blijvend onderdeel kan worden van het Lokale Gezondheidsbeleid.

Met vriendelijke groet,

namens de Adviesraad Sociaal Domein Pijnacker-Nootdorp
Piet van Adrichem, voorzitter

Adviesraad Sociaal Domein
Postbus 1
2640 AA Pijnacker

Onderwerp: Uw advies inz. Beleidsregels vrijlating giften en SMI
Nadere informatie: L.H. Hoogen Stoevenbeld
Verzenddatum:
Zaaknummer: 1527380
Briefnummer: 1397407
Uw brief van: 30 oktober 2024
Uw kenmerk

Geachte heer Van Adrichem, geachte leden van de Adviesraad Sociaal Domein,

Hartelijk dank voor uw advies over de Beleidsregels vrijlating giften Participatiewet 2024 en de
Beleidsregels tegemoetkoming kosten kinderopvang op grond van sociaal medische indicatie 2024. We
zijn blij om te lezen dat u positief adviseert over beide beleidsregels. Hieronder gaan we in op uw
aandachtspunten per set beleidsregels.

Beleidsregels vrijlating giften

In uw advies lezen we met tevredenheid dat u vindt dat de beleidsregels bijdragen aan meer
duidelijkheid over het vrijlaten van giften, voor zowel inwoners als klantmanagers. Ook de toelichting op
de beleidsregels lijkt duidelijk te zijn overgekomen.

U stelt terecht dat er een spanningsveld blijft tussen de bereidheid van inwoners om giften te melden en hoe klantmanagers hiermee om gaan. Wij zien dit spanningsveld ook en zien deze beleidsregels als
mooie stap om dit spanningsveld te verkleinen. We zien graag dat gelijke gevallen gelijk behandeld
worden en bijzondere gevallen met maatwerk. Om dit te bereiken kunnen klantmanagers complexe
casussen bespreken tijdens een speciaal daarvoor bestemd overleg. Ook zullen deze beleidsregels na
een jaar geëvalueerd worden, om te bepalen of er meer nodig is om het vrijlaten van giften eenduidiger
te laten verlopen.

Beleidsregels tegemoetkoming kosten kinderopvang op grond van sociaal medische indicatie (SMI)

Als kanttekening bij uw positieve advies geeft u aan het belangrijk te vinden dat maatwerk mogelijk is
als er een noodzaak bestaat voor het toekennen van meer dagdelen kinderopvang. In uitzonderlijke
gevallen is maatwerk wat betreft het aantal dagdelen mogelijk op grond van de hardheidsclausule
(artikel 16).

Wij zijn het verder met u eens dat inwoners niet in de problemen mogen komen door terugvordering
van te hoge voorschotbedragen bij het opmaken van de eindafrekening. We proberen dit te voorkomen
door inwoners tijdens het aanvraagproces en bij een eventuele verlenging zowel mondeling als
schriftelijk te informeren dat ze wijzigingen in hun inkomen zo snel mogelijk bij de gemeente moeten
doorgeven. Zowel bij de eerste aanvraag als bij het verzoek tot verlenging zijn ouders/verzorgers
verplicht om een recente loonstrook en/of uitkeringsspecificatie te overleggen.

Daarnaast wordt de tegemoetkoming per maand uitbetaald, niet in één keer. Wijzigingen in het
inkomen kunnen zo nodig dus tussentijds verwerkt worden in de hoogte van de tegemoetkoming.
Tenslotte verkleint ook de beperkte duur van de regeling SMI, zes maanden met maximaal zes maanden verlenging, het risico dat een eventuele terugvordering uitgroeit tot een problematisch bedrag.

Als een terugvordering toch aan de orde is, kan de inwoner een betalingsregeling treffen met de
gemeente en het terug te vorderen bedrag in meerdere termijnen terugbetalen.

Wij hopen u hiermee voldoende te hebben geïnformeerd.

Hoogachtend,
het college van Pijnacker-Nootdorp,

Annelies Kroeskamp
secretaris

Björn Lugthart
burgemeester

Aan het College van Burgemeester en
Wethouders Pijnacker-Nootdorp
Postbus 1
2640 AA  Pijnacker    

Pijnacker, 30 oktober 2024

Betreft: advies van de Adviesraad Sociaal Domein inzake Beleidsregels giften 2024 en beleidsregels tegemoetkoming kosten kinderopvang op grond van sociaal medische indicatie 2024, gemeente Pijnacker-Nootdorp 2024.

Geacht college,

Recent ontvingen wij uw verzoek om over de hier boven genoemde beleidsregels advies uit te brengen.

Tijdens ons overleg op 23 september heeft Lauren Hoogen Stoevenbeld de beleidsregels toegelicht. Aansluitend hebben wij de verordening intern besproken op 24 september en 22 oktober, waarbij dit advies is opgesteld.

Beleidsregels vrijlating giften

De ASD adviseert positief over de beleidsregels vrijlating giften.

Goed om hier meer duidelijkheid over te geven, zowel naar de betrokken inwoners als voor de klantmanagers.

Daarbij hebben we uit de toelichting begrepen, dat:

  • Giften van liefdadigheidsinstanties niet tot de middelen van belanghebbenden worden gerekend (bv de kastjes met voedsel) en buiten beschouwing worden gelaten.
  • Wanneer de gift een specifieke bestemming heeft en verantwoord is met het oog op de bijstandsverlening, dan kán deze buiten beschouwing worden gelaten (bv een tweedehands scootmobiel).
  • Verstrekkingen in het kader van de kinderopvangtoeslagaffaire worden buiten beschouwing gelaten.

Wat de uitvoering betreft blijft er ons inziens wel een spanningsveld tussen de bereidheid van de inwoners om giften te melden en hoe de klantmanagers met meldingen omgaan. We vinden het belangrijk dat de klantmanagers voldoende ondersteund worden om in gelijksoortige gevallen dezelfde beslissingen te nemen, zodat er sprake is van duidelijk en consistent gemeentelijk beleid.

Beleidsregels tegemoetkoming kosten kinderopvang op grond van sociaal medische indicatie

De ASD adviseert positief over de tegemoetkoming kosten kinderopvang op grond van sociaal medische indicatie.

Wij kunnen ons vinden in de maximering tot 1 dagdeel, maar vinden het wel belangrijk dat maatwerk mogelijk is, wanneer er echte noodzaak voor enige uitbreiding bestaat.

De Adviesraad wil nog benadrukken dat inwoners niet in de problemen mogen komen door terugvordering van te hoge voorschotbedragen bij het opmaken van de eindafrekening.

Met vriendelijke groet,

namens de Adviesraad Sociaal Domein Pijnacker-Nootdorp
Piet van Adrichem
voorzitter

c.c.   Gemeente Pijnacker-Nootdorp, mevrouw L. Hoogen Stoevenbeld

Aan het College van Burgemeester en
Wethouders Pijnacker-Nootdorp
Postbus 1
2640 AA  Pijnacker    

Pijnacker, 24 september 2024

Betreft advies van de Adviesraad Sociaal Domein inzake Verordening jeugdhulp gemeente Pijnacker-Nootdorp 2024.

Geacht College,

Recent ontvingen wij uw verzoek om over de hier boven genoemde verordening advies uit te brengen.

Tijdens ons overleg op 27 augustus 2024 hebben Iris Sterkenburg en Sharon van Belzen de verordening toegelicht. Aansluitend hebben wij de verordening intern besproken en vervolgens dit advies opgesteld.

Voorgeschiedenis

De huidige verordening dateert uit 2020 en is tussentijds nog één keer aangepast. Actualisering nu is nodig om aan te sluiten bij jurisprudentie, uit oogpunt van kostenbesparing en de vraag vanuit de kernteams om duidelijker kaders.

Samenvatting

  • In de aanpassingen als gevolg van uitspraken van de Centrale Raad van Beroep ziet de Adviesraad een verbetering en verduidelijking.
  • De aanpassing van het tarief voor niet-professionele hulp op basis van jurisprudentie vindt de Adviesraad redelijk.
  • De concretere beschrijving van criteria waaraan vooral de kwaliteit van de hulpverlening moet voldoen is een duidelijke verbetering.
  • De Adviesraad vindt het belangrijk dat in de uitvoering bij een hulpvraag integraal gekeken wordt naar aanvrager en gezin, met een realistisch beeld van de eigen draagkracht.

Maatwerk

De ASD vindt het belangrijk dat jeugdhulp daar wordt ingezet, waar de problematiek het grootst is. Wij weten dat de gemeente al stevig heeft ingezet op preventie, normaliseren en lichte ondersteuning om daarmee zwaardere hulpvragen te voorkomen. We noemen hier het schoolmaatschappelijk werk, het wijkgericht werken samen met de scholen in de Lokaal Educatieve Agenda, het in gesprek gaan over wat we ‘normaal’ mogen vinden, het inzetten van mentoren (JIM) en het stimuleren van informele hulp uit de buurt.

Het is goed om hierbij ook uit te gaan van de eigen kracht van ouders, maar die draagkracht mag niet overschat worden.

De regelgeving is nu behoorlijk strikt (hoofdstuk 3 en 4). Dat kan een gevaar zijn, omdat veel terug te redeneren is naar gebruikelijke, dan wel bovengebruikelijke hulp. Leidend bij de beoordelende professionals moet blijven dat integraal gekeken wordt naar de situatie en dat adequate ondersteuning wordt geboden. Soms direct gericht op het kind, maar indien nodig ook gericht op onderliggende problematiek, zoals schulden- of echtscheidingsproblemen. Wij hebben vertrouwen in de kwaliteit van de kernteams om hier de juiste weg in te zoeken. Belangrijk is, dat zij voldoende ruimte houden om op basis van hun kennis en expertise de juiste keuze te maken.

In dit verband willen we u ook wijzen op raakvlakken met de doelstellingen uit het Regionaal Integraal Zorgakkoord (IZA) en de vertolking daarvan binnen Pijnacker-Nootdorp en omliggende gemeenten in het Regionaal Gezondheidsakkoord (RIGA). Kinderen die te maken krijgen met jeugdhulp behoren tot (één van) de meest kwetsbare groepen binnen onze gemeente. In dat kader wijzen we u specifiek op het voornemen om bij kwetsbare inwoners uit te gaan van een aanpak voor zowel zorg aan ouders als zorg aan kind en voldoende ruimte voor professionals om te bepalen wat de hulpvraag/behoefte is om deze binnen de domeinoverstijgende aanpak op te pakken (pagina 22 van het regioplan).

Duidelijke informatie

De Adviesraad vindt het belangrijk om inwoners met een hulpvraag goed te informeren. Naast de in artikel 3.2 genoemde cliëntondersteuning betekent dat in onze ogen ook een duidelijke handleiding en een gebruiksvriendelijk stappenplan.

In dit verband willen we u ook wijzen op de wijziging van het tarief voor niet-professionele jeugdhulp. Aangezien het hier gaat om een duidelijke lagere vergoeding is het belangrijk om bij een nieuwe indicatie de aanvrager en via deze de hulpverlener te informeren over de tariefswijziging, de onderbouwing daarvan en de overgangstermijn.

In zijn algemeenheid willen we hier ook wijzen op een goede informatievoorziening op de gemeentelijke website over voorliggende voorzieningen.

Tenslotte

Wij hebben begrepen dat de gemeenten in de regio Haaglanden elkaar informeren over onderwerpen met betrekking tot de jeugdhulp. De Adviesraad ondersteunt het voorstel vanuit de gemeente Pijnacker-Nootdorp om regulier met de andere gemeenten te overleggen over de ontwikkelingen op dit beleidsterrein.

Met vriendelijke groet,

namens de Adviesraad Sociaal Domein Pijnacker-Nootdorp
Piet van Adrichem
voorzitter

c.c.   Gemeente Pijnacker-Nootdorp, mevrouw I. Sterkenburg, mevr. S. van Belzen

Adviesraad Sociaal Domein Pijnacker-Nootdorp
t.a.v. Piet van Adrichem

Onderwerp: Uw advies over de Verordening jeugdhulp 2025
Nadere informatie: Iris Sterkenburg
Verzenddatum:
Zaaknummer: 1533440
Briefnummer: 1388937
Uw brief van: 24 september 2024

Geachte heer Van Adrichem, geachte leden van de Adviesraad Sociaal Domein,

Op dinsdag 24 september 2024 hebben wij uw advies ontvangen over de Verordening jeugdhulp 2024,
in vervolg op onze vraag van dinsdag 27 augustus 2024. Hartelijk dank voor uw advies en hierbij
onderstaand onze reactie, per tussenkopje uit uw advies. Vanwege uitstel van de planning van de
verordening i.v.m. met de asielopvang is de titel van de verordening veranderd naar Verordening
jeugdhulp 2025 en treedt deze in werking per 1 januari 2025.

Voorgeschiedenis

Wij zijn blij te lezen dat de ASD zich kan vinden in de voorgestelde wijzigingen van de Verordening
jeugdhulp 2025. Jaarlijks wordt beoordeeld of aanpassingen/wijzigingen van de huidige verordening
nodig zijn. U vindt ook dat actualisering nu nodig is vanwege aansluiting bij jurisprudentie, uit het
oogpunt van kostenbesparing en de vraag vanuit de kernteams om duidelijke kaders.

Samenvatting

Hartelijk dank voor uw positieve beoordeling over de aanpassingen die zijn doorgevoerd naar aanleiding van de uitspraken van de Centrale Raad van Beroep en dat u deze wijzigingen als een verbetering en verduidelijking ervaart. U stemt in met de aanpassing van het pgb tarief voor niet-professionele hulp op basis van jurisprudentie. Het is goed om te weten dat u deze aanpassing als redelijk beschouwt. De concretere beschrijving van de criteria voor de kwaliteit van de hulpverlening is inderdaad bedoeld om de verwachtingen te verduidelijken en de kwaliteit te waarborgen. Wij zijn blij dat u dit als een duidelijke verbetering ziet. Tot slot delen wij uw visie dat bij de uitvoering van hulpvragen integraal moet worden gekeken naar de aanvrager en het gezin, met een realistisch beeld van de eigen
draagkracht. Dit is een belangrijk uitgangspunt voor ons beleid en wij zullen hier in de praktijk zorgvuldig aandacht aan besteden.

Maatwerk

Wij delen uw visie dat jeugdhulp moet worden ingezet waar de problematiek het grootst is. Als
gemeente zetten wij in, zoals u aangeeft, op het gebied van preventie, normaliseren en lichte
ondersteuning. Deze inspanningen zijn inderdaad bedoeld om zwaardere hulpvragen te voorkomen.
Er wordt uit gegaan van de eigen kracht en zelfredzaamheid van ouders, maar wij erkennen ook dat
deze draagkracht niet overschat mag worden. Het kernteam beoordeelt of ouders toereikend genoeg
zijn en wij zullen hier in onze aanpak rekening mee blijven houden.
Wij begrijpen uw zorgen over de striktere regelgeving in hoofdstuk 3 en 4. Het is belangrijk dat
beoordelende professionals integraal naar de situatie kijken en adequate ondersteuning bieden, zowel
direct aan het kind als aan onderliggende problematiek zoals schulden of echtscheidingsproblemen. Wij hebben vertrouwen in de kwaliteit van ons kernteam en zorgen dat zij voldoende ruimte hebben om op basis van hun kennis en expertise de juiste keuzes te maken.
U wijst ons op de raakvlakken met de doelstellingen uit het Regionaal Integraal Zorgakkoord (IZA) en het Regionaal Gezondheidsakkoord (RIGA). Wij zijn ons hiervan bewust, we nemen deel aan regionale
overleggen, er is een transformatie plan opgesteld en er wordt ook een werkgroep opgesteld om zo
goed mogelijk samen te werken met de verschillende partners. Kinderen die te maken krijgen met
jeugdhulp behoren inderdaad tot de meest kwetsbare groepen binnen onze gemeente. Wij blijven
werken aan de aanpak dat zorg zowel aan ouders als het kind omvat, en dat professionals voldoende
ruimte hebben om de hulpvraag en behoefte binnen deze domein overstijgende aanpak (pagina 22 van
het regioplan) te bepalen.

Duidelijke informatie

U vindt het belangrijk om inwoners met een hulpvraag goed te informeren. Wij begrijpen het belang van
een duidelijke handleiding en een gebruiksvriendelijk stappenplan voor inwoners met een hulpvraag.
Wat betreft de wijziging van het pgb tarief voor niet-professionele jeugdhulp, gaan wij ervoor zorgen dat
zowel de aanvragers als de hulpverleners tijdig en volledig geïnformeerd worden over de nieuwe
tarieven en de hiervoor geldende overgangstermijn. Daarnaast zullen wij de informatie over
voorliggende voorzieningen op de gemeentelijke website up-to-date houden en ervoor zorgen dat deze
gemakkelijk toegankelijk is voor onze inwoners.

Tenslotte

U ondersteunt het voorstel vanuit de gemeente Pijnacker-Nootdorp om regulier met de andere
gemeenten te overleggen over de ontwikkelingen op dit beleidsterrein. Vanuit de H9 is het voorstel een
werkgroep te formeren om van elkaar te leren en expertise uit te wisselen.

Wij danken u nogmaals voor uw advies en hopen u hiermee voldoende te hebben geïnformeerd.
Hoogachtend,

het college van Pijnacker-Nootdorp,

Annelies Kroeskamp
secretaris

Björn Lugthart
burgemeester

Onderwerp Uw advies inz. Beleidsregels bijzondere bijstand 2024
nadere informatie L.H. Hoogen Stoevenbeld
verzenddatum
zaaknummer 1509502
briefnummer 1373524
uw brief van 27 juni 2024
uw kenmerk

Geachte heer Van Adrichem, geachte leden van de Adviesraad Sociaal Domein,

Hartelijk dank voor uw advies over de Beleidsregels bijzondere bijstand 2024. We zijn blij om te horen
dat u zich in algemene zin kunt vinden in het voorstel dat voorligt, met uitzondering van artikel 16
(waarover later meer). Wel geeft u enkele aandachtspunten en suggesties mee. In deze brief staan wij
hier graag puntsgewijs bij stil.

  • Artikel 3.2. Tijdstip van de aanvraag
    U schrijft dat u niet kunt terugvinden in de beleidsregels dat het college een aanvraag voor
    bijzondere bijstand kan afwijzen als de kosten niet voortvloeien uit bijzondere
    omstandigheden, niet noodzakelijk zijn of kunnen worden voldaan uit de bijstandsnorm en de
    individuele inkomenstoeslag. Dit staat inderdaad niet expliciet genoemd in de beleidsregels,
    omdat dit volgt uit artikel 35 van de Participatiewet (het wetsartikel waarin de bijzondere
    bijstand wordt uitgelegd). Voor de duidelijkheid hebben wij het wel opgenomen in de
    toelichting. U suggereert om in de toelichting op te nemen welke kleine uitgaven niet bekostigd
    kunnen worden uit de bijzondere bijstand. Wij nemen deze suggestie niet over, omdat niet de
    kostensoort, maar de omstandigheden van de inwoner bepalen of er bijzondere bijstand wordt
    verstrekt. Dat is ook de reden dat artikel 3, lid 2 vervalt: wij passen het drempelbedrag in de
    praktijk niet toe. Dit is begunstigend voor onze inwoners. Het opnemen van voorbeelden van
    kosten die niet worden vergoed, zou juist voor onduidelijkheid en discussie kunnen zorgen. De
    professionals in de uitvoering geven ook aan hier geen behoefte aan te hebben.
  • Artikel 8.2 Vaststelling van het vermogen
    Wij zijn het met u eens dat het voor inwoners in de bijstand niet altijd makkelijk is om te
    sparen, maar wij zien ook inwoners in de bijstand die het lukt om geld opzij te zetten. Als er
    bijzondere omstandigheden zijn waardoor de inwoner niet of onvoldoende heeft kunnen
    sparen, kan alsnog bijzondere bijstand worden toegekend. Dit wordt per casus bekeken.
  • Artikel 16. Kosten van deelname aan het maatschappelijk verkeer. Het klopt dat de bijdrage voor de deelname aan het maatschappelijk verkeer niet is geïndexeerd. Wel is er, zoals u zelf ook al noemt, in 2023 een mogelijkheid bijgekomen om een vergoeding voor maatschappelijke activiteiten aan te vragen: het Volwassenenfonds Sport & Cultuur. Het budget bijzondere bijstand is helaas niet toereikend om daarnaast ook nog de bijdrage voor deelname aan het maatschappelijk verkeer te verhogen. We willen verder benadrukken dat deze regeling bedoeld is als bijdrage in de kosten en niet als volledige vergoeding. We nemen daarom uw advies niet over om de bijdrage te indexeren.
  • Artikel 19. Kosten voor vrijwillig budgetbeheer
    U vraagt zich af of het begrip problematische schuldensituatie nadere verduidelijking behoeft. Voor de duidelijkheid hebben wij daarom de definitie van een problematische schuldensituatie toegevoegd aan de toelichting. Op casusniveau kan het echter lastig zijn om te beoordelen in hoeverre er sprake is van problematische schulden. Team Schuldhulpverlening heeft specialisten in dienst die deze beoordeling goed kunnen maken. Klantmanagers Werk en Inkomen kunnen de hulp van team Schuldhulpverlening inschakelen als de situatie daarom vraagt.
  • Artikel 24. Kosten voor het aanhouden van de woning
    U stelt voor om in de toelichting op te nemen dat bij detentie in een huis van bewaring (voorarrest) de kosten voor het aanhouden van de woning kunnen worden vergoed voor de volledige duur van de detentie, omdat dan nog niet zeker is of de gedetineerde schuldig wordt bevonden. Wij nemen dit voorstel niet over, omdat het in de praktijk zeer zelden zal voorkomen dat een inwoner langer dan zes maanden in voorarrest zit. Alleen als iemand verdacht wordt van een ernstig misdrijf en er ernstige verdenkingen zijn tegen de verdachte en er een gegronde reden is (bv. vluchtgevaar of kans op recidive), kan de rechter besluiten om de verdachte langer dan zes dagen in voorarrest vast te houden. 1 In het zeldzame geval dat achteraf blijkt dat iemand onterecht in voorarrest heeft gezeten, kan deze persoon bovendien aanspraak maken op een schadevergoeding, die hoger is dan de bijstandsnorm.
  • Ten slotte benadrukt u het belang van ruimte voor maatwerk. Wij onderschrijven dit belang. In ons beleid op het gebied van de bijzondere bijstand en alle andere vormen van ondersteuning binnen het sociaal domein streven wij altijd naar een evenwicht tussen enerzijds voldoende ruimte voor maatwerk en anderzijds kaders die duidelijk genoeg zijn om willekeur te voorkomen en om het werk van onze klantmanagers en consulenten uitvoerbaar te houden. Voor de gevallen waarin dit niet voldoende is, hebben wij in 2017 het maatwerkbudget in het leven geroepen. De ervaringen met het maatwerkbudget zijn positief. Medewerkers zijn bekend met het maatwerkbudget en er wordt met enige regelmaat gebruik van gemaakt. We zien geen onverklaarbare uitschieters in het aantal aanvragen en het budget is de afgelopen jaren steeds toereikend gebleken.

Wij hopen u hiermee voldoende te hebben geïnformeerd

Hoogachtend,
het college van Pijnacker-Nootdorp,

Annelies Kroeskamp
secretaris

Björn Lugthart
burgemeester

Geacht College,

Recent ontvingen wij uw verzoek om over de hier boven genoemde beleidsregels advies uit te brengen.

Tijdens ons overleg op 28 mei 2024 heeft Lauren Hoogen Stoevenbeld de beleidsregels toegelicht. Aansluitend hebben wij de beleidsregels intern besproken op 26 juni. Dat heeft geleid tot het volgende advies.

Voorgeschiedenis

De nu geldende beleidsregels dateren uit 2017. Het is ons duidelijk dat er sindsdien het nodige gewijzigd is in de maatschappelijke omstandigheden. Daarbij is er sprake van een andere wat mildere benadering van inwoners, die aangewezen zijn op de bijstand. Meer vanuit vertrouwen dan wantrouwen en met de wetenschap dat het opleggen van onnodige verplichtingen niet zinvol is en vooral frustraties opwekt.

Het is verstandig om deze trend, die ook zichtbaar wordt in de wetgeving te vertalen in nieuwe beleidsregels, waarin gezocht is naar het versterken van de bestaanszekerheid met oog voor alleen het echt noodzakelijke.

Algemeen

De ASD adviseert positief over de voorliggende beleidsregels met uitzondering van artikel 16.

We zien vooral een betere aansluiting bij de praktijk. Wat is echt nodig en wat is in dat geval praktisch de beste werkwijze.

Bij een aantal beleidsregels wil de ASD een opmerking of kanttekening plaatsen.

Beleidsregels

  • Artikel 3.2: Tijdstip van aanvraag
    • Bij de toelichting op het vervallen van artikel 3, lid 2 wordt aangegeven dat het college een aanvraag voor bijzondere bijstand kan afwijzen als de kosten niet voortvloeien uit bijzondere omstandigheden, niet noodzakelijk zijn of kunnen worden voldaan uit de bijstandsnorm en de individuele inkomenstoeslag. Dat zal bij kleine bedragen relatief vaker het geval zijn.

      De adviesraad ziet deze mogelijkheid niet vastgelegd in de beleidsregels. Het zou verhelderend zijn als in de toelichting wordt aangegeven aan welke mogelijke kleine uitgaven dan gedacht wordt. Dit lijkt ons van belang voor degenen die belast zijn met de uitvoering, onder andere om willekeur te voorkomen.
  • Artikel 8.2. Vaststelling van het vermogen
    • De adviesraad vindt de toevoeging van artikel 8.2 een verbetering, omdat daarmee het belang van sparen wordt onderstreept. Daarbij wil de ASD wel de kanttekening plaatsen dat mensen die afhankelijk zijn van een bijstandsuitkering over het algemeen weinig financiële reserves hebben om te sparen, ervan uitgaande dat de bijstandsuitkering beschouwd wordt als het sociaal minimum.
  • Artikel 16. Kosten van deelname aan het maatschappelijk verkeer
    • Het verbaast de ASD dat bij deze update van de beleidsregels de bijdrage voor deelname aan het maatschappelijk verkeer niet is verhoogd en zelfs niet is geïndexeerd. Waar in het beleid binnen het sociaal domein juist wordt ingezet op ‘meedoen’, levert een bedrag van deze omvang daar in ieder geval geen bijdrage aan. De opsomming van mogelijkheden suggereert veel, zeker met de toevoeging ‘onder andere’ maar de aanvrager kan in veel gevallen niet eens één keuze uit de bijdrage betalen. Ter illustratie: De contributie van een sportvereniging voor een volwassene bedraagt meer dan € 300. een abonnement op een krant € 400. Samengevat, wanneer iemand wil sporten, een krant lezen en ook nog lid is van bijvoorbeeld een koor of andere vereniging, dan is de bijdrage van maximaal € 150 niet echt de stimulans om dat mogelijk te maken. Natuurlijk bestaat ook de mogelijkheid voor volwassenen met een inkomen tot 130 % van het sociaal minimum om een bijdrage aan te vragen uit het Volwassenenfonds Sport & Cultuur, maar dat kent wel de beperking dat alleen voor sport óf cultuur kan worden gekozen.

      De ASD adviseert u om in artikel 16 de bijdrage tenminste te indexeren en als u echt deelname aan het maatschappelijk verkeer wilt stimuleren de bijdrage te verhogen.

      Uit de mondelinge toelichting bij dit artikel hebben wij begrepen dat de aanvrager de bijdrage vooraf moet aanvragen, waarna het gevraagde bedrag wordt overgemaakt. Van de aanvrager wordt verwacht dat deze bonnetjes en betaalbewijzen bewaart, maar dat er geen controle over de wijze van besteding zal plaatsvinden.

      Wij weten dat hier in het verleden veel over te doen is geweest, met eerst voorschieten van kosten, om te tonen dat het bedrag ook echt aan de geplande uitgave is besteed. Pas daarna werd het bedrag overgemaakt. Voor veel inwoners die afhankelijk zijn van een bijstandsuitkering kan dat financieel echt lastig zijn. Het extra geld is er doodgewoon niet.

      De ASD is blij met de mogelijkheid om het bedrag vooraf overgemaakt te krijgen. Belangrijk hierbij is heldere communicatie daarover, zodat inwoners er van op de hoogte zijn en zich niet laten afschrikken door de gedachte kosten te moeten voorschieten.
  • Artikel 18. Kosten van kinderopvang bij sociaal medische indicatie en peuteropvang
    • De toevoeging van de voor eigen rekening blijvende kosten van kinder- en peuteropvang is een belangrijke verbetering voor de kinderen die daardoor naar de opvang kunnen. In het kader van een goede voorbereiding op de basisschool kan het belang hiervan niet genoeg worden benadrukt.  
  • Artikel 19. Kosten voor vrijwillig budgetbeheer
    • Ook de toevoeging van de kosten voor vrijwillig budgetbeheer, zoals beschreven in artikel 19, beschouwt de ASD als een verbetering. Het kan zowel escalatie van de schuldenproblematiek voorkomen, als nazorg na een schuldhulpverleningstraject met minder kans op terugval mogelijk maken.

      Vraag blijft in hoeverre het begrip problematische schuldensituatie nadere verduidelijking behoeft.
  • Artikel 24. Kosten voor het aanhouden van de woning
    • Het is goed dat dit artikel is opgenomen in de beleidsregels, vooral in het kader van het bieden van bestaanszekerheid. Gekozen is voor de duur van maximaal 6 maanden bij detentie en 12 maanden bij plaatsing in een inrichting.

      In de mondelinge toelichting is aangegeven dat in bijzondere gevallen en met een goede motivatie hiervan afgeweken kan worden. De ASD ziet hiervoor met name aanleiding als er sprake is van een langer durende detentie in een huis van bewaring. Het is dan immers nog niet zeker of de gedetineerde schuldig wordt bevonden. De ASD stelt voor om in de toelichting op te nemen dat in geval van detentie in een huis van bewaring na het in staat van beschuldiging stellen tot het moment van de gerechtelijke uitspraak de kosten worden vergoed voor de totale duur van deze detentie.  
  • Artikel 25. Kosten voor de vervanging of aanschaf van duurzame gebruiksgoederen
    • De adviesraad kan zich vinden in de gemaakte keuzes ten aanzien van de toepassing van de Nibudnorm en het aflossingspercentage. We hebben wel nota genomen van de toelichting dat de ervaringen goed gemonitord gaan worden en dat beargumenteerd een vergoeding tot 50 % van de Nibudnorm mogelijk is.
  • Artikel 26. Aanvulling levensonderhoud jongeren
    • De adviesraad stemt in met de insteek in dit artikel om jongeren van 18, 19 en 20 jaar die daarvoor in aanmerking komen dezelfde financiële ondersteuning te bieden als jongeren van 21+.

Tenslotte

De adviesraad wil ook in dit advies benadrukken dat de medewerkers altijd de ruimte moeten hebben om in bijzondere situaties een maatwerkoplossing te bedenken, waarbij de bestaanszekerheid van de aanvragende inwoner het ijkpunt moet zijn.

Met vriendelijke groet,

namens de Adviesraad Sociaal Domein Pijnacker-Nootdorp
Piet van Adrichem
voorzitter

c.c.   Gemeente Pijnacker-Nootdorp, mevrouw L. Hoogen Stoevenbeld

Oudere verslagen, adviezen en reacties

Oudere verslagen, adviezen en reacties vindt u onder Politiek en Organisatie > Adviescommissies op de archiefwebsite.

Vergaderingen

De ASD vergadert ongeveer tien keer per jaar in het bestuurscentrum van het gemeentekantoor (ingang Emmastraat). De bijeenkomsten zijn openbaar. Wilt u bij een bepaald onderwerp aanwezig zijn? Mail dan naar adviesraadsociaaldomeinpn@gmail.com

  • Lokale Inclusie Agenda
  • Beleidsregels verordening jeugdhulp
  • Voortgang bestedingsplan POK-middelen
  • Voortgang pilot Sociaal Raadslieden